Kijk en luistervaardigheid

Kijk en luistervaardigheid
In deze les leer je aantekeningen maken bij een stukje film. Je noteert de belangrijkste begrippen en je schrijft de definities op. 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Taal in alle vakkenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Kijk en luistervaardigheid
In deze les leer je aantekeningen maken bij een stukje film. Je noteert de belangrijkste begrippen en je schrijft de definities op. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kijk- en luistervaardigheid? 
Je leert op verschillende manieren. Niet alleen door iets te lezen. Ook door bv de vragen in je lesboek te maken of door overhoren. Maar ook door een filmpje over een onderwerp te bekijken. Hoe meer verschillende manieren je gebruikt, hoe beter je onthoudt. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Je kunt de lln laten zien dat ze 50% leren van een filmpje, maar dus ook nog toelichten dat ze nog meer leren door er samen over te discussiëren, het delen van persoonlijke ervaringen en het uitleggen aan anderen. 
Het discussiëren kun je inzetten bij het activeren van voorkennis. 

biologie
cellen en weefsels

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul max. 3 dingen in die je al weet over cellen of weefsels. Dat mag eigen kennis zijn of uit een biologieles komen. Als je niks weet, typ dan het woord "niks".

Slide 5 - Open vraag

De docent kijkt naar de antwoorden en laat leerlingen antwoorden toelichten. Leerlingen mogen ook vragen over elkaars opmerkingen maken. Komt er weinig tot niets uit? Dan kan de docent misschien zelf nog wat vertellen. 

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf nu het belangrijkste kernwoorden en de definitie ervan op

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf nu het kernwoord en de definitie van dit stukje film

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

03:56
Wat is een tussencelstof? Vul het antwoord hier in en zet daarna het correcte antwoord in je papieren schema.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

05:19
kernwoord: huidmondje
Noteer de definitie van het woord huidmondje in de 2de kolom.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

kernwoorden en definities
Check of je de belangrijkste kernwoorden en definities op je blad hebt staan. Je moet waarschijnlijk nog iets aanvullen over de boomschors. Doe dit, dan kun je de quiz straks goed maken. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

noteer nu de belangrijkste woorden uit deze les

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

wie wat waar waarom wanneer hoe?
Je kunt niet al deze vraagwoorden gebruiken bij dit filmpje. Maar wel een aantal. Als je met deze woorden jezelf of iemand anders vragen stelt over de tekst, zul je merken dat je meer verbanden legt. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verbanden leggen door vraagwoorden
Waarom is verbanden leggen belangrijk? Verbanden leggen betekent dat je samenhang ziet in de tekst. Als je dit ziet, is de kans minder groot dat je toetsvragen krijgt waarvan je zeg: "Dit stond niet in het boek". 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verbanden leggen
Vaak staan dingen wél in je boek als je nadenkt en jezelf vragen stelt over de stof. Het staat als het ware "verstopt" in de tekst.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is mij weleens gebeurd dat ik dacht dat een vraag niet in de stof stond die werd gevraagd op een toets.
ja
nee
weet ik niet

Slide 19 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

wie wat waar wanneer waarom hoe
Deze vraagwoorden heb je nodig bij het begrijpen van leesteksten en filmpjes.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldvragen voor je samenvatting. Als je hier antwoord op kunt geven, kun je zelf een goede samenvatting maken.
Waarvoor is de tussencelstof?
Waarom is de tussencelstof belangrijk? 
Wat is de functie van de huidmondjes? Waarom is dit belangrijk?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 1
Beantwoord de vragen met je buurman / vrouw of met een klein groepje en schrijf ALLEMAAL het antwoord bij de samenvatting.
Waarvoor is de tussencelstof?
Waarom is de tussencelstof belangrijk?
Wat is de functie van de huidmondjes? Waarom is dit?  belangrijk?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 2
Je hebt als het goed is nog meer kernwoorden en definities staan. Maak nu mondeling nog wat vragen met je buur of groepje en verwerk dit in de rest van de samenvatting. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gaan nu kijken wat jullie hebben opgeschreven of zelf nog weten te vertellen
Denk aan de vraagwoorden: wie wat waar wanneer waarom en hoe.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ben je klaar voor de quiz? 
Ook dit kun je zelf maken als je een filmpje hebt gezien of een tekst hebt gelezen. Maar we doen het nu in de klas.
Quizzzzzzzzzzz !!!!!!!!!! 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een cel?
A
Daar zit een gevangene in.
B
een aandoening
C
De kleinste bouwsteen waaruit een organisme is opgebouwd
D
Een functie van een organisme.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie hebben er allemaal cellen?
A
Alleen mensen
B
Alleen mensen en dieren
C
mensen dieren en planten
D
Alle levende wezens.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van huidmondjes bij bladeren?
A
Zo drinkt een plant.
B
Zo ademt een plant.
C
Hier worden bladkorrels aangemaakt.
D
Ze verdampen water.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het is correct dat er bij een boom meer cellen worden aangemaakt in de LENTE
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer zijn de cellen het lichtst van kleur?
A
in de herfst
B
in de lente
C
in de zomer
D
in de winter

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In deze les heb je geleerd:
Dat je niet domweg naar een informatief filmpje moet kijken maar meer onthoudt als je de kernwoorden opschrijft.
Later kun je hier de definitie achter schrijven.
Je kunt een tekst / filmpje begrijpen door jezelf vragen te stellen met de vraagwoorden WIE WAT WAAR WAAROM en HOE.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies