Grafiek tekenen, coördinaten, kwadranten

Stap voor stap uitleg
Stappenplan grafiek tekenen
Coördinaten
Kwadranten
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Stap voor stap uitleg
Stappenplan grafiek tekenen
Coördinaten
Kwadranten

Slide 1 - Tekstslide

Assenstelsel
De horizontale as heet de x-as

Slide 2 - Tekstslide

Assenstelsel
De horizontale as heet de x-as
De verticale as heet de y-as.

Slide 3 - Tekstslide

Assenstelsel
De horizontale as heet de x-as
De verticale as heet de y-as.
Waar de x-as en y-as elkaar snijden is de oorsprong.

Slide 4 - Tekstslide

Assenstelsel
De horizontale as heet de x-as
De verticale as heet de y-as.
Waar de x-as en y-as elkaar snijden is de oorsprong.
Zet de getallen altijd links van de y-as en altijd onder de x-as.

Slide 5 - Tekstslide

Regels bij het maken van een assenstelsel.

Teken een assenstelsel altijd op roosterpapier (ruitjes).
Teken een assenstelsel ook altijd met een liniaal of geodriehoek.
Teken altijd met potlood. 
Zet altijd bij de assen om welke as het gaat. (x-as of y-as)

Slide 6 - Tekstslide

Werkschema: tekenen assenstelsel.
Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.
Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 


Slide 7 - Tekstslide

Werkschema: tekenen assenstelsel.
Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.
Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 
Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 


Slide 8 - Tekstslide

Werkschema: tekenen assenstelsel.
Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.
Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 
Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 
Stap 3: zet te letters O (oorsprong), x en y op de juiste plek. 


Slide 9 - Tekstslide

Werkschema: tekenen assenstelsel.
Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.
Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 
Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 
Stap 3: zet te letters O (oorsprong), x en y op de juiste plek. 
Stap 4: zet de getallen bij de assen.
Bij de x-as onder de lijn en bij de y-as links van de lijn. 

Slide 10 - Tekstslide

Sleep de goede naam naar het onderdeel van het assenstelsel.
x-as
y-as
Oorsprong

Slide 11 - Sleepvraag

Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4

Zet er getallen bij.
Teken de x-as en y-as.
Kies de plaats van de oorsprong
Zet de letters O, x en y erbij.

Slide 12 - Sleepvraag

Coördinaten
Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.

Slide 13 - Tekstslide

Coördinaten
Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.
Punt R heeft als coördinaat: (3,1)


Slide 14 - Tekstslide

Coördinaten
Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.
Punt R heeft als coördinaat: (3,1)

Eerste getal is het x-coördinaat.
Het tweede getal is het y-coördinaat.

Slide 15 - Tekstslide

Coördinaten
Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.
Punt R heeft als coördinaat: (3,1)

Eerste getal is het x-coördinaat.
Het tweede getal is het y-coördinaat.

Punt R en S zijn roosterpunten, want deze bestaan uit gehele getallen.

Slide 16 - Tekstslide

Coördinaten.
Voorbeelden van coördinaten:
S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)

Slide 17 - Tekstslide

Coördinaten.
Voorbeelden van coördinaten:
S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)
Het eerste getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de x-as naar links of rechts gaat vanuit de O.

Slide 18 - Tekstslide

Coördinaten.
Voorbeelden van coördinaten:
S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)
Het eerste getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de x-as naar links of rechts gaat vanuit de O.
Het tweede getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de y-as omhoog of omlaag gaat vanuit de O.

Slide 19 - Tekstslide

Coördinaten
Punt A (2 , 3)
Punt B (-3 , 1)
Punt C ( 3 , -2)
Punt D (0 , 1)
Punt E (-4 , 0)
Punt F (-1 , -4)

Slide 20 - Tekstslide

Coördinaten
A (... , ...)
B (... , ...)
C (... , ...)
D (... , ...)
E (... , ...)

Slide 21 - Tekstslide

Wat zijn de coordinaten van punt L?
Wat zijn
de coördinaten
van M?
A
M (-2,1)
B
M (1,-2)
C
M(-2,-1)
D
M(-1,-2)

Slide 22 - Quizvraag

Welke punten zijn roosterpunten?
A
A en B
B
D
C
A en C
D
A, B, C en D

Slide 23 - Quizvraag

Kwadrant.
Door een assenstelsel te tekenen krijg je vier delen.
Elk deel van een assenstelsel in een kwadrant. 

Slide 24 - Tekstslide

De assen kunnen we onderverdelen in kwadranten.
De x-as en y-as horen niet bij de kwadranten.

Slide 25 - Tekstslide

Eerste kwadrant

Slide 26 - Tekstslide

Eerste kwadrant
Tweede kwadrant

Slide 27 - Tekstslide

Eerste kwadrant
Tweede kwadrant
Derde kwadrant

Slide 28 - Tekstslide

Eerste kwadrant
Tweede kwadrant
Derde kwadrant
Vierde kwadrant

Slide 29 - Tekstslide

In welk kwadrant ligt punt A (5,3)
A
Eerste
B
Tweede
C
Derde
D
Vierde

Slide 30 - Quizvraag

In welk kwadrant ligt punt C (-3, -1)
A
Eerste
B
Tweede
C
Derde
D
Vierde

Slide 31 - Quizvraag

In welk kwadrant ligt punt A (2, -4)
A
Eerste
B
Tweede
C
Derde
D
Vierde

Slide 32 - Quizvraag