Do 13 febr persoonsvorm voltooid deelwoord en het hele werkoord

Nederlands Werkwoordsvormen


Lak- lakken gelakt

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands Werkwoordsvormen


Lak- lakken gelakt

Slide 1 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
Wat is een voltooid deelwoord?


Slide 2 - Tekstslide

Werkwoordsvormen
  • Persoonsvorm

  • Voltooid deelwoord

  • Infinitief = hele werkwoord

Slide 3 - Tekstslide

Ik eet een appel. eet = pv
Ik ga een appel eten. eten = hele werkwoord of infinitief
Ik heb een appel gegeten. gegeten = voltooid deelwoord

Slide 4 - Tekstslide

Maak een zin met lopen als voltooid deelwoord.
Ik loop naar huis.

Slide 5 - Open vraag

Maak een zin met het hele werkwoord lopen.
Ik loop naar huis

Slide 6 - Open vraag

Daley is naar huis gefietst.
Wat zijn de twee werkwoordsvormen?

Slide 7 - Open vraag

Hele werkwoord
Voltooid deelwoord
moeten
hardlopen
geslapen
Overleden

Slide 8 - Sleepvraag

Voltooid deelwoord
hele werkwoord
Sleep de onderstaande woorden naar het juiste rode vak
slapen
huilen
kijken
troosten
gapen
gemaakt
beleefd
gestampt
gekocht
geleefd

Slide 9 - Sleepvraag

3. Lees de zin hieronder. Zet de juiste werkwoordsvorm bij het bijbehorende werkwoord. 
Let op: er kunnen werkwoordsvormen overblijven. 
Waarom moet jij zo lachen?
persoonsvorm (pv)
voltooid deelwoord
(vd)
hele werkwoord
(hele ww)

Slide 10 - Sleepvraag

PV
VOLTOOID DEELWOORD
HEEL WERKWOORD
had
je
Wat 
verwacht? 
Jullie 
kunnen
me straks
ophalen.
Heb
jij je huiswerk
al
Na schooltijd
gemaakt?
ik jou graag
wil
gaan
helpen.

Slide 11 - Sleepvraag

Verandert niet als je de zin van tijd verandert
Er staat altijd een persoonsvorm in de zin.
Begint met ge-, be- of ver-.
Maken
Gemaakt
Hele werkwoord (infinitief)
Voltooid deelwoord
(vdw)

Slide 12 - Sleepvraag

Onze groenteboer verkoopt mango's.

Onze groenteboer heeft mango's verkocht.

Onze groenteboer mag mango's verkopen. 
Persoonvorm
Heel werkwoord
Voltooid deelwoord
verkoopt
verkocht
verkopen
heeft
mag

Slide 13 - Sleepvraag

Voltooid deelwoord
- Het voltooid deelwoord is een werkwoordsvorm.
- Het voltooid deelwoord geeft aan dat iets is afgelopen 
   (voltooid).
- In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm 
   van hebben of zijn.
- Het voltooid deelwoord staat vaak aan het eind van een zin.
- Het voltooid deelwoord begint vaak met ge-, be- of ver-.

Slide 14 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
Wat is een voltooid deelwoord?

In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm van de werkwoorden:
  1. hebben
  2. zijn 
  3. worden

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld voltooid deelwoord - sterk werkwoord:
  • gelopen
  • geslapen
  • bedrogen
  • Voorbeeld voltooid deelwoord - zwak werkwoord:
  • gemaakt
  • gegooid
  • verhuisd
Voltooid deelwoord

Slide 16 - Tekstslide

persoonsvorm
voltooid deelwoord
fietst
verdenken
geweest
ontsnapt

Slide 17 - Sleepvraag

Voltooid deelwoord
geen voltooid deelwoord
gelopen
geslapen
slapen
gedaan
doen
schrijven

Slide 18 - Sleepvraag

persoonsvorm
voltooid deelwoord
benoemd
bekend
bekent
gebeurd
gebeurt
benoemt

Slide 19 - Sleepvraag

Wat is geen voltooid deelwoord?
A
geslapen
B
geweest
C
blijven
D
gegeten

Slide 20 - Quizvraag

Wat is geen voltooid deelwoord?
A
Gelopen
B
Verzorgd
C
Gewerkt
D
Worden

Slide 21 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord
A
gefietst
B
fietsen
C
fietsten

Slide 22 - Quizvraag

Voltooid deelwoord
A
Het hout is opgebrandt.
B
Het hout is opgebrand.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is een voltooid deelwoord?
A
bedoelt
B
bedoeld
C
zeg
D
sprak

Slide 24 - Quizvraag

Huiswerk voor ma 24 februari
Maken opdr. 1 t/m 6
Werkwoordsvormen: persoonsvorm, hele werkwoord en het voltooid deelwoord moet je herkennen in de de zin
Grammatica blok  4







Slide 25 - Tekstslide