Thema 2, basisstof 3

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Thema 2, basisstof 3

5 minuten opstarten
Zometeen komt uitleg basisstof 3, zorg ervoor dat je mee kan schrijven!

Wat gaan we vandaag doen?

opstarten

Herhaling basisstof 2

Uitleg basisstof 3

Zelfstandig aan de slag

Afsluiten

Herhaling

1. Waar ontwikkelen de eicellen?
2. Wat is een andere naam voor eisprong?
3. Wat is de functie van de clitoris?
4. Wat produceerd slijm wat de vagina gladder maakt?
5. Waar vindt de bevruchting plaats?
   

De antwoorden:

1. In de eierstokken
2. Ovulatie
3. Prikkeling tot orgasme
4. Kleine schaamlippen
5. In de eileider
   

De leerdoelen basisstof 3

• Ik kan het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken uitleggen en van elk 2 voorbeelden noemen
• Ik kan uitleggen wat hormonen doen, waar ze worden geproduceerd en wat een belangrijke hormoonklier is
• Ik weet wat mannelijke en vrouwelijke geslachtshormonen doen en kan ze benoemen
• Ik kan de stappen van een mesntruatiecyclus in tijdsvolgorde vertellen en beschrijven
  

Geslachtskenmerken

• Primair: Bij de geboorte aanwezig
• Secundair: Die ontstaan bij de puberteit
  

Hormonen

• Hormonen: regelen allerlei activiteiten (ook het vruchtbaar worden)
• Hormonen worden gemaakt door hormoonklieren
• Belangrijke: Hypofyse
  

Hormonen

• De hypofyse stuurt de teelballen/eierstokken aan
• Teelballen: Testosteron
• Eierstokken: Oestrogeen
• Deze zorgen voor secundaire geslachtskenmerken
  

Menstruatiecyclus

• Één cyclus gaat van 4 weken uit (gemiddeld)
• Na de eisprong kunnen er 2 dingen gebeuren, welke?
• Of bevruchting, of geen bevruchting
  

Menstruatiecyclus

• Één cyclus gaat van 4 weken uit (gemiddeld)
• Na de eisprong kunnen er 2 dingen gebeuren, welke?
• Of bevruchting, of geen bevruchting
• Gele lichaam
  

Zelfstandig aan de slag

Werk de volgende leerdoelen uit:

Klaar? maak de opdrachten t/m basisstof 3

-Ik kan het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken uitleggen en van elk 2 voorbeelden noemen

-Ik kan uitleggen wat hormonen doen, waar ze worden geproduceerd en wat een belangrijke hormoonklier is

-Ik weet wat mannelijke en vrouwelijke geslachtshormonen doen en kan ze benoemen

-Ik kan de stappen van een mesntruatiecyclus in tijdsvolgorde vertellen en beschrijven