wonen

wonen
1 / 11
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsISK

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

wonen

Slide 1 - Woordweb

wat gaan jullie leren?
Je leert woorden over wonen en buren.
Je leert simpele vragen stellen en beantwoorden over waar iemand woont.
Je kunt korte zinnen maken over jouw huis of het huis van een ander.

Slide 2 - Tekstslide

ster in lezen 
bladzijde 73 - huishoudens

onderstreep woorden die je niet kent


Slide 3 - Tekstslide


A
gezin
B
alleenstaand
C
samenwonend zonder kinderen
D
alleenstaand met kinderen

Slide 4 - Quizvraag


A
alleenstaand
B
alleenstaand met kinderen
C
famillie
D
gezin

Slide 5 - Quizvraag


A
samenwonend zonder kinderen
B
alleenstaand met kinderen
C
een gezin
D
famillie

Slide 6 - Quizvraag


A
samenwonend zonder kinderen
B
gezin
C
familie
D
alleenstaand

Slide 7 - Quizvraag

maken in je boek
bladzijde 74,78 

opdracht 5, 6 en 7B

straks klassikaal bespreken

Slide 8 - Tekstslide

opdracht 8
loop rond

"in wat voor huishouden woon jij"

vul de namen van je klasgenoten in

Slide 9 - Tekstslide

Het alfabet.....

Slide 10 - Tekstslide

opdracht 10
zet de woorden in alfabetische volgorde!
maak dan zinnen met de woorden

Slide 11 - Tekstslide