Thema 7 Ecologie en milieu B6 Kringlopen

Thema 7               Ecologie


B6
Kringlopen
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Thema 7               Ecologie


B6
Kringlopen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen B6
  • Je kunt de koolstofkringloop beschrijven
  • Je kunt de stikstofkringloop beschrijven

Begrippen: assimilatie, dissimilatie/verbranding, autotroof, heterotroof, fossiele brandstoffen, stikstofassimilatie, ammonificatie, nitrificatie, denitrificatie, stikstofbinding, wortelknolletjes, vlinderbloemigen, knolletjesbacteriën

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Koolstofkringloop
Opdeling in twee verschillende groepen organismen: autotrofe organismen en heterotrofe organismen.
Autotrofe organismen kunnen uit anorganische stoffen organische stoffen maken. Hierbij maken ze gebruik van chloroplasten en lichtenergie.
Heterotrofe organismen: organische stoffen uit andere organische stoffen. Voor de organische stoffen zijn zij afhankelijk van autotrofe organismen.
Dode resten en andere afvalproducten van organismen heet detritus of afval. Dit wordt afgebroken door dierlijke afvaleters en reducenten tot CO2, dat weer door autotrofe organismen opgenomen kan worden.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

koolstofkringloop

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Maak opdracht 42 t/m 44

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Programma
herhaling kringlopen
groenbemesting
B7 Voedselproductie

Slide 14 - Tekstslide

Pak je Binas er bij (of afb 43) en beantwoord de volgende vragen
  1. Waarom hebben organismen stikstof nodig?
  2. Welke bacteriën kunnen stikstofgas (N2) maken?
  3. Welke stikstofbindingen nemen planten op?
  4. Op welke 2 manieren komt NH4+=ammonium (of NH3) in de bodem terecht? Welke omzettingen zijn daar voor nodig?
  5. Noem 3 manieren hoe gasvormig stikstof N2 in de bodem kan komen.

Slide 15 - Tekstslide

Antwoorden
  1. DNA en eiwitten 
  2. denitrificerende bacteriën
  3. NH4/NH3 en NO3
  4. via uitwerpselen/urine ureum -> rottingsbacteriën -> NH4+ en stifkstofbindende bacteriën N2 -> NH4+
  5. bliksem, industrie en stikstofbindende bacteriën

Slide 16 - Tekstslide

Stikstofkringloop
  • Organisch gebonden stikstof komt vooral voor in eiwit, nucleotiden en nucleïnezuren. 
  • Stikstof komt ook voor in afvalproducten als ureum.
  • Producenten nemen stikstof op via NO3- of NH4+
  • Stikstoffixerende bacteriën kunnen N2 uit de lucht omzetten in bruikbare stikstof voor planten (stikstofbinding). Dit kan alleen anaeroob. Vandaar dat deze bacteriën in symbiose leven met planten. 

Slide 17 - Tekstslide

  • Consumenten halen stikstof alleen uit plantaardige eiwitten.
  • Reducenten zetten via ammonificatie stikstofhoudende verbindingen om in NH3. De ammoniak (NH3) wordt door nitrificerende bacteriën omgezet in nitriet en vervolgens in nitraat  (nitrificatie).
  • Bij denitrificatie wordt nitraat door bacteriën omgezet in stikstofgas. 

Slide 18 - Tekstslide

Groenbemesting
Bij groenbemesting wordt klaver op stikstofarme grond geteeld, waarna deze omgeploegd wordt. Klaver leeft in symbiose met stikstofbindende bacteriën, waardoor extra stikstof in de bodem komt. Door om te ploegen, blijft de stikstof beschikbaar voor nieuwe planten. Als planten geoogst worden, wordt de stikstof die als eiwitten aanwezig zijn in de plant onttrokken aan de bodem. De kringloop wordt onderbroken.

Slide 19 - Tekstslide

Maak opdracht 51 (5 min)

Slide 20 - Tekstslide

Eutrofiering= te veel mineralen in het water

Slide 21 - Tekstslide

Eutrofiëring

Slide 22 - Tekstslide

Sterke toename van mineralen in het water
Een sterke algengroei in het water
Het selecteren op gunstige eigenschappen en onderling voortplanten van planten
Het ophopen van gifstoffen door de voedselketen
Vorm van bestrijding waarbij gebruik wordt gemaakt van natuurlijke vijanden
Veredelen
Eutrofiëring
Waterbloei
Biologische bestrijding
Accumulatie

Slide 23 - Sleepvraag

Eutrofiëring 
1
2
3
4
5
6
Door afwezigheid zuurstof vrijwel geen leven meer
meer mineralen in oppervlaktewater
andere organismen sterven
reducenten nemen toe
algenbloei
door verminderd zonlicht sterven ondergedoken waterplanten

Slide 24 - Sleepvraag

Lees 163-165 bestrijding van plagen (10 min)
Noem 2 voordelen van chemische bestrijding en 3 nadelen.

Bekijk afb 52 maak opdracht 59 

Slide 25 - Tekstslide

Huiswerk
B6 en B7
verder werken practicum waterkwaliteit

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Maak opdracht 45 en 46

Slide 30 - Tekstslide

Stikstofbinding
Bij fotochemische stikstofbinding reageert N2 met ozon (O3) tot nitraat, die zo beschikbaar komt voor planten.

Slide 31 - Tekstslide

Stikstofbinding door stikstofbindende bacteriën:

Slide 32 - Tekstslide

Binas
93H

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

Maak opdracht 46 t/m 51
Klaar?
Neem de context 'Afvalwater levert grondstoffen' door en maak opdracht 52 

Slide 35 - Tekstslide

Check je leerdoelen!
  • Oefen de begrippen met de flitskaarten
  • Controleer je leerdoelen met Test Jezelf



Slide 36 - Tekstslide

Stukje moeilijker...

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Link

Aantal oefenvragen
Stikstofkringloop

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link

Hoeveel procent scoorde je?

Slide 41 - Open vraag

Maak opdracht 46 t/m 51
Klaar?
Neem de context 'Afvalwater levert grondstoffen' door en maak opdracht 52 

Slide 42 - Tekstslide

Check je leerdoelen!
  • Oefen de begrippen met de flitskaarten
  • Controleer je leerdoelen met Test Jezelf



Slide 43 - Tekstslide