In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
- Terugblik en vooruitblik
- Oefenen met brief schrijven
- Zelfstandig werken
- Afronden
Slide 2 - Tekstslide
Je bent begonnen met het lezen uit een leesboek.
Slide 3 - Tekstslide
.
Je weet uit welke onderdelen een brief bestaat.
Je hebt geoefend met het schijven van een brief.
Slide 4 - Tekstslide
Je gaat een brief schrijven..
- De eerste brief gaat over jezelf.
Tip : Woorden en zinnen leren uit het checkbook.
Je mag een woordenboek zelf meenemen !
Slide 5 - Tekstslide
Rules
1. Begin je zin met een hoofdletter.
2. Eindig je zin met een punt of vraagteken.
3. De letter ‘i’ schrijf je in het Engels ALTIJD met een hoofdletter.
(Maakt niet uit waar in de zin)
4. Geen ‘slang’ (straattaal )
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Zet de brief in de juiste volgorde
Afsluiting
Begroeting
Inleiding
Kern
Slot
Kind regards,
Lotte
Dear Rob,
How are you? I'm fine.
It was nice to read about your family. I am going to tell you something about mine. I have one brother and two sister. We also have a cat named Minoes. Let's meet next week, how is friday?
I hope to hear from you.
Slide 8 - Sleepvraag
Wat is de juiste manier van een brief beginnen? (begroeting)
A
Hi,
B
Hallo.
C
Hello Jasmine,
D
Dear Rob ,
Slide 9 - Quizvraag
Wat is een goede slotzin?
A
I hope i heur from you.
B
I hope to hear from you.
C
i hope to hear from you
D
I hope hearing from you
Slide 10 - Quizvraag
Hoe zeg ik: 'Ik heb twee broers en een klein zusje' ?
A
I haf broers and little sister.
B
i have two brothers and one little sister.
C
I have two brotahs and one sistah.
D
I have two brothers and one little sister.
Slide 11 - Quizvraag
Hoe zeg ik: 'Vertel me iets meer over jou family'?
A
Tell about your famlie.
B
Tel me something.
C
Tell me something more about your family.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de juiste manier van het afsluiten van een brief?
A
Bye,
Your name
B
Bye, your name
C
Kind regards,
Your name
D
Greetings,
Your name
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Waar wordt er op beoordeeld?
- Woorden genoteerd
- Spelling
- Grammatica
- Zinsopbouw
- Aanhef/afsluiting
- Inhoud
Slide 15 - Tekstslide
Aan de slag
- Je gaat een oefenblad maken die te maken heeft met de schrijftoets.
- Weet je bepaalde woorden of zinnen niet? Zoek ze dan op in het woordenboek.