Didactiek les 3

Didactiek les 3
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Didactiek les 3

Slide 1 - Tekstslide

Even kletsen
  • Hoe is het met jullie?
  • Lopen jullie bij didactiek ergens tegen aan? 

Slide 2 - Tekstslide

Vang de bal
  • Noem de 4 soorten spelmateriaal

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Vandaag 
  • De student weet welk ontwikkelingsmateriaal aansluit bij de ontwikkelingsfasen van een kind (tot 12 jaar).
  • De student weet wie Friedrich Fröbel was en wat zijn visie op onderwijs is.
  • De student weet wie Maria Montessori was en wat haar visie op onderwijs is. 






Paragraaf 2.2.

Slide 5 - Tekstslide

Ontwikkelingsmateriaal

Slide 6 - Woordweb

Ontwikkelingsmateriaal
  • Materiaal dat precies aansluit bij de ontwikkelingsfase van een kind. 

Twee ontwerpers van ontwikkelingsmateriaal
  • Fröbel
  • Montessori

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht in vier groepen
2 groepen lezen over Fröbel
2 groep leest over Montessori

Maak een vlog met je groep: 
  • Wie is deze persoon
  • Met welk doel heeft deze persoon ontwikkelingsmateriaal ontworpen
  • Noem een voorbeeld van ontwikkelingsmateriaal dat is ontworpen.
Stuur je vlog naar mijn teams
paragraaf 2.2.

Slide 8 - Tekstslide

Fröbel
  • Fröbellen betekent knutselen
  • Maakt ontwikkelingsmateriaal dat uitdaagd
  •  vb. Blokken bouwen voor peuters

Slide 9 - Tekstslide

Montessori
  • Ze is er van overtuigd dat kinderen zelf nieuwsgierig zijn om te leren ontdekken + ze ontdekken met zintuigen.
  • Maakt ontwikkelingsmateriaal gericht op de zintuigen en de ontwikkelingsstappen.
  • vb. een baby mobile

Slide 10 - Tekstslide

Weet je nu wat ontwikkelingsmateriaal is?
Ja!
Nee, niet helemaal?

Slide 11 - Poll

Weet je nu wie Fröbel en Montessori zijn?
Ja!
Nee, niet helemaal

Slide 12 - Poll

Eindopdracht 2
Kies één van de twee pedagogen: Fröbel, Montessori
  • Maak een verslag waarin staat wat de visie is van deze pedagoog (min. 5 zinnen). 
  • Schrijf min. 2 dingen op wat je aanspreekt aan de visie.
  • Maak of zoek thuis ontwikkelingsmateriaal wat bij deze pedagoog past en verantwoord waarom dit past bij de visie van deze persoon.

Slide 13 - Tekstslide