Chapitre 5, Herhaling passé composé & ontkenning

Bonjour classe!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bonjour classe!

Slide 1 - Tekstslide

BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 2 - Tekstslide

La tâche de début
Vertaal onderstaande zinnen naar het Frans.

  1. Ik heb niet gegeten.
  2. Hij is nooit ziek
  3. Ik geen koorts meer.

Tip: Regardez à la page 43
timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Lessonup

Prenez ton portable et log-in sur lessonup avec ton propre nom.

Slide 4 - Tekstslide

de ontkenning & Passé composé 
Regelmatige & onregelmatige werkwoorden
ne ... pas & andere ontkenningen

Slide 5 - Tekstslide

Sleep de vervoegingen naar het juiste vakje
Passé composé
Présent
Je fais
Il parle
Il a parlé
Nous avons regardé
J'ai fait
Nous regardons
Vous allez
Ils ont mangé

Slide 6 - Sleepvraag

Ils ......(nager) dans la piscine
A
nagé
B
avons nagé
C
ont nagé
D
a nagé

Slide 7 - Quizvraag

Nous .......(louer)
un appartement à Paris
A
loué
B
avez loué
C
ont loué
D
avons loué

Slide 8 - Quizvraag

Passé composé
Manger
j'ai
Parler
tu as
Avoir
il a
être
on a
Faire
nous avons
mangé
parlé
eu
été
Fait
êtré
avoiré

Slide 9 - Sleepvraag

Vertaal: Hij heeft de griep gehad

Slide 10 - Open vraag

de ontkenning & Passé composé 
Regelmatige & onregelmatige werkwoorden
ne ... pas & andere ontkenningen

Slide 11 - Tekstslide

Welke ontkenning betekent "niet meer"?
A
ne...plus
B
ne...pas
C
ne...jamais
D
ne...rien

Slide 12 - Quizvraag

français
néerlandais
ne .... pas
ne .... plus
ne .... jamais
ne .... rien
ne .... personne
La négation
niet ... meer
niets
niemand
niet / geen
nooit

Slide 13 - Sleepvraag

Zet in de ontkenning:
Je suis malade. ( niet meer)

Slide 14 - Open vraag

français
néerlandais
ne .... pas du tout
ne .... pas non plus
ne .... pas encore
ne .... plus jamais
ne .... que
La négation
ook niet
nooit meer
slechts, alleen maar
helemaal niet
nog niet

Slide 15 - Sleepvraag


Maak ontkennend:
Il a de nouveaux amis.
niet

Slide 16 - Open vraag

Maak de zin ontkennend.
Gebruik de ontkenning tussen haakjes

Eric est en bonne santé. (nog niet)

Slide 17 - Open vraag

Vertaal: il ne juge personne
A
hij beoordeelt niemand
B
hij heeft niemand beoordeeld
C
Hij beoordeeld niet meer
D
hij heeft niet meer beoordeeld

Slide 18 - Quizvraag

Maak ontkennend:
Elle comprend (niets)

Slide 19 - Open vraag

Ik heb de stoel niet meer.
Grammaire 'La négation' 
ai
plus
je/j'
la
ne/n'
chaise

Slide 20 - Sleepvraag

La négation ...
Hij drinkt nooit koffie.

boit
jamais
il
de
ne
café

Slide 21 - Sleepvraag

Geef een ontkennend antwoord!
C'est facile la négation?
A
Ce n'est pas facile la négation?
B
Ce ne est pas facile la négation?
C
Ce n'est facile pas la négation?
D
Ce est ne facile pas la négation?

Slide 22 - Quizvraag

Je comprends la négation.
A
Oui!
B
Je ne comprends pas la négation.
C
Un peu.

Slide 23 - Quizvraag

Au travail !
Wat?
Fait les exercices sur la feuille.
Met wie en hoe?
Jullie mogen samenwerken/
overleggen in tweetallen.
Hulp nodig?
Steek je hand op bij vragen.
Tijd?

Tip:
Regardez à la page 152, 155 & 156
Klaar? 
- Nakijken
- bespreken met buurman/buurvrouw
timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide