Vervolg th 5 Bs 7 Blessures en spierpijn klas 1 HV

Bs 7 Blessures 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
M &NMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Bs 7 Blessures 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we in de les doen
1. je leert wat een blessure is.
2. Je weet wat spierpijn is en wanneer je dit krijgt.
3. Je leert hoe je spierpijn en een blessure kunt voorkomen. 

Slide 2 - Tekstslide

Wie heeft de juiste houding?
A
persoon 1
B
persoon 2
C
persoon 3
D
niemand je moet op een stoel met leuning zitten.

Slide 3 - Quizvraag

Welke vorm heeft de wervelkolom?
A
S-vorm
B
Dubbele e-vorm
C
Dubbele s-vorm
D
E-vorm

Slide 4 - Quizvraag

Door een slechte houding kan de wervelkolom scheef gaan staan
A
B
C
Waar
D
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een blessure?

Slide 6 - Woordweb

Blessures

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Noem een blessure van een lichaamsdeel van het plaatje

Slide 9 - Woordweb

Hoe krijg je een blessure?
Blessure is een beschadiging aan een bot, spier of gewricht.

Ontstaan door valpartij of door lang achter elkaar dezelfde beweging maken= overbelasting

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

spierblessures
als spieren moe worden, gaan ze trillen of stoppen ermee. Er ontstaan afvalstoffen.
teveel afvalstoffen in de spieren achterblijven dan krijg je spierpijn.

Slide 12 - Tekstslide

spierkramp
• als een spier zich plotseling samentrekt tijdens intensief sporten, krijg je spierkramp
• spierkramp: spier is hard en pijnlijk
• spier is overbelast
• stoppen met de beweging waar je mee bezig bent, anders spierscheuring

Slide 13 - Tekstslide

spierscheuring
• binnenin de spier een scheurtje in de vliezen rond de spierbundels
• kan ook plotseling optreden: plotseling hevige pijn
• spierscheuring heet dan zweepslag
• koelen en rust nemen
• geneest meestal vanzelf

Slide 14 - Tekstslide

spierkneuzing
• Een flinke botsing of val tijdens sporten kan een spierkneuzing veroorzaken.
• spierkneuzing: spiervezels en bloedvaatjes in de spier gaan stuk.
• kapotte bloedvaatjes: blauwe plek(bloeduitstorting)
• koelen:vermindert de pijn en zwelling

Slide 15 - Tekstslide

Hoe behandel je een botblessure?
• arts kan de botten zetten
• hierna komt er gips omheen
• beencellen maken extra been aan de
buitenkant van de breuk

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

welke gewrichtsblessures zijn er?
• ontwrichting, gewrichtsknobbel gaat
uit de gewrichtskom
• arts zet de gewrichtsknobbel weer
terug
• gewrichtsbanden zijn dan opgerekt,
met rust komt dat weer goed

Slide 18 - Tekstslide

Gewrichtsblessures
• verstuiking van de enkel: gewrichtskapsel en gewrichtsbanden rekken soms te ver uit of ze scheuren in. Botten blijven op hun plaats, maar het gewricht zwelt op. koelen

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

wat is een voetbalknie?

gewrichtsbanden en kruisbanden
houden de botten van het onderbeen
en het bovenbeen stevig bij elkaar.

meniscus = kraakbeen

voetbalknie = als het onderbeen blijft staan en de knie maakt een te grote beweging dan komt er teveel kracht op de meniscus dat het kraakbeen scheurt (meestal de binnenmeniscus)

als er een stukje kraakbeen is afgescheurd dan kan dat in de weg gaan zitten bij het buigen van de knie, dit wordt met een kijkoperatie verwijderd.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Hoe voorkom je blessures?
  • lichaam voorbereiden: warming up
  • warming up: spieren laten bewegen, er stroomt dan bloed door de spieren en je spieren worden warm
  • warme spier trekt makkelijk samen en raakt minder snel overbelast
  • warming up voorkomt blessures aan je gewrichten(verstuiking,ontwrichting)
  • bescherming (goede schoenen, scheenbeschermers, enz)
  • intapen 

Slide 25 - Tekstslide

cooling down
• om spierpijn te voorkomen
• rek- en strekoefeningen
• rustig rondjes lopen
• er stroomt dan voldoende bloed door de spieren om alle afvalstoffen af te voeren

Slide 26 - Tekstslide


Bij het sporten komen de meeste blessures voor aan de benen

timer
0:30
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Waardoor kun je een blessure op lopen?
timer
0:30
A
Slecht dempende sportschoenen
B
Geen opbouwend hardloopschema
C
oude sportkleding
D
Veel trainen zonder rust

Slide 28 - Quizvraag

Hoe noem je een blessure aan een gewricht:
timer
0:30
A
kneuzing
B
ontwrichting
C
bloeduitstorting
D
blauwe plek

Slide 29 - Quizvraag

Wat is geen effect van een goede warming-up?
timer
0:30
A
De hartslag gaat omhoog
B
De kans op blessures wordt kleiner
C
De spieren worden opgewarmd
D
Je verbrandt de meeste calorieën

Slide 30 - Quizvraag

Wat is verzwikt?
timer
0:30
A
als je arm uit de kom is
B
als je plotseling pijn krijgt
C
als je door je enkel gaat
D
als je hoofdpijn krijgt

Slide 31 - Quizvraag

Aan de slag
Hw: l en m bs 7

Slide 32 - Tekstslide