Freitag, den 19. Oktober
Ziel der Stunde: Du kannst die Fälle benutzen
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
De juiste naamval in de zin plaatsen.
Verandering van het lidwoord
1e naamval (ow)
Der Mann läuft.
Die Frau läuft.
Das Mädchen läuft.
Die Menschen laufen.
Ich sehe den Mann laufen.
Ontleed de zinnen.
Schrijf de juiste uitgangen in je schrift.