Staatsinrichting Hst 4 intro
1 / 25
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat zijn in de peilingen de drie grootste politieke partijen (per 19-10)?
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Tekstslide
Zijn die 3 partijen links of rechts?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Wat zijn de drie belangrijkste jaartallen van hoofdstuk 3?
A
1840, 1848, 1870
B
1815, 1830, 1840
C
1815, 1840, 1848
D
18:30, 1840, 1848
Slide 7 - Quizvraag
Waarom die jaartallen 1815, 1840 en 1848? Leg kort uit per jaartal.
Slide 8 - Open vraag
Met de grondwet van 1848 werd Nederland een "klassieke rechtsstaat." Wat is dat?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Wat is de Aprilbeweging?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Welke 4 politieke "stromingen" dien je te kennen aan het einde van dit hoofdstuk?
Slide 15 - Open vraag
Welke van die vier is het minst "ideologisch" (en verwatert dan ook al snel)
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Wat wil de ARP? En waar staat de afkorting voor?
Slide 19 - Open vraag
Omschrijf in je eigen woorden wat "de Verzuiling" was.
