Hoofdstuk 5 Cultuurverschillen
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke onderdelen horen bij cultuur?
A
Manier van werken
B
Taal
C
Non verbale communicatie
D
Alle antwoorden
Slide 2 - Quizvraag
Eetgewoontes zijn onderdeel van cultuur
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Hoe staan Nederlanders in het algemeen bekend in het buitenland?
Slide 4 - Open vraag
Belgen bestaan niet. Er zijn Vlamingen, Brusselaars, Walen en Duitstaligen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Als je zaken wilt doen in Brussel & Wallonië moet je de Franse taal beheersen.
A
Ja
B
Nee. Engels volstaat ook.
Slide 6 - Quizvraag
Belgen zijn informeler dan Nederlanders.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
In Duitsland worden zakelijke beslissingen vrij snel genomen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Je wilt een geschenk geven aan je Duitse zakenpartner.
Wat geef je?
Wat geef je?
A
Gouden pen
B
Stroopwafels
Slide 9 - Quizvraag
Taalvouten worden in schriftelijk Duits getolereerd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Je vertelt aan je Duitse zakenpartner dat je dit weekend gezellig bij tante Sjaan op visite bent geweest.
Is dat verstandig?
Is dat verstandig?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Je wilt zaken doen met een Chinese zakenpartner. Hoe pak je dit aan?
A
Naar de karaoke bar!
B
Duidelijk zijn. To the point
Slide 12 - Quizvraag
Chinezen houden van pleindansen. Iedere avond rond de klok van 19.00 uur verzamelen Chinezen zich op pleinen om te dansen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Hoe neem je in China een businesscard in ontvangst?
Slide 14 - Open vraag
Voor een goede zakelijke band is het raadzaam om ook in het weekend af te spreken met je Amerikaanse zakenpartner
A
Eens
B
Oneens
Slide 15 - Quizvraag
Een Amerikaan zal zaken nooit mooier voorspiegelen dan ze zijn
A
Eens
B
Oneens
