Schrijven formeel en informeel taalgebruik 1km1


telefoon in je tas | jas uit | lege tafel
timer
3:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


telefoon in je tas | jas uit | lege tafel
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel van vandaag
Ik herken aan het einde van de les het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik.

Slide 2 - Tekstslide

Lesprogramma 
5 minuten start
10 minuten voorlezen
10 minuten formeel en informeel
10 minuten schrijfoefeningen
5 minuten afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog over volledige zinnen
timer
2:00

Slide 4 - Open vraag

Luisteren
timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

Formeel en informeel

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet je over formeel en informeel taalgebruik?
timer
2:00

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

formeel en informeel
Formele taal gebruik je in officiële situaties.

Informele taal is taal die je tegen bekenden gebruikt.

Wanneer heb je deze week formele taal gebruikt? En wanneer informele?

Slide 9 - Tekstslide

Is dit formeel of informeel?
Met vriendelijke groet,
A
Formeel
B
Informeel

Slide 10 - Quizvraag

Formeel of informeel: Hi gozer!
A
formeel
B
informeel

Slide 11 - Quizvraag

'Kijk uit joh!'
Dit is formeel/informeel
A
formeel
B
informeel

Slide 12 - Quizvraag

Is dit formeel of informeel?
A
FORMEEL
B
INFORMEEL

Slide 13 - Quizvraag

Is dit formeel of informeel
A
Formeel
B
Informeel

Slide 14 - Quizvraag

Oefenen formeel en informeel
Wat: maak paragraaf 5 op blz. 98 en 99
Hoe: in tweetallen, zachtjes praten mag, schreeuwen niet
Hulp: blz. 98 gele kader
Tijd: 10 minuten
Resultaat: klassikaal bespreken
Klaar: lees je leesboek
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
Wat wil je nog weten?

Slide 16 - Woordweb

Morgen
Samen nakijken
Huiswerk: paragraaf 5 blz. 98 en 99

Slide 17 - Tekstslide