Hoofdstuk 4: Rechtsstaat

Criminaliteit
Hoofdstuk 4
B: De rechtsstaat en het strafrecht
K: Nederland is een rechtsstaat
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Criminaliteit
Hoofdstuk 4
B: De rechtsstaat en het strafrecht
K: Nederland is een rechtsstaat

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

- De vier kenmerken van de rechtsstaat benoemen en uitleggen
- Uitleggen waarom het belangrijk is voor een rechtsstaat dat de overheid zich ook aan de wet houdt
- Uitleggen hoe rechtsbescherming hieraan bijdraagt

Slide 2 - Tekstslide

Een rechtsstaat
Een land waar de rechten en plichten van de burgers en overheid zijn vastgelegd!

Slide 3 - Tekstslide

Rechtshandhaving                                     Rechtsbescherming

- Het handhaven van rechtsorde.
- Burgers worden beschermd tegen een te grote overheidsmacht en tegen willekeur van de overheid.

Slide 4 - Tekstslide

Rechtsstaat
Een land waar de rechten en plichten van burgers en van de overheid in de wet zijn vastgelegd
Rechtshandhaving
De overheid moet zorgen voor het handhaven van de rechtsorde.
Dus als jij de regels overtreedt, mag de overheid optreden.
Rechtsbescherming
Daarnaast moet de overheid ook de rechten van burgers beschermen.
Tegen te grote overheidsmacht en tegen willekeur door de overheid

Slide 5 - Tekstslide

Rechtsstaat
Een land waar de rechten en plichten van burgers en de overheid zijn vastgelegd in de wet.

Rechten: Alles wat je mag doen of hebben (bijvoorbeeld vrijheid van meningsuiting).

Plichten: Alle dingen die je moet doen. (bijvoorbeeld leerplicht)


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Kenmerken rechtsstaat
1. Grondwet
2. Grondrechten (persvrijheid, godsdienstvrijheid enz)
3. Overheid moet zich aan de wet houden. 
4. Onafhankelijke rechterlijke macht
5. Democratisch gekozen parlement

'maximale straf geeist'..

Slide 8 - Tekstslide

Grondrechten
- Vrijheid van meningsuiting
- Godsdienstvrijheid
- ....

Slide 9 - Tekstslide

Uitgangspunten van het strafrecht

- strafbaar volgens wet?


- wat waren de omstandigheden? Noodweer/ overmacht


- wat is de achtergrond van de dader? Leeftijd, eerste keer? Psychisch ok?


- Er is een maximale straf waar de rechter zich aan moet houden.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:
- Uitleggen waarom een rechtsstaat altijd een democratie is
- Uitleggen waarom de Trias Politica van belang is
- de drie soorten machten benoemen, uitleggen en er een voorbeeld bij geven
- Uitleggen dat de taken rechtsbescherming en rechtshandhaving soms met elkaar botsen


Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

- Vijf oorzaken noemen voor klassenjustitie
- Bij deze oorzaken uitleggen en voorbeelden erbij geven
- Uitleggen hoe grondrechten soms botsen



Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

Trias Politica

  • "Scheiding der drie machten":
    1. Wetgevende macht
    2. Uitvoerende macht
    3. Rechtgevende macht
  • Om misbruik te voorkomen
Niemand kan een rechter dwingen een verdachte schuldig te verklaren.
Hij is onafhankelijk en onpartijdig.
De regering (ministers + koning) en het gekozen parlement (eerste en tweede kamer).
ministers, OM, burgemeesters,

Slide 27 - Tekstslide

Knelpunten rechtsstaat
Veiligheid of privacy
Ongelijke behandeling
botsende grondrechten

Slide 28 - Tekstslide

Veiligheid of privacy?
Rechtshandhaving botst met rechtsbescherming

Georganiseerde misdaad bestrijden > gegevens internet

Terrorismebestrijding > zonder toestemming fouilleren.

Hoeveel privacy inleveren voor veiligheid?

Slide 29 - Tekstslide

Ongelijke behandeling
Klassenjustitie: mensen uit hogere klassen worden bevoorrecht boven mensen uit lagere klassen.

1. Door verschillen in inkomen, opleiding, scholing en cultuur minder mogelijkheden.
2. Vooroordelen
3. Sneller aangifte /  zwaarder gestraft. 

Slide 30 - Tekstslide

Uitvoerende Macht
Wetgevende macht
Rechtsprekende macht

Slide 31 - Sleepvraag