,

hoofdstuk 6 | deel 3

Nieuw logo
B2 > C1
hoofdstuk 6
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsLezen+2Middelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nieuw logo
B2 > C1
hoofdstuk 6

Slide 1 - Tekstslide

Bezoek ook eens onze website
Doel: ik kan modale partikels gebruiken.
Ik kan meerdere werkwoorden in een bijzin gebruiken.
Ik leer voorzetsels te gebruiken.
 deel 3
Psychologie

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek de doelen van deze les. 
modale partikels

Slide 3 - Tekstslide

Lees de uitleg over modale partikels bij opdracht 9 op bladzijde 186 en maak de bijbehorende opdracht. 

Slide 4 - Tekstslide

De cursisten lezen de uitleg over het gebruik van de modale partikels en maken de bijbehorende opdracht.

Bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021) p. 186.
De onderlinge positie van de modale partikels geeft nog weleens problemen. De zin: 'ik zou er nou toch nog maar wel eens even goed over nadenken' kun je gebruiken om de volgorde te onthouden. Kleine woordjes weglaten kan wel, maar van plaats wisselen kan niet.
Modale partikels

Slide 5 - Tekstslide

Lees samen de uitleg.

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021)

Zet op de volgende dia's woorden in de juiste volgorde. 
Schrijf de hele zin op.
Oefening

Slide 6 - Tekstslide

Lees samen de uitleg.

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021) - extra opdracht


Hein gaat het nieuws / maar / even / toch / aan zijn moeder vertellen.

Slide 7 - Open vraag

Antwoord: Hein gaat het nieuws toch maar even aan zijn moeder vertellen.

De leraar gaat het / even / toch / nou / aan de suppoost van het museum vragen.

Slide 8 - Open vraag

Antwoord: de leraar gaat het nou toch even aan de suppoost van het museum vragen.

Ik zal die broek / wel / eens / even / voor je wassen.

Slide 9 - Open vraag

Antwoord: ik zal die broek wel eens even voor je wassen.

Hansje zal haar nieuwe bril / even / nou / wel / eens / laten zien.

Slide 10 - Open vraag

Antwoord: Hansje zal haar nieuwe bril nou wel eens even laten zien.

Zou je dat / even / nog / eens / willen herhalen? 

Slide 11 - Open vraag

Antwoord: zou je dat nog eens even willen herhalen?

Je moet / eens / maar / even / naar dit muziekfragment luisteren.

Slide 12 - Open vraag

Antwoord: je moet maar eens even naar dit muziekfragment luisteren.

Ik zou die leuke jongen / nog / toch / eens / maar bellen, als ik jou was.

Slide 13 - Open vraag

Antwoord: ik zou die leuke jongen toch nog maar eens bellen, als ik jou was.

Je moet / toch / eens / nou / langskomen!

Slide 14 - Open vraag

Antwoord: je moet nou toch eens langskomen!

Sergio, maak je zin / toch / nou / eens / af!

Slide 15 - Open vraag

Antwoord: Sergio, maak je zin nou toch eens af!

Had je / nog / nou / toch / geld over om een ijsje te kopen? 

Slide 16 - Open vraag

Antwoord: had je nou toch nog geld over om een ijsje te kopen?
Maak opdracht 12 op bladzijde 197-198. 
Oefen met de prefixen bij 'lezen' en 'schatten'.
Schrijf je antwoorden op papier.
Maak er een foto van.
Upload de foto op de volgende dia.
 prefixen 

Slide 17 - Tekstslide

De cursisten maken opdracht 12 op bladzijde 197-198. 

Antwoorden:
lezen:
1. voor te lezen
2. uitgelezen
3. aflezen
4.  doorgelezen
5. over te lezen
6. herlezen
7. je .... inlezen
8. leest ..... op

schatten:
1. in te schatten
2. onderschat
3. overschat

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021)

Maak een foto van de antwoorden en lever die hier in.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In tekst 2 staat dat iemands talenten aan de bobbels en deukjes in de schedel konden worden afgelezen / afgelezen konden worden.
Er staat ook dat ze het met meetmethodes hebben kunnen vaststellen.   
 Meerdere werkwoorden in bijzinnen.
De regels over de plaats van meedere werkwoorden in een bijzin zijn als volgt:
  • Het participium [=voltooid deelwoord] staat aan het begin of aan het einde van een werkwoordengroep, maar nooit in het midden.
  • Bij meerdere infinitieven saat het meest betekenisvolle infinitief aan het eind.

Slide 19 - Tekstslide

Lees samen de uitleg.

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021), p. 201

Maak opdracht 15 op bladzijde 201-202. 
Oefen met meerdere werkwoorden in bijzinnen.
Schrijf je antwoorden op papier.
Maak er een foto van.
Upload de foto op de volgende dia.

Slide 20 - Tekstslide

De cursisten maken opdracht 15 op bladzijde 201-202.

Antwoorden:
1b
2c
3a
4c
5a
6b
7b
8c

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021)

Maak een foto van de antwoorden en lever die hier in.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet op de volgende dia's de woorden in de juiste volgorde. 
Begin telkens met de woorden die vetgedrukt zijn. Pas waar nodig de werkwoordsvorm en -tijd aan.
Oefening

Slide 22 - Tekstslide

Lees samen de uitleg.

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021) - extra opdracht


Haar vader / al twee keer eerder / verhuizen / helpen / hebben / haar

Slide 23 - Open vraag

Antwoord: haar vader heeft haar al twee keer eerder helpen verhuizen.

Op welke leeftijd / jij / zijn / voor het eerst / gaan / op vakantie / alleen

Slide 24 - Open vraag

Antwoord: op welke leeftijd ben jij voor het eerst alleen op vakantie gegaan?

Misschien / hebben / we / die opmerking / kunnen / laten / achterwege / beter

Slide 25 - Open vraag

Antwoord: misschien hadden we die opmerking beter achterwege kunnen laten. 

Hij vraagt zich af of / moeten / ook daadwerkelijk / al die boeken / lezen / worden

Slide 26 - Open vraag

Antwoord: hij vraagt zich af of al die boeken ook daadwerkelijk moeten worden gelezen.

Ik denk dat / dit oude gebouw / zullen / verbouwen / worden / helemaal

Slide 27 - Open vraag

Antwoord: ik denk dat dit oude gebouw helemaal zal worden verbouwd.

Juliette had misschien wel / kiezen / worden / kunnen / tot leidinggevende van het jaar

Slide 28 - Open vraag

Antwoord: Juliette had misschien wel tot leidinggevende van het jaar kunnen worden gekozen. 

Je had het aan Lisa moeten vragen. Zij zou / je / hebben / wel / kunnen / helpen

Slide 29 - Open vraag

Antwoord: je had het aan Lisa moeten vragen. Zij zou je wel hebben kunnen helpen.

We / hebben / veel beter / kunnen / nemen / die andere weg

Slide 30 - Open vraag

Antwoord: we hadden veel beter die andere weg kunnen nemen. 

Maurits / zullen / ook vanavond wel weer / met de auto / ophalen / worden / willen

Slide 31 - Open vraag

Antwoord: Maurits zal ook vanavond wel weer met de auto willen worden opgehaald .

Het is belangrijk dat / goede discussies / voeren / er / blijven / worden / altijd

Slide 32 - Open vraag

Antwoord: het is belangrijk dat er altijd goede discussies blijven worden gevoerd.

Doris is blij dat ze geweest is. Ze / niet / hebben / het / missen / willen

Slide 33 - Open vraag

Antwoord: Doris is blij dat ze geweest is. Ze had het niet willen missen.

De docent was verbaasd dat / de student / durven / hebben / slapen / liggen

Slide 34 - Open vraag

Antwoord: De docent was verbaasd dat de student heeft durven liggen slapen.
Kan je in deze zinnen ook de woorden op de juiste plaats zetten?

Slide 35 - Tekstslide

De cursisten zetten de woorden in de juiste volgorde op Wordwall.

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021) - extra opdracht



Hoeveel zinnen had je goed?
010

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 20 op bladzijde 206. 
Oefen met voorzetsels.
Schrijf je antwoorden op papier.
Maak er een foto van.
Upload de foto op de volgende dia.

Slide 37 - Tekstslide

De cursisten maken opdracht 20 op bladzijde 206.

Antwoorden:
1 aan
2 op
3 uit
4 over
5 aan
6 in
7 tot
8 aan
9 aan / van
10 naar
11 met
12 tot

bron: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021)

Maak een foto van de voorzetsels en lever die hier in.

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Meer oefenen en herhalen?
Bestel het boek hier.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende keer
bronnen:
naar: ‘Nederlands naar perfectie’ van Emily Palmer & Miranda van 't Wout (Coutinho, 2021)



Slide 40 - Tekstslide

Bezoek onze website: