25 voldoen aan toezicht
1 / 21
Lesduur is: 135 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
In Nederland is het verboden financiële diensten te verlenen zonder een vergunning.
Waar wordt door de AFM en DNB naar gekeken bij de aanvraag van een vergunning denk jij?
Waar wordt door de AFM en DNB naar gekeken bij de aanvraag van een vergunning denk jij?
Slide 3 - Open vraag
Volgorde iets anders dan in het boek. Vind ik logischer.
Slide 4 - Tekstslide
De Wft is niet van toepassing op:
financiële dienstverleners die algemeen advies verstrekken: bv. accountants
sommige eenvoudige verzekeringen: bv. annuleringsverzekering bij het reisbureau
sommige typen consumptief krediet: bv. personeelsleningen
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Alle 6 de kwaliteitseisen moeten op ieder onderdeel geborgd zijn.
OBjectiviteit hoort er niet bij.
OBjectiviteit hoort er niet bij.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Het Essentiële-informatiedocument is verplicht voor complexe financiële producten. Dit zijn producten met een beleggingscomponent. Deze producten met een beleggingscomponent hebben een onzekere waarde: een klant weet namelijk niet of het product hem in de toekomst voordeel zal opleveren.
De overheid heeft ook nog enkele andere producten aangemerkt als complex. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld hypotheken, lijfrenteverzekeringen en bankspaarproducten.
In het Eid staat in ieder geval beschreven wat de risico’s van het product zijn.
In het Eid moet minimaal staan:
• de risico’s;
• het rendement in minimaal 3 verschillende scenario’s; en
• de totale kosten over de gehele looptijd en de doelgroep.
Slide 9 - Tekstslide
Het gaat in deze slide om zorgplicht.
Context voor de student.
Context voor de student.
Waar denk jij aan bij zorgplicht?
Slide 10 - Open vraag
Onderdeel van de zorgplicht is, dat de financieel dienstverlener de klant relevante informatie verstrekt. Deze informatie moet juist, begrijpelijk en niet-misleidend zijn. Een financieel dienstverlener dient altijd in het belang van de klant te handelen.
Slide 11 - Tekstslide
De consument moet de informatie die hem wordt aangereikt tot zich nemen.
De eigen verantwoordelijkheid van de consument behelst de volgende punten:
de consument moet de informatie die hem wordt aangereikt tot zich nemen;
hij moet zich hierin verdiepen; en
hij moet nagaan wat de kenmerken en risico’s van een financieel product zijn om ook zelf te bepalen of het product voor hem of haar geschikt is.
Uit welke stappen bestaat het standaard adviestraject van de AFM?
Slide 12 - Open vraag
Stap 1: inventariseren en analyseren
Wat voor soort klant is het?
Wat zijn de risico's voor deze klant?
Stap 2: adviseren
Wat adviseer ik?
Waarom adviseer ik dit?
Past dit bij stap 1?
Stap 3: bemiddelen
Hulp bij het afsluiten van geadviseerde producten.
Stap 4: beheren
Wijzigingen verwerken, administratie op orde houden en klantgegevens bewaren.
Stap 5: nazorgen
Na gegeven advies of bemiddeling klant blijven begeleiden.
Hulp bij mogelijke schade.
Slide 13 - Tekstslide
Door de AFM verplicht gesteld
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
1. In welke stap van het adviestraject zit het opstellen van het klantprofiel?
2. Uit welke vier onderdelen bestaat het klantprofiel?
2. Uit welke vier onderdelen bestaat het klantprofiel?
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wft adviestraject: Zet het in de juiste volgorde.
Inventarisatie en analyseren
1
2
3
4
5
Bemiddelen
Adviseren
Beheren
Nazorg
Slide 19 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
