COPD

Ademhaling + 
zuurstof toedienen
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ademhaling + 
zuurstof toedienen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van deze les..
Kun je de anatomie en fysiologie van de ademhaling benoemen.
Kun je indicaties en contra-indicaties voor zuurstof benoemen.
Weet je hoe je een zuurstoftekort kunt herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is zuurstof?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is zuurstof?
  • Gas
  • Kleurloos
  • Geurloos
  • Smaakloos
  • Medicijn
  • Droog

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschijnselen zuurstof tekort
(hypoxie)

  • Kortademigheid
  • Onrust
  • Prikkelbaarheid
  • Hoge hartfrequentie
  • Bloeddrukstijging
  • Blauwe verkleuring van lippen en slijmvliezen
  •  Bewustzijnsstoornissen
  • Desoriëntatie
  • Wanen en hallucinaties

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn redenen om
zuurstof toe te dienen?
A
Hart en vaatziekten
B
Tijdens en na een operatie
C
Longziekten
D
Plotselinge ademnood

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

COPD

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
*Kan je uitleggen wat er verstaan wordt onder COPD
*Ken je minimaal 2 oorzaken en 2 symptomen van COPD
*Kan je minimaal 2 behandelmethoden benoemen
*Kan je uitleggen welke aandachtspunten van belang zijn bij COPD.








Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij over COPD?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is COPD?
COPD staat voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease

Het is een verzamelnaam voor chronische bronchitis en longemfyseem.
*Chronische bronchitis: Ontsteking van de grotere luchtwegen
*Longemfyseem: Sterkere uitrekking van de long ten opzichte van een normale long.


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cijfers COPD

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er in de longen? 
 Bij COPD kunnen de longen niet voldoende zorgen voor een goede ademhaling.
 

Je kunt het vergelijken met een tankwagen waar zo’n tienduizend liter zuurstof in kan. 
Een gezonde volwassene heeft ongeveer die hoeveelheid zuurstof per dag nodig. 
Bij COPD lukt het soms maar om een halve tankwagen per dag in- en uit te ademen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wij ademen hoeveel zuurstof in?
A
14%
B
15%
C
16%
D
21%

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kleinste luchtwegen zijn de:
A
Trachea
B
Bronchien
C
Bronchiolen
D
Carina

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij COPD raken de _ ontstoken
A
Bronchiolen
B
Haarvaten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De longen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

COPD is een verzamelnaam
Chronisch bronchitis: Bij chronische bronchitis zijn je bronchiën steeds ontstoken. 
De bronchiën zijn de vertakkingen van je luchtpijp naar je longen. 
Daardoor maakt je lichaam meer slijm aan en is ademhalen lastiger.

Longemfyseem: Bij longemfyseem of emfyseem gaan er langzaam longblaasjes verloren. 
De longblaasjes zorgen ervoor dat zuurstof na het inademen in je bloed komt
en dat je afvalstoffen weer kunt uitademen. 
Hoe minder longblaasjes er zijn, hoe moeilijker dit wordt. 
Hierdoor kun je het benauwd krijgen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan niet de oorzaak zijn COPD
A
lucht omgeving
B
roken
C
voeding
D
astma

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken COPD

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezonde longen en rokerlongen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen COPD

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De piepende ademhaling bij COPD wordt door _ veroorzaakt.
A
Vernauwing
B
Verbreding

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Piepende ademhaling passend bij COPD

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een zorgvrager met COPD heeft
A
Een hoog zuurstofgehalte en een hoog CO2 gehalte
B
Een hoog zuurstofgehalte en een laag CO2 gehalte
C
Een laag zuurstofgehalte en een laag CO2 gehalte
D
Een laag zuurstofgehalte en een hoog CO2 gehalte

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


De ademprikkel wordt bij mensen met COPD aangestuurd op basis van het .. gehalte in het bloed
A
Hoge CO2
B
Lage CO2
C
Hoge O2
D
Lage O2

Slide 29 - Quizvraag

De reden voor CO2 stapeling als je zuurstof geeft bij COPD patiënten is de volgende: bij normale mensen wordt de ademhaling geregeld door het CO2 gehalte in het bloed, en niet zozeer door het zuurstofgehalte. Stijgt de CO2 dan ga je sneller ademen en omgekeerd. Mensen met COPD hebben een continu verhoogd CO2 gehalte. Zij zijn dus gewend aan hoge spiegels en regelen hun ademhaling dus via HET ZUURSTOFGEHALTE en niet via het CO2 gehalte. Als je nu zo'n patiënt heel veel zuurstof geeft, valt zijn stimulans om te ademen (het lage zuurstof gehalte) weg, en zal hij minder gaan ademen. Het gevolg hiervan is weer CO2 stapeling! Dus; bij COPD zeer terughoudend zijn met toedienen met zuurstof en altijd onder controle van het CO2 gehalte.
Contra-indicatie voor 
(veel) zuurstof


Ernstige COPD

PO2 graad stijgt, ademhalingsprikkel stopt.
CO2 hoopt op in het lichaam.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose COPD vaststellen

*Anamnese afnemen
*Saturatie meten
*Ausculteren (beluisteren) van de longen
*Röntgenfoto (thorax)
*Spirometrie (blaastest)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

COPD GOLD Fases
 GOLD fases geven aan hoe ernstig de vorm van COPD is. 
Er worden 4 stadia van COPD onderscheiden aan de hand van de GOLD stadia. 

GOLD I – licht COPD
GOLD II – matig ernstig COPD
GOLD III – ernstig COPD
GOLD IV – zeer ernstig COPD 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

COPD GOLD stadia
De GOLD stadia word gebaseerd op basis van verschillende gegevens. 

- Er wordt ten eerste gekeken naar uw FEV1 (forced expiratory volume). 
Dit staat voor de hoeveelheid lucht die iemand nog uitblaast tijdens de eerste seconde van een longfunctietest (spirometrie).  

- Verder wordt er gekeken naar kortademigheid en de hoeveelheid longaanvallen (exacerbaties).

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GOLD  I – licht COPD
In dit stadium is er sprake van een lichte beperking van de luchtstroom, 
maar patiënten zijn zich niet altijd bewust dat hun longfunctie abnormaal is.

In fase 1 heeft de zorgvrager nog een FEV1 van 80% of meer.

(Hierbij heeft iemand alleen last van kortademigheid bij inspannende activiteiten zoals: hardlopen, fietsen tegen de wind in of lichamelijk zwaar werk)

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GOLD II – matig ernstig COPD
In dit stadium veroorzaakt de beperking van de luchtstroom klachten als: hoesten, slijm opgeven en kortademigheid bij inspanning. 

Patiënten komen gewoonlijk in dit stadium vragen om een medische behandeling.

In fase 2 heeft iemand nog een FEV van 50 tot 79%.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling:
COPD is te genezen
A
Eens
B
Oneens
C
Ik twijfel
D
Daar denk ik anders over

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

GOLD III – ernstig COPD
In dit stadium is de beperking van de luchtstroom verder verminderd.

 Patiënten klagen over toegenomen benauwdheid, vermoeidheid, beperkingen in dagelijkse activiteiten en herhaalde verergeringen die allen een uitwerking hebben op de kwaliteit van leven.

In fase 3 heeft iemand een FEV1 van 30 tot 49%.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GOLD IV – zeer ernstig COPD 
Dit stadium wordt gekenmerkt door een zeer ernstige vermindering van de luchtstroom, zo ernstig dat de beperking ook invloed heeft op hart en vaten. 

Soms is dagelijks toedienen van extra zuurstof noodzakelijk. 
De klachten zijn zo ernstig geworden dat tijdelijke verslechteringen levensbedreigend kunnen zijn. Er is kans op long falen. 
Gold fase 4 zal uiteindelijk terminaal zijn.

In fase 4 heeft iemand nog maar een FEV1 van minder dan 30%. 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling COPD
COPD (Chronical Obstructive Pulmonary Disease) is een chronische, progressieve longaandoening. 

De behandelmogelijkheden zijn:
*Aanpassen van leefstijl (roken, conditie)
*Medicatie
*Toediening van zuurstof
*Het volgen van een intensief longrevalidatieprogramma





Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de
aandachtspunten bij COPD?

Slide 41 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

 Aandachtspunten bij een zorgvrager met COPD 
*Het verzorgen van een zorgvrager met COPD vraagt geduld!
*Helpen bij het inzicht krijgen in het herkennen van benauwdheidsklachten
*Uitleg geven wat het belang is van goede voeding, gewicht, conditie verbetering
*Indien nodig begeleiding aanbieden bij het stoppen met roken
*Psychosociale begeleiding (acceptatie van COPD)
*Instructie geven bij inhalatiemedicatie en/of vernevelen
*Instructie gebruik van zuurstof

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychosociale aandachtspunten
COPD gaat niet meer over, dat kan veel emoties losmaken. 

Mogelijke emoties die de zorgvrager kan ervaren : 
- Boosheid, Angst, Onzekerheid over de toekomst 

Wat kan je doen? 
- Bied een luisterend oor 
- Beantwoord (eventuele) vragen over COPD



Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een longaanval?
A
Een snelle en plotselinge verergering van de klachten
B
Een snelle en plotselinge verbetering van de klachten
C
Een snelle en plotseling opkomende longontsteking

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

exacerbatie bij COPD betekent?
A
COPD longaanval
B
chronische bronchitis
C
diagnose stelling van COPD
D
het genezen van COPD

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Longaanval bij COPD 
Een longaanval (exacerbatie) is een heftige en vaak nare ervaring die mensen met COPD meestal wel kennen. Bij een longaanval worden de klachten plotseling erger. De klachten zijn bij iedereen anders.

Hieraan herken je een longaanval vaak:
- Duidelijk meer hoesten dan normaal
- Duidelijk meer en taaier slijm dan normaal
- Duidelijk meer benauwdheid dan normaal

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je doen tijdens een longaanval?
Probeer kalm te blijven en raak niet in paniek.
Wees niet bang om hulp van de arts in te roepen. 
Gebruik het longaanval actieplan en bekijk wat er met de arts is afgesproken.

Het kan zijn dat de medicijnen worden aangepast of dat iemand dan langs moet komen.

Is er geen actieplan deze kan worden afgestemd met de huisarts of de longarts. 

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kans op een longaanval verkleinen

- Stop met roken.
- Monitor wat de klachten verergeren (toename van klachten).
- Voldoende beweging.
- Advies voor zorgvragers met COPD is om de griepprik te nemen. 
- Wat is de ''normaal' situatie (breng deze in kaart).

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Longaanval bij COPD 

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

COPD & Medicatie

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de lesdoelen behaald?
Aan het einde van de les:
*Kan je uitleggen wat er verstaan wordt onder COPD
*Ken je minimaal 3 oorzaken en 3 symptomen van COPD
*Kan je minimaal 3 welke behandelmethoden benoemen
*Kan je uitleggen welke aandachtspunten van belang zijn bij COPD.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er nog vragen ?

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vonden jullie van deze les?
Graag een tip en een top.

Slide 53 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies