H4 4.3 Schakelingen

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Uit welke onderdelen kan een stroomkring bestaan?
timer
0:30
A
schakelaar, en 2 lampen
B
snoer,lamp,spanningsbron en schakelaar
C
snoeren alleen
D
lampen alleen

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat voor apparaten staan er afgebeeld in de slide hiervoor?
timer
0:30
A
Stroommeters
B
Voltmeters
C
Amperemeters
D
Spanningsbronnen

Slide 5 - Quizvraag

Wat doen spanningsbronnen?
timer
0:30
A
vervoeren energie
B
leveren elektrische energie
C
zetten elektrische energie om
D
meten de spanning

Slide 6 - Quizvraag

In welke eenheid wordt stroomsterkte gemeten?
timer
0:30
A
Ampere
B
Kilogram
C
Milliliter
D
Volt

Slide 7 - Quizvraag

Van welk GROOTHEID is VOLT de eenheid?
timer
0:30
A
Stroomsterkte
B
Spanning
C
Massa
D
Volume

Slide 8 - Quizvraag

Uit welke onderdelen bestaat een fietsdynamo?
timer
0:30
A
Magneet en spoel
B
Batterij,accu en dynamo
C
Spanningsmeter
D
Schakelaar

Slide 9 - Quizvraag

  4.3 Schakelingen

Snoeren,lampen,spanningsbronnen en schakelaars kunnen op verschillende manieren met elkaar verbonden worden.Anders gezegd aan elkaar SCHAKELEN!
Om een schakeling het beste uit te leggen doen we dat met een tekening: SCHAKELSCHEMA

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

 Schakelschema's

Slide 12 - Tekstslide

Serieschakeling

Slide 13 - Tekstslide

In een serieschakeling is er geen vertakking! Er is maar 1 stroomkring. De stroom gaat door alle onderdelen van de schakeling. Als een lampje in de serieschakeling kapot is ,is de stroomkring verbroken.

De stroomsterkte in een serieschakeling is OVERAL EVEN GROOT!

Slide 14 - Tekstslide

Parallellschakeling

Slide 15 - Tekstslide

In een parallellschakeling heeft elke lamp een eigen vertakking. Elke vertakking is,samen met de batterij, een aparte stroomkring.
Elk lampje kun je dus apart AAN-en UIT doen!
Als een lampje doorbrandt blijven de andere gewoon werken!


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Digitaal aan de slag! Vraag 36 tot en met 51!!!

Slide 18 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Tekstslide