Reactiewarmte = reactieenergie

Hoort deze diagram bij een exo- of endotherme reactie?
A
Exotherm
B
Endotherm
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoort deze diagram bij een exo- of endotherme reactie?
A
Exotherm
B
Endotherm

Slide 1 - Quizvraag

Bij een exotherme reactie komt er energie vrij. 
De eindproducten bevatten minder energie dan beginproducten.
Het netto energie-verschil is negatief.


Slide 2 - Tekstslide

Bij een  endotherme reactie moet continu energie worden toegevoegd. 
De eindproducten bevatten meer energie dan de beginproducten.
Het netto energie verschil is positief.

Slide 3 - Tekstslide

leerdoelen

  • Je leert wat vormingswarmte is. 

  • Je leert hoe je de reactiewarmte van een chemische reactie kunt berekenen.

Slide 4 - Tekstslide

Vormingswarmte
Energie die nodig is om een mol van die stof te vormen
- Binas tabel 57 (A anorganisch en B organisch (met C,H (O)))
- in 105 joule per mol stof
- negatief betekent energie komt vrij
let op!
- Elementen (zoals O2 of C) hebben geen vormingswarmte = 0
- sommige stoffen komen vaker voor (verschillende fase)

Slide 5 - Tekstslide

reactiewarmte = energie
Die hoeveelheid energie kun je berekenen = reactiewarmte

Deze bereken je met:
vormingswarmte eind - vormingswarmte begin

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld(zie binas tabel 57)
De vorming van lachgas uit de elementen stikstof en zuurstof:
  2 N2 (s) +  O2 (g) → 2 N2O(g)  
vormingswarmte eind: 
2 mol N2O = + 0,816 per mol * 2 = 1,632 x 105 joule
vormingswarmte begin = 0 (want elementen)
reactiewarmte = eind- begin = 1,632 - 0 = 1,632 x 105 joule


 

Slide 8 - Tekstslide

Stappenplan Energie (zie voorbeelden)
1. Geef de kloppende reactievergelijking.
2. Noteer onder iedere stof de vormingsenergie uit binas tabel 57
 Let op. alle elementen, dus b.v. chloor = Cl2 of waterstof H2, maar ook natrium (Na) en alle andere zuivere metalen hebben vormingsenergie 0.

3. Vermenigvuldig per stof de energie met de coëfficiënt.
4. Reken de totale vormingsenergie voor de pijl uit.
  EN Reken de totale vormingsenergie na de pijl uit.
5. De reactieenergie =  EIND - BEGIN    .. Let op + en - tekens en x10^5 J/mol.

Slide 9 - Tekstslide

vormingswarmte per mol
Soms moet je de vormingswarmte per mol stof berekenen.
dan moet je dus nog delen door het aantal mol stof.
voorbeeld:
We hebben net de vormingswarmte van deze reactie berekend:
2 N2 (s) + 2 O2 (g) → 2 N2O(g)  = 1,632 x 105 joule
Dat is per mol N2O = (1,632:2) = 0,816*105 joule

Slide 10 - Tekstslide

geef de reactiewarmte van methanisering:

Slide 11 - Open vraag

uitwerking
eind = CH4     = -0,75 (binas 57B)
              2 H2O = (gas, binas 57A) = -2,42 * 2 = -4, 84
Begin = 4 H2 = element = 0 * 4 = 0
                  CO2 = - 3,935 
totaal = eind - begin = (-0,75  + - 4,84) - (0 + -3,935) = -1,655*105 joule


Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen checklist
  • Je kunt benoemen wat de vormingswarmte en de reactiewarmte is;  

  • Je kunt de reactiewarmte berekenen aan de hand van de vormingswarmten uit Binas.
Maak oefen opdrachten 

Slide 13 - Tekstslide