woordenschat

margedag januari 2019
woordenschat 
quizzzz
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBeroepsopleidingHBO

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

margedag januari 2019
woordenschat 
quizzzz

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet het boek wat je volgens het protocol moet hebben gelezen?
A
Met woorden aan de slag.
B
Bouwen met woorden.
C
Met woorden in de weer.
D
Zeg het met woorden.

Slide 2 - Quizvraag

Waar staan de acties in de juiste volgorde?
A
voorbewerken, controleren, consolideren, semantiseren
B
voorbewerken, consolideren, controleren, semantiseren
C
voorbewerken, semantiseren, controleren consolideren,
D
voorbewerken, semantiseren, consolideren, controleren.

Slide 3 - Quizvraag

Hoe heet de houthakkersjongen
in het boek?
A
Hans
B
Hugo
C
Harry
D
Henk

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de geschatte omvang van de receptieve woordenschat van een Nederlands kind van 8 jaar in het basisonderwijs?
A
4500
B
5000
C
6000
D
6500

Slide 5 - Quizvraag

Wat wilde iedereen elke zondag eten?
A
het uienbrood van Isabella Kokkerella
B
de uiensalsa van Isabella Kokkerella
C
de uiensoep van Isabella Kokkerella
D
de gebakken uien van Isabella Kokkerella

Slide 6 - Quizvraag

De ui is dus een belangrijke groente. Maak af:
het instrument van de .........
A
twee uitjes
B
drie uitjes
C
vier uitjes
D
vijf uitjes

Slide 7 - Quizvraag

Het instrument van de drie uitjes gebruik je bij .......
A
voorbewerken
B
semantiseren
C
consolideren
D
controleren

Slide 8 - Quizvraag

Wat is met woorden in de weer?
A
een methode
B
een lessencyclus
C
een vaardigheid

Slide 9 - Quizvraag

Welke woorden horen bij
de drie uitjes?
A
uitbeelden, uitleggen en uitdagen
B
uitleggen, uitbreiden en uitdagen
C
uitbeelden, uitleggen en uitbreiden

Slide 10 - Quizvraag

Ik heb het boek
"Met woorden in de weer" .......
A
gelezen.
B
niet gelezen.
C
gelezen, maar weet nog niet zo goed wat ik er mee aan moet.
D
gelezen, en heb nu een idee hoe ik w.s. kan aanpakken/verbeteren/toepassen

Slide 11 - Quizvraag

Ik zou graag bij een collega in de klas willen kijken hoe hij/zij "Met woorden in de weer" en /of de drie uitjes in de klas toepast.
A
eens
B
oneens

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet het andere boek wat je volgens het protocol moet hebben gelezen?
A
Meten is weten.
B
Om te snappen moet je kijken.
C
Zien is snappen.
D
Om te weten moet je meten.

Slide 13 - Quizvraag

Op welke kleur bieden we werkwoorden aan?
A
rood
B
groen
C
geel
D
blauw

Slide 14 - Quizvraag

Ik heb het boek
"Zien is snappen" .......
A
gelezen.
B
niet gelezen.
C
gelezen, maar weet nog niet zo goed wat ik er mee aan moet.
D
gelezen, en heb nu een idee hoe ik w.s. kan aanpakken/verbeteren/

Slide 15 - Quizvraag

Ik zou graag bij een collega in de klas willen kijken hoe hij/zij "Zien is snappen" in de klas toepast.
A
eens
B
oneens

Slide 16 - Quizvraag

woordenschat

Slide 17 - Woordweb

Einde

   Bedankt voor het meedoen!

Slide 18 - Tekstslide