Betoog les 4: Fase 1: Oriënteren


Schrijven: betoog

Les 4: 
Fase 1: Oriënteren
Nederlands H1 - P2 - 2019-2020
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Schrijven: betoog

Les 4: 
Fase 1: Oriënteren
Nederlands H1 - P2 - 2019-2020

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Vorige les heb je geleerd hoe je argumenten kunt toelichten.

Wie weet nog op welke manieren argumenten kunnen worden toegelicht?

Slide 2 - Tekstslide

Argumenten toelichten

Argumenten kunnen worden toegelicht met: 

  • een voorbeeld
  • een vergelijking
  • een uitleg 

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk
Pak je huiswerk erbij.
LU: Betoog les 3
Slide 14 t/m 16

Vorige les heb je 1 argument bij iedere stelling toegelicht met een voorbeeld, een vergelijking of een uitleg.

De docent vraagt een aantal leerlingen om hun toelichting voor te lezen.


Slide 4 - Tekstslide

Lees je toelichting voor
Slide 14
Stelling 1: Leerlingen moeten jaarlijks 5 snipperdagen krijgen.
Slide 15
Stelling 2: De kinderbijslag moet, zodra het kind 12 jaar is, rechtstreeks aan het kind worden overgemaakt. 
Slide 16
Stelling 3: Nederlanders mogen nog maar één keer per twee jaar op vliegvakantie. 

Slide 5 - Tekstslide

Vooruitblik

Aan het eind van deze les:

... ken je de verschillende schrijffases.

... en heb je goefend met fase 1: oriënteren


Slide 6 - Tekstslide

4 fasen van schrijfvaardigheid

  1. Oriënteren 
  2. Voorbereiden
  3. Schrijven
  4. Herschrijven

Slide 7 - Tekstslide

Fase 1: Oriënteren
In de oriëntatiefase bepaal je...  

  • het onderwerp.
  • het tekstdoel.
  • de hoofdgedachte.
  • het publiek.

Slide 8 - Tekstslide

Onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek
Onderwerp: In één of in een paar woorden waar de hele tekst over gaat.
Tekstdoel: Het doel dat je wilt bereiken met je tekst.
(Bij een overtuigende tekst: tekstdoel = overtuigen)

Hoofdgedachte: In één zin waar de tekst over gaat. (Bij een overtuigende tekst: hoofdgedachte = de stelling/de mening/het standpunt.)

Publiek: Degene voor wie je de tekst schrijft.  

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Stel je voor: In de schoolkrant lees je dat de directie van het ATC heeft besloten dat het luisteren van muziek tijdens de lessen niet langer wordt toegestaan. 

Je besluit hierop te reageren door een betoog te schrijven in de schoolkrant. Voordat je begint met schrijven oriënteer jij je.

Je benoemt: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek


Slide 10 - Tekstslide

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

1. De directie van het ATC heeft besloten dat het luisteren van muziek tijdens de lessen niet langer wordt toegestaan.

Slide 11 - Open vraag

Aan de slag!
Op slide 13 t/m 17 lees je steeds een andere situatie. Bij iedere situatie stel jij je voordat je dit lees in de schoolkrant en daarop besluit te reageren met een betoog. Voordat je begint met schrijven, oriënteer jij je. Je benoemt:
  • het onderwerp
  • het tekstdoel
  • de hoofdgedachte
  • het publiek 

Log in bij LU: Betoog les 4, slide 12 t/m 17
timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

2. De directie van het ATC heeft besloten dat alle telefoons bij de start van de schooldag voortaan in het kluisje moeten worden gelegd.

Slide 13 - Open vraag

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

3. De directie van het ATC heeft besloten dat het dragen van een uniform voortaan verplicht is op het ATC.

Slide 14 - Open vraag

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

4. De directie van het ATC heeft besloten dat alle social-media-pagina’s op het Internet voortaan worden afgeschermd tijdens schooltijd.

Slide 15 - Open vraag

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

5. De directie van het ATC heeft besloten dat er voortaan tijdens alle lessen gegeten en gedronken mag worden.

Slide 16 - Open vraag

Benoem: onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte, publiek

6. De directie van het ATC heeft besloten dat er voortaan energiedrankjes worden verkocht in de schoolkantine.

Slide 17 - Open vraag