31 t/m Alexander

Salvete omnes!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Salvete omnes!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het leukst dat je in het weekend hebt gedaan / meegemaakt?

Slide 3 - Woordweb

Bespr. t/m r. 5
1. Hannibal a senatoribus Punicis ex Italia revocatus

2. est, quod Carthago a Scipione obsidebatur.

3. Paruit, quamquam censebat senatores consilium

4. pessimum cepisse. Cogitabat: ‘Mox bellum finitum

5. erit. Non ego, sed Scipio victoriam referet.

Slide 4 - Tekstslide

Nu: vert t/m r. 9 
5. Ultimum

6. proelium autem crudele erit et multi viri optimi

7. interficientur. Scipio fortasse assentiet, cum pax

8. ei offeretur.’ Ducem Romanum ad sermonem

9. invitavit.

timer
6:00

Slide 5 - Tekstslide

Noteer wat je weet van het passief van het impf, fut en pr

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

pass impf, fut en pr:
praesens-stam + 
-r
-ris
-tur
-mur
-mini
-ntur
pass pf, plqpf en fut ex:
voltooid deelwoord (PPP) + vorm van esse

pf: vocatus sum, es, est 
plqpf: vocatus eram, eras, erat
fut ex: vocatus ero, eris, erit

Slide 8 - Tekstslide

woordenboek:


PPP: 

PPP zonder esse
voco, vocare, vocavi, vocatum


vocatus, vocata, vocatum

PPP + esse

Slide 9 - Tekstslide

start om 10:44; ET t/m bel
tafels uit elkaar :-)
pen + tekst- + hulpboek + pw-blaadje

HEEL VEEL SUCCES
timer
40:00

Slide 10 - Tekstslide

Salvete cives!

Slide 11 - Tekstslide

Quizje over de tijden! >:-)

Slide 12 - Tekstslide

vocatur betekent:
ik word geroepen
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

vocabamur betekent:
wij worden geroepen
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

vocaberis betekent:
jij zal worden geroepen
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

vocatus sum betekent:
ik ben geroepen
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

auditi eramus betekent:
wij waren gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

audiebantur betekent:
wij werden gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

audiar betekent:
ik zal worden gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

audiuntur betekent:
zij zullen worden gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

audientur betekent:
zij zullen worden gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

audita sum betekent:
jij was gehoord
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Nu we toch bezig zijn...
wat weten jullie eigenlijk nog van les 1 klas 1? ;-)

Slide 23 - Tekstslide

Wat is het leukst dat je in het weekend hebt gedaan / meegemaakt?

Slide 24 - Woordweb

t/m r. 16: bespreken
10. In campo lato milites erant instructi, hinc Romani,
11. illinc Punici. Inter copias magnum spatium
12. apertum relictum erat. Ibi convenerunt Hannibal
13. et Scipio, duces maximi sui temporis, fortasse
14. omnium temporum. Dixit dux Punicus: ‘Ego sum
15. Hannibal, quem cives Romani plus omnibus ceteris
16. hostibus timent.

Slide 25 - Tekstslide

t/m r. 21: vert
A me frequenter in proeliis victi
17. estis. A me multa milia militum interfecta sunt.
18. A me Roma ipsa paene expugnata est. Italiae in
19. solo a duce nullo superatus sum. Nunc senex sum.
20. Pacem malo quam bellum. Tu es iuvenis. Hodie es,
21. sicut ego fui, cum victorias referre incepi. 

timer
12:12

Slide 26 - Tekstslide

t/m r. 26 
21. Et tu
22. certe victorias referre vis, et tu certe propter tuam
23. virtutem laudem merere vis. Intellego. Disce autem
24. a me victorias in proeliis breves esse, sed pacem
25. esse perpetuam. Perpetuam laudem ergo merebis,
26. si pacem feceris cum me, hoste perpetuo Romae.’

Slide 27 - Tekstslide

t/m r. 31
27. Scipio respondit: ‘Vero a te didici victorias in
28. proeliis breves esse. Tu enim proelia quidem, sed
29. non totum bellum vincere potuisti. Tum demum
30. bellum finitum erit, cum victoria relata erit in
31. proelio ultimo.’

Slide 28 - Tekstslide

Alexander DE GROTEEEEE

Slide 29 - Tekstslide

Salvete omnes!

Slide 30 - Tekstslide

Wat is het leukst dat je in de vakantie hebt meegemaakt?

Slide 31 - Woordweb

Nu: les 32
Eerste regels hadden jullie al vertaald, dus ga verder

vertaal t/m r. 8. Houd bij wat je moeilijk vindt; hier zodadelijk een vraag over. 

Slide 32 - Tekstslide

Waar heb je vragen over; wat moeten we herhalen?

Slide 33 - Woordweb