Argumenten vanuit de geschiedenis

God, iets, niets.
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

God, iets, niets.

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet hoe de natuurwetenschap voor de verlichting dacht over het ontstaan van de kosmos en de oorzaak ervan.
  •  Je kunt de argumenten van:
  • Anselmus en Thomas van Aquino uitleggen 
  • Je kunt het kamalargument uitleggen.
  • Je weet wat "intelligent Design" inhoudt.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

De mens heeft zich een God bedacht naar zijn eigen beeld. Bij welke filosoof sluiten haar gedachten aan?
A
Freud
B
Lewis
C
Socrates
D
Plato

Slide 4 - Quizvraag

0

Slide 5 - Video

2

Slide 6 - Video

11:25
"Er zijn andere kenniswegen om tot kennis te komen." (los van de wetenschap)
Ben je het daar mee eens of oneens?

Slide 7 - Open vraag

12:24
Wat is de term voor de verdediging van het christelijk geloof op basis van rationele argumenten?
A
criminologie
B
ontologie
C
theologie
D
apologetiek

Slide 8 - Quizvraag

Het bestaan van God kan niet worden bewezen, maar ook niet worden ontkracht.

Slide 9 - Tekstslide

1. Ontologisch argument 
van  Anselmus van Cantenburry (1033-1109)

Anselmus van Cantenburry

Slide 10 - Tekstslide

3

Slide 11 - Video

01:28
Wat is het verschil tussen filosofie en theologie.
A
Filosofie is een wetenschap en theologie niet.
B
Filosofie gaat uit van het atheïsme en theologie niet.
C
Theologie bestudeert godsdienst en filosofie niet.
D
Theologie handelt vanuit geloof en filosofie niet.

Slide 12 - Quizvraag

01:28
Waarom is religie zo belangrijk?
A
Het heeft grote invloed gehad op de geschiedenis.
B
Het heeft mensen teleur gesteld.
C
Het maakt dat mensen lijden aan neuroses.
D
Het maakt dat mensen de geschiedenis anders gaan bekijken.

Slide 13 - Quizvraag

04:32
Hoe luidt het ontologische Gods argument van Anselmus?

Slide 14 - Open vraag

Ontologisch Godsbewijs
Als God alleen zou bestaan als idee en niet in de werkelijkheid Dan zou God echter niet meer het ‘volmaaktst’ kunnen zijn. 

Aangezien het idee God + een bestaande God logischerwijs ‘groter’ en dus ‘volmaakter’ is dan alleen maar het idee God, moet dat wel betekenen dat God ook in werkelijkheid bestaat.

Slide 15 - Tekstslide

 2. Kosmologisch argument
van Thomas van Aquino (1225-1274)

Slide 16 - Tekstslide

4

Slide 17 - Video

03:20
Bij welke oude filosoof sluit Thomas van Aquino aan?
A
Plato
B
Socrates
C
Aristoteles
D
Freud

Slide 18 - Quizvraag

04:08
Welke benaming hebben Aristoteles en Aquino voor God?
A
Bewogen beweger
B
Onbewogen onbeweger
C
Bewogen onbeweger
D
Onbewogen beweger

Slide 19 - Quizvraag

05:36
Een samenvatting van dit argument luidt:
A
Er is altijd iets dat niet bestaan heeft.
B
Iets kan niet uit niets zijn ontstaan.
C
Er moet iets zijn dat altijd heeft bestaan.
D
Er is niets dat altijd heeft bestaan.

Slide 20 - Quizvraag

06:31
Argument 4: God als de .....
A
eerste oorzaak
B
noodzakelijke mogelijkheid
C
perfecte maatstaf
D
schepper

Slide 21 - Quizvraag

De 5 Godsbewijzen.
3. Dingen in de wereld komen en verdwijnen. 
Niet alles zou zo kunnen zijn, want dan zou er een tijd zijn geweest waarin er niets was, maar dan had er ook niets kunnen ontstaan, want iets kan niet uit niets voorkomen. 

Conclusie: Er moet dus iets zijn dat altijd bestaan heeft: God.

Slide 22 - Tekstslide

De 5. Godsbewijzen 
1. Er moet een oorzaak zijn voor alle veranderingen. 
Conclusie: De eerste beweger:  God.

2. Oorzaken komen altijd voor in series, er zou een eerste oorzaak moeten zijn.
Conclusie: De eerste oorzaak: God.

Slide 23 - Tekstslide

De 5 Godsbewijzen
4. Sommige dingen komen in diverse kwaliteiten voor. 
Deze verschillende kwaliteiten worden veroorzaakt door iets wat de grootste hoeveelheid of perfecte hoeveelheid van die kwaliteit bezit. 
Conclusie: Er moet dus een volledig ‘goed’ ding zijn dat alle andere dingen goed maakt: God.

Slide 24 - Tekstslide

Wat betekent "teleologie"?
A
de leer van het leven
B
de leer van de waarheden
C
de leer van de betekenissen
D
de leer van de doelen

Slide 25 - Quizvraag

Intelligent design

Slide 26 - Tekstslide

0

Slide 27 - Video

De 5 Gods bewijzen.
5. Teleologisch argument.
Alle dingen streven naar een ultieme bedoeling of verwezenlijking. 
Het hebben van een doel impliceert een geest die het doel stelt.  
Conclusie: die geest is God.

Slide 28 - Tekstslide

0

Slide 29 - Video

Intelligent design

Gaat niet (zoals de evolutietheorie) uit van toeval. 

 Het is het plan is van een 'ontwerper'. 

Gaat niet (zoals in het creationisme) uit van een schepping die zich in korte tijd of zelfs slechts in zes dagen heeft afgespeeld.

Slide 30 - Tekstslide

3. Kalam argument

Slide 31 - Tekstslide

Het Kalamargument
  • Alles wat begint te ontstaan heeft een oorzaak.
  • Het universum is begonnen met ontstaan en moet dus een ontstaansoorzaak hebben.
  • Het universum is; alle ruimte, alle tijd en alle materie.
  • De ontstaansoorzaak: alle buitenruimtelijke, buitentijdelijke en buitenmateriele oorzaak.
  • Deze oorzaak kun je definieren als God.

Slide 32 - Tekstslide

De Natuurwetenschap
  • Socrates: Geloofde in een mogelijkheid van een goddelijk wezen. (absolute waarheden)
  • Plato: De wereld werd geschapen door een Demiurg.
  • Aristoteles: Doeldenken, voorloper van Intelligent design (onbewogen beweger)

Slide 33 - Tekstslide

Natuurwetenschap

  • Kepler: God als super-ingenieur.
  • Voltaire: Ik kan me niet voorstellen dat dit uurwerk geen klokkenmaker heeft.
  • Einstein: God heeft zich geopenbaard in de harmonie van de natuur en de kosmos.

Slide 34 - Tekstslide

opdracht 1
Hoe kwam het dat men na de Middeleeuwen God geleidelijk ging zien als een super-ingenieur?
opdracht 2
Waarom kun je zeggen dat de moderne natuurwetenschap uitgaat van een "ontgoddelijkte werkelijkheid"?
timer
5:00

Slide 35 - Tekstslide