Present continuous 2.0

Welcome to today's English lesson!
With Ms Frijns
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welcome to today's English lesson!
With Ms Frijns

Slide 1 - Tekstslide

Take out your books and start reading, please 
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

By the end of this lesson, you...
...have refreshed your memory on the present continuous
...know what exceptions there are in the present continuous.
...know how to use the present continuous in a question
...know how to use the present continuous in a negative sentence

Slide 3 - Tekstslide

The present continuous: what do you remember?

Slide 4 - Tekstslide

Welke zin staat in de present continuous?
A
We are working.
B
We work.
C
We worked.

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer gebruik je de present continuous.
A
Als iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Als iets nu gebeurt.
C
Als iets in het verleden gebeurde.
D
Als iets in de toekomst gaat gebeuren.

Slide 6 - Quizvraag

Present continuous: vorm
We are playing in the yard. 
Cathy is waiting for the bus. 
I am calling my grandmother right now. 

vorm van 'to be' + hele ww + ing


Slide 7 - Tekstslide

Present continuous: uitzonderingen
I am lying to you. --> hele ww: lie
--> eindigt een ww op -ie, vervang het voor -y

She is baking a cake. --> hele ww: bake
--> eindigt een ww op een -e


Slide 8 - Tekstslide

Present continuous: vraagzinnen
I am baking a cake. 
Am I baking a cake?

She is telling a story.
Is she telling a story?

Zet de vorm van 'to be' vooraan de zin om een vraagzin te maken. 

Slide 9 - Tekstslide

Present continuous: ontkenning
I am baking a cake. 
I am not baking a cake. 

She is telling a story.
She is not telling a story.

Zet 'not' achter de vorm van 'to be' om een ontkennende zin te maken.

Slide 10 - Tekstslide

Zet in de present continuous. Schrijf het zo:
"-She... (fall)" wordt: she is falling
- I... (take)
- the dog... (die)
-They... (stare)

Slide 11 - Open vraag

Maak van de volgende zin in een vraagzin én een ontkennende zin:
The woman is working at the office.

Slide 12 - Open vraag

Maak van de volgende zin in een vraagzin én een ontkennende zin:
William and Charlie are watching a show.

Slide 13 - Open vraag

Over to you...

Slide 14 - Tekstslide

What did you learn during this lesson?
Wanneer gebruik je de present continuous?


Hoe maak je een vraagzin in de present continuous?

Maak een ontkennende zin van: She is shopping. 

Slide 15 - Tekstslide

What did you learn this lesson?
Wanneer gebruik je de present continuous?
--> Je gebruikt de present continuous wanneer iets op dit moment bezig is. 
Hoe maak je een vraagzin in de present continuous?

Maak een ontkennende zin van: She is shopping. 

Slide 16 - Tekstslide

What did you learn this lesson?
Wanneer gebruik je de present continuous?
--> Je gebruikt de present continuous wanneer iets op dit moment bezig is. 
Hoe maak je een vraagzin in de present continuous?
--> Zet de vorm van 'to be' vooraan de zin. 
Maak een ontkennende zin van: She is shopping. 

Slide 17 - Tekstslide

What did you learn this lesson?
Wanneer gebruik je de present continuous?
--> Je gebruikt de present continuous wanneer iets op dit moment bezig is. 
Hoe maak je een vraagzin in de present continuous?
--> Zet de vorm van 'to be' vooraan de zin. 
Maak een ontkennende zin van: She is shopping. 
--> she is not shopping

Slide 18 - Tekstslide