HNE Duits V2 Kapitel 3, les 3 Wörter L1+L2 / Sprache

Montag 22. Januar 2023
Woche 4 - Winter
Herzlich Willkommen 
im Deutschunterricht
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Montag 22. Januar 2023
Woche 4 - Winter
Herzlich Willkommen 
im Deutschunterricht

Slide 1 - Tekstslide

Aktuelles!
Wenn Sie nächstes mal ein Paket bestellen bleiben Sie verdammt nochmal zuhause!!!


Oarschloch!!!

Slide 2 - Tekstslide

Dialekt
- Bayrisch
- Österreich (Salzburg)


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Was machen wir heute?
- "Aktuelles"
- wir gehen weiter mit Kapitel 3: Lektion 2
- wir wiederholen die Zeitangaben (Quizziz).

Slide 5 - Tekstslide

Kapitel 3: Lektion 2
Aan het einde van de les:
- weet je hoe je de ei/eu en äu moet uitspreken
- herken je de verschillende "s" klanken
- heb je de tijdsbepaling herhaald

Slide 6 - Tekstslide

Kapitel 3: Lektion 2
Zusammen: Übung 2, 3 + 4
Selbständig: Übung 5 und zusammen überprüfen
timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

Wie war es nochmal?

Slide 8 - Tekstslide

Zeitumgaben
1. im →  Als je wilt zeggen in welke maand/ seizoen iets gebeurt.
2. am →  Als je wilt zeggen in welke datum /dag vd week/dagdeel iets gebeurt. 
3. um →  Als je wilt zeggen om hoe laat iets gebeurt.  
4. von ....bis  →   als je tijdsduur wilt aangeven.

Slide 9 - Tekstslide

13.00:
Wie spät ist es? Es ist ein* Uhr.
* ein, zwei, drei, vier, fünf, sechs, sieben, acht, neun, zehn, elf, zwölf
17:25
Wie spät ist es? Es ist fünf vor halb sechs.
13.15
Wie spät ist es? Es ist ein Viertel nach eins.
Unterschied Uhr und Stunde
Het woord Uhr gebruikt men in het Duits om een tijdstip aan te tonen. Bv. "Het is 12 uur": "Es ist zwölf Uhr” of "Het is 1 uur": “Es ist ein Uhr”. Maar: "Het is half 1" = “Es ist halb eins”. Hier komt er een -s na "ein" omdat het woord Ein op zichzelf staat zonder het woord "Uhr".
Het woord Stunde duidt dan weer een tijdsduur aan. Bv. “Ich warte hier schon eine halbe Stunde.: "Ik wacht hier al een half uur.” of "Ich warte hier schon drei Viertelstunden.": "Ik wacht hier al 3 kwartier."
NB. Uhr betekent ook “horloge” of “klok”

Viertel, Uhr
nach / vor / halb

Slide 10 - Tekstslide

Mache Notizen und höre zu

Slide 11 - Tekstslide

9

Slide 12 - Video

5 Uhr
6:30
8:30
10:50
16:00
7:30
ontbijt
aufstehen
boodschappen doen
lesen
Volleyball
Universität
les geven
ins Bett gehen

Slide 13 - Sleepvraag

Noch Zeit?
Lektion 1, Übung 7, 8, 9 und 10 (S. 103)

Slide 14 - Tekstslide

gehe zu quizizz!

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide