Waarom een wereldhaven?

Wat gaan we doen? 
Herhalen
Uitleg 3.2 
Aan het werk! 
Doelen: 
Je begrijpt wat een mainport is. 
Je weet dat de haven van Rotterdam een mainport is. 

Je weet hoe de haven van Rotterdam een wereldhaven werd. 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen? 
Herhalen
Uitleg 3.2 
Aan het werk! 
Doelen: 
Je begrijpt wat een mainport is. 
Je weet dat de haven van Rotterdam een mainport is. 

Je weet hoe de haven van Rotterdam een wereldhaven werd. 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je allemaal gedaan in de vakantie?

Slide 3 - Open vraag

Leg uit wat het begrip mainport betekend.

Slide 4 - Open vraag

Wat is het verschil tussen massagoederen en stukgoederen?

Slide 5 - Open vraag

Leg uit wat een transitohaven is.

Slide 6 - Open vraag

De groei
De groei kan je verdelen in 2 periodes: 
1. 1860 tot WO2
2. na 1945. 


Slide 7 - Tekstslide

1860 - 1945
Het Duitse Ruhrgebied groeide uit tot het grootste industriegebied van Europa. 

Dankzij de Rijn was Rotterdam hiervoor ideaal. 

Slide 8 - Tekstslide

Haven van Rotterdam
In de haven werden goederen overgeladen op binnenvaartschepen. 

Deze gingen vervolgens naar het Ruhrgebied. 
Hier is de doorvoerhaven van Rotterdam ontstaan! 

Slide 9 - Tekstslide

Na 1945
Steeds grotere 'mammoettankers' komen naar Rotterdam.

Hiervoor hebben ze diepere vaargeulen gegraven en de maasvlakte voor aangelegd. 

Slide 10 - Tekstslide

Een wereldhaven
tot 2004 had Rotterdam de grootste haven van de wereld. 

Shanghai heeft Rotterdam ingehaald. 

Rotterdam is wel nog de grootste haven van Europa. 

Slide 11 - Tekstslide

Hoe kan Rotterdam zo groot zijn?
Dit heeft te maken met een aantal eigenschappen: 
1. Unieke ligging aan de drukst bevaren rivier en zee. 
2. Het achterland is welvarend en dichtbevolkt (men heeft veel goederen nodig) 
3. Goede toegankelijkheid en infrastructuur voor zowel de schepen als treinen, vrachtwagen etc. 

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag
Ga nu aan het werk met de opdrachten van 6.1 
Heb je deze af? 

Ga dan verder met de opdrachten van paragraaf 6.2 

Slide 13 - Tekstslide