Retaillandschap 7.2

Retaillandschap
Week 7
Les 2
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Commercieel beleidMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Retaillandschap
Week 7
Les 2

Slide 1 - Tekstslide

Deadline verslag: 
8 november 16:00uur
Voorkant
 Inhoudsopgave
Challenge 1 t/m 14
Reflectie (challenge week 8)




Slide 2 - Tekstslide

Agenda
Week 1: Retaillandschap
Week 2: Duurzame retail
Week 3: Functies in de retail
Week 4: Retailmarketing
Week 5: Retailmarketing & consumentenbehoefte
Week 6: Reclame en social media
Week 7: Retailmix
Week 8: Retailmix & Lokale retailomgeving
Week 9: Eindpresentatie

Slide 3 - Tekstslide

Nut van deze les
Aan het einde van de les..

.. weet jij wat de retailmix is.
.. leer je wat de 6 p's zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een doelgroep en waarom is het goed om als Retailer te weten wat je doelgroep is?

Slide 5 - Tekstslide

Doelgroep (klanten)
Als retailspecialist wil je zoveel en zo goed mogelijk verkopen. Je moet daarvoor weten wat voor soort mensen je klanten zijn (doelgroep).

Als je weet wie je doelgroep is, kun je op zoek gaan naar hun consumentenbehoefte, zodat je je klanten zo goed mogelijk kunt bedienen.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het minst flexibele marketinginstrument (6P'2)?

Slide 7 - Tekstslide

1. Plaats
Plaats is het minst flexibele marketinginstrument. Als een retail eenmaal een plek heeft gekozen, kan hij niet zo snel wisselen. 

Je moet alvorens dus goed nadenken waar je je gaat vestigen. 

Slide 8 - Tekstslide

Wat voor soort assortiment:
Een speciaalzaak heeft een

Breed / smal assortiment
Diep / ondiep assortiment

Slide 9 - Tekstslide

Wat voor soort assortiment:
Een warenhuis heeft een

Breed / smal assortiment
Diep / ondiep assortiment

Slide 10 - Tekstslide

De retailmix
Een winkel moet zorgen voor een goede verkoopplaats, een goed product, een goede prijs en een mooie presentatie.

En er moet natuurlijk reclame worden gemaakt. 

Daarnaast heb je personeel nodig. 

De mix van keuzes die je op deze punten maakt wordt ook wel de retailmix genoemd.

Slide 11 - Tekstslide

Balans
De 6P's moeten goed met elkaar in balans zijn

Stel een winkel verkoopt producten met een lage prijs (P van prijs), dan ga je niet adverteren in een peperduur, glossy tijdschrift (P van promotie).

Slide 12 - Tekstslide

Les 1 ->




                                                                                                                   <- Les 2 

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het meest flexibele marketinginstrument (6P's)
A
Plaats
B
Prijs
C
Product
D
Personeel

Slide 14 - Quizvraag

3. Prijs



Voor elk artikel dat een winkel wordt verkocht, is de prijs vastgesteld. 
Deze prijs kan de retailer makkelijk veranderen. De prijs is daarom het meest flexibele marketingsinstrument.

Slide 15 - Tekstslide

Concurrentie en prijs
Winkels concurreren onderling met de prijs van hun artikelen.
Klanten zijn namelijk erg prijsbewust en geïnteresseerd in een goede prijs-kwaliteitsverhouding.

Als je de prijs omhoog gooit, maak je meer winst per product, maar verkoop je vaak minder producten als de concurrent. 
Als je de prijs omlaag gooit, maak je minder winst per product, maar verkoop je vaak meer producten als de concurrent. 

Slide 16 - Tekstslide

Pricing
Alle prijsaanduidingen in een winkel noem je pricing. Pricing is een belangrijk retailinstrument, omdat:

1. Informatie over de prijs de koop bevordert.
2. Klanten snel en gemakkelijk willen winkelen en ze door pricing snel informatie hebben.
3. Het vermelden van de prijs wettelijk verplicht is.

Slide 17 - Tekstslide

Prijsbepaling

Slide 18 - Tekstslide

Vraag:
Een retailer wil de prijs van zijn artikelen vaststellen.
Met welke aspecten moet hij dan rekening houden?

Kies de vijf juiste antwoorden:
Afspraken
Assortiment
Concurrenten
De klant
Kosten van het product
Presentatie
Wettelijke bepalingen

Slide 19 - Tekstslide

4. Presentatie
Met een goede presentatie creeer je de juiste sfeer en kun je ervoor zorgen dat het winkel een belevenis wordt voor de klant. 

Het winkelexterieur en het winkel interieur moeten aansluiten bij de winkelformule. 

Slide 20 - Tekstslide

Winkelexterieur
Voor het winkelexterieur is het volgende van belang:

1. Winkelnaam staat duidelijk op het pand.
2. De buitenkant trekt klanten aan.
3. De buitenkant is uitnodigend voor de klanten om naar binnen te gaan.
4. De etalge is uitnodigend voor de voorbijgangers om te stoppen.
5. De etalage geeft een goed beeld van het winkelaanbod.
6. Het exterieur past goed bij het gevoerde assortiment.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Welke twee onderdelen van van belang bij een goed winkelinterieur?
A
De buitenkant trekt klanten aan.
B
De presentatiewijze past bij het winkelaanbod.
C
De etalage geeft een goed beeld van het winkelaanbod.
D
De sfeer in de winkel is passend bij het winkelaanbod.

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Webshop: presentatie
Een webshop moet er overzichtelijk uitzien:

1. Transparante product structuur
2. Transparante prijsstructuur
3. toegankelijke productspecificaties
4. FAQ's
5. Zoekfunctie op de site

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Opdracht
Beantwoord de volgende vraag:

Op welke manieren moet een webwinkel rekening houden met de presentatie van de website?

Slide 27 - Tekstslide

5. Promotie
Het doel van promotie is ervoor zorgen dat mensen de artikelen kopen zodat de winkel zoveel mogelijk winst kan maken.

Een retailer kan op verschillende manieren promotie maken: Via sales promotion, reclame, persoonlijke verkoop, publiciteit en met pos-materialen in de winkel.

Slide 28 - Tekstslide

Promotie is nodig om:
Artikelen bekend te maken
de interesse van de consument op te wekken
de klant naar de winkel te trekken
het winkelimago over te brengen
winkeltrouw te bereiken

Slide 29 - Tekstslide

Wat heeft de klant nodig?
Het interessants is de promotie die de consument een oplossing aanreikt voor een probleem die hij (bewust of onbewust) ervaart. 

Op deze manier creëer je een behoefte. De klant komt naar de winkel om zijn probleem op te lossen.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Hoe kan de retailer aan promotie doen?
Meestal kiest een winkel niet voor een soort promotie, maar voor een promotiemix. 
Dit kan op verschillende manieren:

Slide 32 - Tekstslide

Publiciteit
Je kan als bedrijf je publiciteit op drie manieren vergroten:

Slide 33 - Tekstslide

Opdracht
Beantwoord de volgende vraag

Bedenk een voorbeeld van positieve of negatieve publiciteit rondom een winkelbedrijf of een product uit de afgelopen periode.
Schrijf op welk voorbeeld je hebt gevonden en noem de site.

Slide 34 - Tekstslide

Opdracht
1. Persoonlijke verkoop is ook een vorm van promotie. Leg dit uit.

2. Waarom is persoonlijke verkoop steeds belangrijker aan het worden in een winkel?

Slide 35 - Tekstslide

Webshop: Promotie
Ook webshops doen aan promotie. Dit verschilt niet ten opzichte van fysieke winkels.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Opdracht
Medina wil een sieradenwinkel openen. Ze heeft niet veel geld. Daarom bezuinigt ze op de promotie. 

1. Ben je het eens met de keuze van Medina? Motiveer je antwoord.
2. Wat is je advies aan Medina voor promotie met een beperkt budget? Geef een voorbeeld.

Slide 38 - Tekstslide

6. Personeel


Heeft het personeel plezier in het werk, dan straalt het dat uit.

Klanten zijn gevoelig voor een goede sfeer. Het personeel bepaalt het gezicht van de winkel.

Slide 39 - Tekstslide

Het personeel
Goed personeel hangt af van de volgende zaken:

Kennis: Wat weet je van het artikel en de winkel.

Vaardigheden: Kun je de kassa goed bedienen? Winkelpresentatie onderhouden? Verkopen?
Houding: benader je de klanten vriendelijk en netjes?
Uiterlijke verzorging: hoe ziet het personeel eruit?

Slide 40 - Tekstslide

Uiterlijke verzorging
Een klant heeft snel een beeld van de Retailmedewerker. 




Uiterlijke verzorging:
Schone nagels, kapsel, frisse lichaamsgeur en adem.


Slide 41 - Tekstslide

Opdracht
Vertel in eigen woorden waarom de medewerkers in een winkel heel belangrijk zijn.

Slide 42 - Tekstslide

Webshop: Personeel
Op een webshop komt de klant niet persoonlijk in contact met een retailmedewerker. De webshop is het visitekaartje, niet het personeel. 

Een webshop heeft  wel steeds vaker medewerkers die via een chat contact leggen met de bezoekers op de website. Er verschijnt bijvoorbeeld een vraag in beeld: ''Kan ik u ergens mee helpen?

Ook op een webshop willen klanten graag door personeel geholpen worden.

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Link

Challenge 14 eindopdracht
Ga op onderzoek uit bij de twee door jouw gekozen bedrijven. Beantwoord de volgende vragen: 

1. Geef je mening over de presentatie van je gekozen bedrijven. Wat vind je top en wat is je tip?
2. Op wat voor manieren doen je bedrijven aan promotie?
3. Wat doet het personeel bij je gekozen bedrijven?

Slide 45 - Tekstslide

Challenge 13 eindopdracht
Ga op onderzoek uit bij de twee door jouw gekozen bedrijven. Beantwoord de volgende vragen: 

1. Waar zijn je gekozen bedrijven gevestigd? Waarom hebben ze voor de plek gekozen denk je?
2. Waaruit bestaat het kern- en randassortiment van je gekozen bedrijven? 
3. Hoe is de prijsbepaling van de producten in vergelijking met directe concurrenten in de markt? Waarom hebben ze daar voor gekozen denk je?

Slide 46 - Tekstslide