In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Nederlands week 2
Dinsdag 6 september
Slide 1 - Tekstslide
Leesboek
We beginnen met 10 minuten stil lezen. Dit doe je alleen en zonder muziek.
Slide 2 - Tekstslide
Wat is ook alweer een onderwerp van een tekst?
Slide 3 - Woordweb
Ik lees een tekst met als onderwerp 'Frankrijk'. Wat is een voorbeeld van een deelonderwerp?
A
Nederlandse taal
B
Stokbrood, wijn en kaas
C
Parijs
D
Oranje
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een alinea?
Slide 5 - Open vraag
Hoe vind ik de betekenis van een woord?
1. In de tekst een synoniem zoeken. kapot - stuk, maar - echter, succes - voorspoed 2. In de tekst naar de betekenis zoeken, kijk bijvoorbeeld in de regel ervoor of erna.
3. Zoek in de tekst naar voorbeelden van het onbekende woord.
Slide 6 - Tekstslide
Hoe vind ik de betekenis van een woord?
4. Zoek in de tekst naar een tegenstelling van het onbekende woord.
stil - lawaai, groot - klein, ziekte - gezondheid
5. Zoek in het onbekende woord een bekend woorddeel. on- (niet), her- (opnieuw), -loos (zonder) oneerlijk, herschrijven, ademloos
Slide 7 - Tekstslide
Kies het synoniem van 'vaak'.
A
voordelig
B
noodzakelijk
C
combineren
D
regelmatig
Slide 8 - Quizvraag
Vul de juiste tegenstelling in: Wij steunen elkaar door dik en ...