H3: tekstverbanden en signaalwoorden

Welkom H2c!
  • Terugblik
  • H3 Lezen: Tekstverbanden en signaalwoorden
  • Evaluatie




1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom H2c!
  • Terugblik
  • H3 Lezen: Tekstverbanden en signaalwoorden
  • Evaluatie




Slide 1 - Tekstslide

Periode 3

  • Fictie: 3 leesboekopdrachten (weging 3)
  • Spreekvaardigheid:  (weging 1)
 
NU: Leesvaardigheid H3-4 -> Leestoets H3-5

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat heb jij tot nu toe gedaan om meer geld op je rekening te krijgen?

Slide 4 - Open vraag

Hoe kun je snel zien welke deelonderwerpen Jansen in zijn boek behandelt?

Slide 5 - Open vraag

Wat weet jij al over tekstverbanden
en signaalwoorden?

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoel

Slide 8 - Tekstslide

Welk verband volgt na de eerste zin van alinea 2?
A
tegenstelling
B
opsomming

Slide 9 - Quizvraag

Welk verband herken je in de laatste zin van alinea 3?
A
opsomming
B
tegenstelling

Slide 10 - Quizvraag

Nu jullie!
Wat: bekijk de uitlegvideo van H3 Lezen en maak opdracht 1, 2 en 4
Waar: NN Online (planning)
Hoe: zelfstandig
Hulp: leerboek blz. 64
Tijd: twee lessen
Uitkomst: controle lesdoel
Klaar?: start met het volgende onderdeel, zie planning!
timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk vrijdag 13 mei
  • Leer de theorie over tekstverbanden en signaalwoorden (blz. 64) / uitlegvideo op NN Online (zie planning)
  • Maak opdracht 1-2 en 4 (af) uit de planning op NN Online







Slide 12 - Tekstslide

Maar, hoewel, echter, toch, aan de ene kant, aan de andere kant, tegenover, ...

Signaalwoorden horen bij:

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband

Slide 13 - Quizvraag

Ten eerste, ten tweede, verder, ook, ten slotte, om te beginnen, 1, 2, 3, ...

Signaalwoorden horen bij:

A
opsommend verband
B
tegenstellend verband

Slide 14 - Quizvraag

Ik vond de toets moeilijk, maar ik had een goed cijfer.
A
tegenstellend
B
opsommend

Slide 15 - Quizvraag

Ik heb op school Engels en Nederlands. Bovendien hebben we wiskunde en geschiedenis.
A
opsommend
B
tegenstellend

Slide 16 - Quizvraag

Welk tekstverband herken je in
deze zin?
A
Opsommend verband
B
Tegenstellend verband

Slide 17 - Quizvraag

Wat voor tekstverband geeft het signaalwoord 'en' aan?
A
Tegenstellend
B
Opsommend

Slide 18 - Quizvraag

Wat voor tekstverband geeft het signaalwoord 'ook' aan?
A
opsommend
B
tegenstellend

Slide 19 - Quizvraag

Welk tekstverband geeft het signaalwoord 'enerzijds...anderszijds' aan?
A
Opsommend
B
Tegenstellend

Slide 20 - Quizvraag

Welk verband hoort bij het signaalwoord ECHTER?
A
Tegenstellend verband
B
Opsommend verband

Slide 21 - Quizvraag

Welk tekstverband zie je in deze zin?
Ik kreeg een hapje en een drankje.
A
Opsommend
B
Tegenstellend

Slide 22 - Quizvraag

Ik neem geen salade bij de lunch. Ten eerste houd ik er niet zo van; ten tweede ben ik allergisch voor de noten die erin zitten.
A
Tegenstellend verband
B
Opsommend verband

Slide 23 - Quizvraag


A
ja
B
een beetje
C
alleen met hulp
D
ik snap er niks van

Slide 24 - Quizvraag