4.1 4.2 4.3

4.1 4.2 4.3
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

4.1 4.2 4.3

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
KA13: De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving
KA14: De opkomst van stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
KA15: Het begin van staatsvorming en centralisatie
KA16: Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
 KA17: De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe onder andere in de vorm van kruistochten







Slide 2 - Tekstslide

KA13: De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving
KA14: De opkomst van stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden (4.1)
- Vanaf einde vroege middeleeuwen veel nieuwe landbouwwerktuigen
- Hierdoor groei bevolking
- In vroege middeleeuwen bijna elk dorp autarkisch
- Toenemen van bevolking legde in NL en Vlaanderen basis voor grote economische veranderingen
- Specialisatie in bijvoorbeeld textiel en aardewerk

Slide 3 - Tekstslide

- Deze specialisten in een ambacht (beroep waarbij een handwerker met gereedschap eindproducten maakt) gingen wonen op een plek waar veel mensen kwamen
- Kleine stadjes groter en nieuwe steden ontstaan 
- Hoeveelheid handel en nijverheid nam toe 
- Van landbouwsamenleving naar landbouw-stedelijke samenleving

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hanze en gilden
- Handwerkersgilden
- Koopmansgilden
- Hanze

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

- Edelen bevorderden groei van steden in hun gebied
- Hun hertogdom of graafschap profiteerde van handel en nijverheid
- Veel horigen trokken van platteland naar steden
- Dit wilden edelen voorkomen: minder pacht en verplichtingen
- Hierdoor opkomst steden oorzaak voor meer vrijheden horigen

Slide 8 - Tekstslide

KA15: Het begin van staatsvorming en centralisatie (4.2)
- Filips II rond 1150 koning van Frankrijk
- Hij werkte intensief aan staatsvorming van FR
(het streven van vorsten naar een aaneengesloten grondgebied met goed functionerend bestuur)
- Opvolger van Filip probeerde met steun van steden de invloed van de adel te verkleinen
- Na zijn dood ontstaan Honderdjarige Oorlog (1337-1453)

Slide 9 - Tekstslide

- Oorlog kostte een vermogen
- Nieuwe Franse koning Karel VII  genoodzaakt goed belastingstelsel op te zetten
- Dit werd opgezet door ambtenaren
- Toen er genoeg geld was kon koning steeds meer ambtenaren laten opleiden
- Deze stelden in de hoofdstad Parijs wetten op die voor heel FR golden

Slide 10 - Tekstslide

- Centralisatie en uniformering
- (Het streven van vorsten om hun grondgebied vanuit hoofdstad te regeren) en (het streven van vorsten om in heel het land dezelfde wetten te laten gelden)
- Hiermee beperkte de koning de invloed van ongehoorzame adel


Slide 11 - Tekstslide

- Bij deze modernisering van Franse overheid speelden steden grote rol
- Koning eiste van stedelingen belasting. In ruil hiervoor privileges op het gebied van handel en bestuur
- Voor koning hield dit wel gevaar in: als steden té zelfstandig werden, konden ze verdere centralisatie en uniformering in de weg staan

Slide 12 - Tekstslide

KA16: Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
 KA17: De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe onder andere in de vorm van kruistochten

Slide 13 - Tekstslide

Het Oosters Schisma
- Volgens middeleeuwse christenen had God plaatsvervangers aangewezen op aarde: de geestelijke macht
- Paus kreeg leiderschap over de kerk
- Koning en keizer leiderschap over de wereldlijke macht: bestuursmacht over landen en mensen

Slide 14 - Tekstslide

- Volgens paus was ziel belangrijker dan lichaam, dus was de geestelijke macht belangrijker dan de wereldlijke macht 

- Koningen en keizers die in late middeleeuwen meer macht naar zich toe trokken, accepteerden deze redenatie niet langer

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

- Christenen in Byzantijnse Rijk accepteerden streven van paus naar primaat niet meer:
- hoogste geestelijke leider (bisschop van Rome)
-Byzantijnse Rijk rond jaar 1000 bloeiperiode
- Leider van de kerk in Constantinopel. de patriarch, vond niet dat hij ondergeschikt was aan de paus 

Slide 17 - Tekstslide

- Patriarch en paus waren het over meer dingen oneens: bijvoorbeeld het nut van heiligenbeelden
- Door deze meningsverschillen ontstond een schisma: een kerksplitsing  
- Na dit Oosters Schisma (1054) gingen West-Europese kerk en Oosterse kerk hun eigen weg
- Maar paus bleef zichzelf als leider van christelijke kerk zien

Slide 18 - Tekstslide

De Investituurstrijd
- Volgens oude kerkelijke recht mochten inwoners van bisdom zelf hun bisschop kiezen
- Daarna benoemde de paus hem en deed de investituur: aan een nieuwe bisschop de symbolen van bisschopambt geven: ring, mijter en staf
- In loop van middeleeuwen probeerden pausen steeds meer macht naar zich toe te trekken


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

- Ook koningen en keizers trokken steeds meer macht naar zich toe: 
- kozen bisschoppen die zij meteen aanstelden als leenman
- Feodale macht van koning nam hierdoor toe én kreeg macht over kerkorganisatie
- Pausen wilden deze wereldlijke invloed op de bisschopskeuze niet
- Onder paus Gregorius VII was Investituurstrijd het felst

Slide 21 - Tekstslide

- Nadat Hendrik IV zijn ban was opgeheven verzamelde hij een leger en bezette Rome
- Hij zette de paus af en benoemde een nieuwe paus die hem tot keizer kroonde
- De investituurstrijd eindigde pas in 1122:
- Paus mocht bisschop kiezen en investituur verrichten
- Daarna mocht keizer/ koning scepter overhandigen als teken van wereldlijke macht 
- Macht en aanzien van de paus nam toe

Slide 22 - Tekstslide

De Eerste kruistocht
- In het midden van elfde eeuw veroverden Turkse nomadenstammen grote delen in het midden oosten, ook Palestina
- Hier waren veel plaatsen die voor christenen belangrijk zijn
- Rond 1080 bedreigden ze zelfs Constantinopel
- De Byzantijnse keizer bleek niet in staat het gevaar te keren en verzocht de paus om hulp

Slide 23 - Tekstslide

- Dit verzoek kwam paus Urbanus II goed uit
- Door ridders op kruistocht (een gewapende strijd waar de paus het initiatief toe nam en die bedoeld was om de macht van de kerk te vergroten) te sturen, hoopte hij de Oosterse kerk weer onder zijn gezag te krijgen
- Leg uit

Slide 24 - Tekstslide

- Iedere kruisvaarder kreeg van de paus een 'volle aflaat'
- In 1096 begon de eerste goed georganiseerde kruistocht: 4500 ridders, 25.000 man voetvolk en ongeveer 40.000 pelgrims, waaronder 15.000 vrouwen, gingen op pad 
- Gevaarlijke en lange tocht: slechts 15.000 van de 70.000 kruisvaarders wisten Palestina te bereiken

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Economische en culturele gevolgen
- Ondanks verschillende kruistochten bleven kruisvaarderstaten niet altijd in handen van kruisvaarders
- Kruistochten verscherpten de tegenstellingen tussen christenen en moslims
- Oude Byzantijnse machthebbers herstelden hun gezag
- Kloof tussen paus en gelovigen in Oost-Europa nu groter dan ooit

Slide 27 - Tekstslide

- Maar in vredestijd bevorderden de kruistochten de handelscontacten tussen oost en west
- Europa maakte kennis met culturele en wetenschappelijke kennis uit midden oosten: numerieke stelsel, wiskunde en hoogstaande Arabische medische kennis
- Ook veel filosofische geschriften die bewaard waren gebleven in Arabische wereld werden gedeeld 

Slide 28 - Tekstslide

- Zo zorgden de kruistochten voor de Europeanen voor een hernieuwde kennismaking met het klassieke erfgoed, een ontwikkeling die van grote invloed zou zijn op de navolgende eeuwen

Slide 29 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
KA13: De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving
KA14: De opkomst van stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
KA15: Het begin van staatsvorming en centralisatie
KA16: Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
 KA17: De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe onder andere in de vorm van kruistochten







Slide 30 - Tekstslide