Pasen - middenbouw

Pasen
Wat weet jij over pasen?
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GVOBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Pasen
Wat weet jij over pasen?

Slide 1 - Tekstslide

Kijk goed
Tel de eieren op de volgende foto.
Hoeveel eieren tel jij?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide


Hoeveel eieren zag jij op de foto?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video


Waarom horen eieren bij Pasen?
A
Ze smaken lekker
B
Ze zien er mooi uit
C
Eieren staan voor een nieuw begin
D
Een ei hoort erbij

Slide 6 - Quizvraag


Bij welk seizoen past het ei nog meer?
A
Lente
B
Winter
C
Zomer
D
Herfst

Slide 7 - Quizvraag


Uit welk land komt de paashaas?
A
Nederland
B
Duitsland
C
België
D
Italië

Slide 8 - Quizvraag


Pasen is een feest uit de ....
A
Donald Duck
B
Krant
C
Koran
D
Bijbel

Slide 9 - Quizvraag


Tijdens Pasen denken we aan Jezus. Jezus is tijdens Pasen..
A
Opgestaan
B
Gestorven
C
Geboren
D
Geslaagd voor school

Slide 10 - Quizvraag

Samen eten
Jezus ging samen eten met zijn vrienden. Ze zaten aan een mooie, lange tafel en Jezus vertelde verhalen. Ze aten bijvoorbeeld brood en dronken wijn. 

Jezus vond het fijn om samen te eten; Jezus had het gevoel dat er moeilijke tijden kwamen en vertelde dat aan zijn vrienden. 

Slide 11 - Tekstslide


Wat aten Jezus en zijn vrienden?
A
Brood en wijn
B
Chips en cola
C
Pizza en bier
D
Koekjes en water

Slide 12 - Quizvraag


Waarom vond Jezus het fijn om samen te eten?
A
Jezus was jarig
B
Jezus was verkouden
C
Jezus voelde dat er een moeilijke tijd kwam
D
Jezus had honger

Slide 13 - Quizvraag

De kus
Tijdens het eten kwamen er opeens soldaten aan. Bij het groepje soldaten was ook Jezus’ vriend Judas. 

Judas gaf Jezus een kus op zijn wang. Daardoor konden de soldaten zien dat zij Jezus gevangen moesten nemen. Jezus schrok en zei:

“Judas, verraad jij mij nu met een kus?”


Slide 14 - Tekstslide


Wie kwamen er binnen om Jezus gevangen te nemen?
A
Juffen
B
Koningen
C
Prinsen
D
Soldaten

Slide 15 - Quizvraag


Samen met de soldaten kwam er nog iemand binnen. Wie was dat?
A
Judas
B
Joppe
C
Tim
D
Lyan

Slide 16 - Quizvraag

Judas wilde aan de soldaten laten zien wie ze moesten pakken.
Hoe deed Judas dat?
A
Door Jezus te knuffelen
B
Door een kus op zijn wang
C
Door te roepen ‘ pak Jezus!’
D
Door naar Jezus te wijzen

Slide 17 - Quizvraag

De gevangenis
Jezus werd naar de gevangenis gebracht, waar Pilatus de baas was. Pilatus was de baas in het hele land. De mensen zeiden tegen Pilatus: ''Deze man zegt dat hij de koning is!'' 

De mensen waren zo boos op Jezus dat ze riepen ''Aan het kruis met hem!''. Dat betekende dat ze wilden dat Jezus 
de doodstraf kreeg. 

Slide 18 - Tekstslide


Hoe heette de koning naar wie Jezus toe moest?
A
Koning Willem Alexander
B
Koning Jezus
C
Koning Pilatus
D
Koning Rufus

Slide 19 - Quizvraag


De mensen riepen 'Aan het kruis met hem!'

Wat bedoelden ze daarmee?
A
Jezus moest de doodstraf krijgen
B
Jezus moest een kruisje tekenen
C
De koning moest de doodstraf krijgen.
D
Jezus moest paaseieren gaan zoeken.

Slide 20 - Quizvraag

Jezus sterft aan het kruis.
Jezus werd door de soldaten naar een plaats buiten de stad gebracht. Ze lachten Jezus uit, sloegen hem en maakten voor hem een nep kroon van doorns. 

De plaats waar Jezus heen ging heette Golgotha. Dat is een plaats waar veel misdadigers werden gedood. 

De soldaten spijkerden Jezus vast aan het kruis 
en Jezus stierf. 

Slide 21 - Tekstslide


Hoe heette de plek waar Jezus stierf?
A
Golgotha
B
Google
C
Giraf
D
Griekenland

Slide 22 - Quizvraag

Begrafenis

Jezus werd van het kruis afgehaald en in doeken gewikkeld. Jezus werd begraven in een graf dat al was uitgehakt in de rotsen. Een grote, zware steen werd voor de ingang van het graf gerold. Nu kon niemand meer bij het lichaam van Jezus komen. 

Slide 23 - Tekstslide


Wat deden ze om het lichaam van Jezus?
A
Een kist
B
Mooie kleren
C
Doeken
D
Een jurk

Slide 24 - Quizvraag


Jezus werd begraven in een rots.
Wat stond er voor de ingang van het graf?
A
Een zware steen
B
Een toegangsbordje
C
Koning Pilatus
D
Een foto van Jezus

Slide 25 - Quizvraag

Jezus is opgestaan!
Vrouwen gingen naar het graf van Jezus om hem te verzorgen. Toen ze bij het graf kwamen schrokken ze! De zware steen die voor de ingang stond was er niet meer! Toen ze dichterbij gingen kijken, zagen ze dat Jezus niet meer in het graf lag. Ze werden er bang van. 

Een paar mannen vertelden tegen de vrouwen: 
wees niet bang, want Jezus is opgestaan! 

Slide 26 - Tekstslide