Bijvoeglijk naamwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Bijvoeglijk naamwoord
Wat weet je nog?

Hoe spel je bijvoeglijke naamwoorden?

Bijvoeglijke naamwoorden hebben een korte en lange vorm

De leuke jongen    Een leuk kind

De vakantie was leuk   De leuke vakantie

Dus met een -e of zonder -e

Regels:

1 Zet een -e erachter: dwars - dwarse                leuk -leuke

2 Verdubbel de laatste letter en zet er een -e achter: 

    vet - vette                wit - witte                                 zwak - zwakke

3 Haal een a, e, o, of u weg en zet er een -e achter: 

    traag - trage           bleek - bleke                          groot - grote

4 Verander een f  in een v en zet er -e achter: actief  - actieve

    Verander een s in een z en zet er -e achter: grijs -   grijze

5  Combineer de laatste, dus letter weg en letter veranderen en letter -e erachter:

   Gaaf - gave        waardeloos - waardeloze

Bijvoeglijke naamwoorden een trema (twee puntjes

Sommige bnw schrijf je met een trema.

presidentieel  - presidentiële

reëel - reële

industrieel - industriële

Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden

1 Altijd met -en op het einde

koperen, zilveren, gouden, loden, katoenen, linnen

2 Behalve als het een moderne stof is of uit een andere taal afkomstig is:

rotan, acryl, aluminium, nylon, plastic

Maak nu in je schrift

opdracht 1 blz. 246

Wat is de lange vorm van
aantrekkelijk

Wat is de lange vorm van:
accentloos

Wat is de lange vorm van:
apart

Wat is de lange vorm van:
braaf

Wat is de lange vorm van:
financieel

Wat is goed?

1. gure
2. guure

Wat is de lange vorm van:
handig

1. handige
2. handiger

Wat is goed?

1. leerzaame
2. leerzame

Wat is goed?

1. nylonen
2. nylon
3. nylonnen

Wat is goed?

1. slimme
2. slime

Wat is de lange vorm van
verwaand

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van wol?

1. wol
2. wolle
3. wollen

Huiswerk

Maak opdracht 2 (in je schrift

opdracht 4 (maak twee kolommen in je schrift en gebruik de theorie

opdracht 5

opdracht 6