Theme 7: All about food 1thv

Theme 7: all about food
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Theme 7: all about food

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theme words! 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate to Dutch:
thirsty

timer
0:10

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

crunchy
timer
0:10

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

salty
timer
0:10

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

delicious
timer
0:10

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

dessert
timer
0:10

Slide 7 - Open vraag

Desert met 1 's' betekend woestijn (verlaten) ;)
bitter
timer
0:10

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Translate to English:
koekjes
timer
0:10

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

chips
timer
0:10

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

boodschappen
timer
0:10

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

salade
timer
0:10

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

groente
timer
0:10

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

zuur/zure
timer
0:10

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stone 18
Dingen kopen en verkopen 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate to Dutch
1. Can I have some water, please?
2. Have you got these jeans in a smaller / bigger size?
3. I would like a caesar salad, fries and a burger, please.
4. I’m sorry, we haven’t got any cookery books.
5. I’m sorry, I don’t have those jeans in a smaller / bigger size.

Who can give us answers?
timer
5:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answers
1. Mag ik wat water, alstublieft?
2. Heeft u deze spijkerbroek in een kleinere / grotere maat?
3. Ik zou graag een caesar salade, patat en een hamburger willen, alstublieft.
4. Het spijt me, we hebben geen kookboeken.
5. Het spijt me, ik heb deze spijkerbroek niet in een kleinere / grotere maat.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate to English:
  1. Zou ik een warme chocolademelk met slagroom mogen, alstublieft?
  2. Heeft u ketchup of mayonaise?
  3. Zou u wat van onze eigengemaakte appeltaart willen proberen?
  4. Ik ben bang dat we volledig zijn uitverkocht.
  5.  Een hotdog met wat mosterd en gefrituurde uitjes, alstublieft.

Who can give us answers?



timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answers
1. Could I have a hot chocolate with whipped cream, please?
2. Do you have any ketchup or mayonnaise?
3. Would you like to try some of our homemade apple pie?
4. I’m afraid we are completely sold out.
5. One hot dog with some mustard and fried onions, please.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar time! 
Grammar 19 page 109 textbook








Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Some and Any gebruik je wanneer..
A
Het gaat over tijden
B
Het gaat over hoeveelheden
C
Het gaat over getallen
D
Het gaat over vragen stellen

Slide 21 - Quizvraag

Some en any gebruik je als je het hebt over 'een aantal' 'enkele' of 'wat' van iets.

Any gebruik je
A
in ontkennende zinnen
B
in bevestigende zinnen
C
in de meeste vragen
D
in zinnen in de verleden tijd

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Some gebruik je
A
in ontkennende zinnen
B
in zinnen over de toekomst
C
in vragen
D
in bevestigende zinnen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grammar 19 page 109 textbook



Some gebruik je in bevestigende zinnen.
+ I've got some books in my bag

Any:gebruik je in ontkennende zinnen en de meeste vragen.
+ We haven't got any cookery books
+ Do you have any pets?





Slide 24 - Tekstslide

LET OP:

In vragen waar je denkt dat het antwoord ja is, gebruik je some in plaats van any:
- Do you have some apples for me?

Ook in vragen waarin je iemand iets aanbied gebruik je some in plaats van any:
- Would you like some tea or coffee?
Have you got ______ posters on your bedroom walls?
A
some
B
any

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Yes, I have_______
A
some
B
any

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Do you like _______ classical music?
A
any
B
some

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

There aren't ______ oranges
A
some
B
any

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

There is ________ fruit
A
some
B
any

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

There isn't _______ bread or ham
A
some
B
any

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I have _______ new CDs
A
any
B
some

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My sister doesn't eat ________ meat
A
some
B
any

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stone 19: Zo vraag en vertel je hoeveel iets kost 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate to Dutch
1. How much is this sandwich?
2.  How much are these grapes?
3.  How much does this orange T-shirt cost?
4. This slice of pizza costs three pounds.
5. They are fifty pence each.
Who can give us answers?
timer
5:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answers
1. Hoeveel is deze boterham?
2. Hoeveel zijn deze druiven?
3. Hoeveel kost dit oranje T-shirt?
4. Dit stuk pizza kost drie pond.
5. Ze zijn vijftig pence per stuk.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate to English
1. Hoeveel is het in totaal?
2. Hoeveel zijn deze chocoladerepen?
3. Hoeveel kosten deze stripboeken?
4. Hoeveel lollies kan ik krijgen voor twee pond?
5. Zou ik korting kunnen krijgen?

Who can give us answers
timer
5:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answers
1. How much is it altogether?
2. How much are these chocolate bars?
3. How much do these comic books cost?
4. How many lollipops can I get for two pounds?
5. Could I get a discount?

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammar 20: Much and many
Page  113 textbook 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Much and many gebruik je
A
om tijd aan te geven
B
om de tijd aan te geven
C
om hoeveelheid aan te geven
D
om de dagen aan te geven

Slide 39 - Quizvraag

Much en many gebruik je om te zeggen dat er 'veel' van iets is. 
Grammar 20 TB p. 113 : Much and many
Much en many gebruik je om te zeggen dat er 'veel' van iets is.

Much
gebruik je voor dingen die je niet kunt tellen.

Many gebruik je voor meervouden die je wel kunt tellen

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

MUCH EN MANY
Kun je gebruiken om te zeggen dat er 'veel' van iets is.

Much gebruik je voor dingen die je niet  kunt tellen .

Many gebruik je voor meervouden die je wel kunt tellen,


Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

He has got ............. friends at school.
A
much
B
many

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I didn't make .......... mistakes in this exercise.
A
many
B
much

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tourists come here and ........... stay overnight.
A
many
B
much

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Was there .......... meat in the fridge?
A
much
B
many

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Were there .......... people at the party?
timer
0:30

Slide 46 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

There wasn't .......... he could do.
timer
0:30

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

There are ........ butterflies.
timer
0:30

Slide 48 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

He didn't have ......... choice.
timer
0:30

Slide 49 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

There is ......... water in ......... rivers.
timer
0:30

Slide 50 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Task card
                                        YOUR OWN PRODUCT 
  • Je gaat je eigen product proberen te verkopen.C
Ik kan op een eenvoudige manier vertellen hoe iets gedaan moet worden.
  • Ik kan beperkte informatie uitwisselen over eenvoudige zaken. 


Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies