§7.4 Verteren - deel 1

LessonUp


Ga naar student.lessonup.io en log in.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

LessonUp


Ga naar student.lessonup.io en log in.

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Welkom

  • Herhalen stof + bespreken vragen/huiswerk
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
  • Aan de slag/huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

In welke drie groepen worden voedingsstoffen ingedeeld?

Slide 3 - Open vraag

Natasja is ernstig ziek geweest. Ze heeft lang in bed gelegen en is afgevallen en haar spieren zijn verzwakt. Vanwege haar gezondheid moet ze aansterken. Daarom eet ze volgens de schijf van vijf. Van welke voedingsmiddelen moet Natasja wat extra eten, zodat ze aansterkt?


A
bruin brood, aardappelen en peulvruchten
B
appels, sinaasappels en bananen
C
bloemkool, paprika en tomaten
D
tofu, vlees en vis

Slide 4 - Quizvraag

Wat is cholesterol en waar zorgt het voor?

Slide 5 - Open vraag

Zijn er nog vragen over de vorige paragraaf?

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen hoe het verteringsstelsel voedsel vervoert.
  • Je kan uitleggen wat vertering is.
  • Je kan uitleggen wat enzymen zijn en hoe ze werken.
  • Je kan uitleggen waar voedingsstoffen in je bloed terecht komen.
  • Je kan uitleggen wat er gebeurt in je dikke darm.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Je keelholte is een soort kruispunt. De lucht die je in- en uitademt komt hier doorheen. En het voedsel dat je doorslikt ook. Als je tijdens het eten veel praat, kan hier iets misgaan. Je kunt je verslikken. Wat gebeurt er als je je verslikt?

Slide 9 - Open vraag

Peristaltische bewegingen

  • 2 soorten spieren spelen een rol bij het vervoer in je verteringsstelsel.

  • Kringspieren en lengtespieren trekken samen om het eten verder te duwen.

Slide 10 - Tekstslide

Langs welke organen gaat je eten (en etensresten), voordat je het uitpoept?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Wat is vertering?
  • Grote voedingsstoffen zoals eiwitten, vetten en koolhydraten, kunnen niet meteen in het bloed worden opgenomen.

  • Het klein maken van voedingsstoffen (door verteringssappen) heet vertering.

Slide 13 - Tekstslide

Eigenschappen:
 - Vorm
- Temperatuur
- Zuurgraad

3 stappen

1. Binden

2. Knippen

3. Loslaten

Slide 14 - Tekstslide

Optimumtemperatuur
< 10: werkt het niet

37: optimaal, het snelst

> 45: stuk

Slide 15 - Tekstslide

Voedingsstoffen die moeten worden verteerd
Voedingsstoffen die niet worden verteerd.
Mineralen

Zetmeel
Eiwitten
Vetten

Water
Koolhydraten
Vitaminen

Slide 16 - Sleepvraag

Enzymen zijn gevoelig voor temperatuur. Ze werken het beste bij de optimumtemperatuur. Wat gebeurt er met het enzym als deze boven de maximumtemperatuur komt?
A
Het enzym gaat sneller werken.
B
Het enzym gaat langzamer werken.
C
Het enzym gaat kapot.
D
Het enzym werkt niet meer.

Slide 17 - Quizvraag

Vragen?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Volgende les
Waar wordt je voedsel verteerd?
Waar komende voedingsstoffen in het bloed?
Wat gebeurt er in de dikke darm?

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag
Opdrachten 7.4 maken + nakijken
Begrippenlijst 7.4 maken
7.1 t/m 7.3 herhalen / afmaken
Vragen stellen!

Slide 21 - Tekstslide