6.4 - Het hart (BB4)

Thema 6 Transport
BB 4
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 6 Transport
BB 4

Slide 1 - Tekstslide

Thema 6 - Transport
6.1 - Bloed
6.2 - De bloedsomloop 
6.3 -  De bloedvaten
6.4 - Het hart
6.5 - Hart- en vaatziekten

Slide 2 - Tekstslide

6.3 - De bloedvaten
BB 4

Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

De slagader loopt altijd van ... naar ...
A
van het hart naar het orgaan
B
van het orgaan naar het hart

Slide 4 - Quizvraag

Aders hebben aderkleppen.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Een ader...
A
Vervoert bloed naar het hart toe
B
Vervoert bloed van het hart weg

Slide 6 - Quizvraag

Haarvaten hebben:
A
De dikste wand
B
Een dikke wand, maar niet de dikste.
C
Een wand die uit 1 cellaag bestaat.
D
Geen wand.

Slide 7 - Quizvraag

Een slagader...
A
Vervoert bloed naar het hart toe
B
Vervoert bloed van het hart weg
C
Vervoert meestal zuurstofrijk bloed
D
Vervoert meestal zuurstofarm bloed

Slide 8 - Quizvraag

Wat gebeurt er in de haarvaten?
A
Uitwisseling van zuurstof en CO2 met weefsels
B
Al het bloed verlaat de circulatie
C
Hier wordt het bloed zuurstofrijk gemaakt
D
Hier krijgt het bloed de blauwe kleur

Slide 9 - Quizvraag

Slagaders hebben een dikke wand
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

6.3 - Het hart

KB 4


Slide 11 - Tekstslide

Doelen van deze paragraaf
Je kan de onderdelen van het hart benoemen
Je kunt het verloop van de hartslag beschrijven

Slide 12 - Tekstslide

Dubbele bloedsomloop
Bloed gaat door hele lichaam
2x per omloop door hart

Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop

Slide 13 - Tekstslide

Dubbele bloedsomloop
Kleine bloedsomloop - Zuurstof ophalen, koolstofdioxide afgeven (Hart -> Longen -> Hart)
Grote bloedsomloop - Zuurstof afgeven, koolstofdioxide ophalen (Hart -> Organen -> Hart)

Slide 14 - Tekstslide

Het hart

Slide 15 - Tekstslide

Het hart
Holle spier
Krans(slag)aders

Twee boezems, twee kamers
Harttussenwand

Slide 16 - Tekstslide

Hartkleppen
Halvemaanvormige kleppen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

De hartslag 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Harttonen
Luisteren naar hart: 2 tonen
eerste toon - dichtslaan hartkleppen
tweede toon - dichtslaan halvemaanvormige kleppen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Vragen?

Slide 24 - Tekstslide


Hiernaast zie je een afbeelding van het hart.
Waar bevindt zich zuurstofarm bloed?
A
1
B
2
C
4
D
5

Slide 25 - Quizvraag

Bloed uit je handen komt in de rechterboezem binnen via de...
A
Aorta
B
Onderste holle ader
C
Longslagader
D
Bovenste holle ader

Slide 26 - Quizvraag

Het bloed stroomt van een kuitspier via de longen weer terug naar dezelfde kuitspier.
Het bloed gaat daarbij minstens tweemaal door het hart.
Door welke delen van het hart stroomt het bloed hierbij achtereenvolgens?
A
Linkerboezem – linkerkamer – rechterboezem – rechterkamer.
B
Linkerkamer – linkerboezem – rechterkamer – rechterboezem.
C
Rechterboezem – rechterkamer – linkerboezem – linkerkamer.
D
Rechterkamer – rechterboezem – linkerkamer – linkerboezem.

Slide 27 - Quizvraag


De wanden van het hart...
A
zijn overal even dik
B
zijn bij de linkerkamer dikker dan de rechterkamer
C
zijn bij de rechterkamer dikker dan bij de linkerkamer
D
zijn bij de boezems dikker dan bij de kamers

Slide 28 - Quizvraag

Aan het werk
Maken:
6.4 - Opdr. 24 t/m 29
Lezen:
6.5


Begrippen:
Harttussenwand
Boezem
Kamer
Rechterboezem
Rechterkamer
Longslagader
Longaders
Linkerboezem
Linkerkamer
Hartkleppen
Halvemaanvormige kleppen
Hartfasen
Harttonen

Leerdoelen:
- Je kan in het bloedvatenstelsel van de mens aders en slagaders benoemen
- Je kan de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden en functies benoemen
- Je kan de onderdelen van het hart en het verloop van de hartslag benoemen

Slide 29 - Tekstslide