In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In welke tekeningen staan de kleppen in een stand die tijdens een normale hartslag voorkomt? Leg je antwoord uit.
Slide 2 - Tekstslide
Immuunsysteem basisstof 5
Slide 3 - Tekstslide
LEERDOELEN
Je kunt beschrijven hoe antistoffen bescherming bieden tegen infecties.
Je kunt het begrip antigenen uitleggen.
Je kunt beschrijven op welke manieren immuniteit kan ontstaan.
Je kunt omschrijven wat er aan de hand is bij een allergie.
Slide 4 - Tekstslide
Eerste barrière van afweer
Je HUID is heel belangrijk!!
Niet-
specifieke
afweer
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Wat zijn antigenen?
A
Vetachtige stofjes die in de celmembranen zitten.
B
Suikermoleculen die in de celkern zitten.
C
Kleine eiwitten aan de buitenkant van een cel.
D
Kleine eiwitten aan de binnenkant van een cel.
Slide 7 - Quizvraag
Ziekteverwekkers zijn:
bacteriën
virussen
schimmels
parasieten
Ziekteverwekkers worden "opgegeten" door witte bloedcellen (macrofagen). Ze verteren de ziekteverwekkers en laten stukjes ervan (antigenen) zien aan de rest van het immuunsysteem.
Slide 8 - Tekstslide
Hoe werden de macrofagen in het filmpje genoemd?
A
Lichaamscellen
B
Vreetcellen
C
Killercellen
D
Verdedigingscellen
Slide 9 - Quizvraag
Vorming van antistoffen
Specifieke
afweer
Slide 10 - Tekstslide
Bekijk afb. 4 op pag 222
Wat zijn de genummerde delen in de afbeelding?
A
1 antistof
2 ziekteverwekker
3 antigeen
B
1 antigeen
2 ziekteverwekker
3 antistof
C
1 ziekteverwekker
2 antistof
3 antigeen
D
1 antigeen
2 antistof
3 ziekteverwekker
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de eerste barrière van de niet-specifieke afweer?
A
Een ontsteking
B
Macrofagen
C
Huid/slijmvliezen
D
Witte bloedcellen
Slide 12 - Quizvraag
Antigeen of antistof? Een griepvirus dat binnendringt in je lichaam is een...
A
antigeen
B
antistof
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Vaccineren
Slide 15 - Tekstslide
Vaccineren is een voorbeeld van
A
Actieve kunstmatige immuniteit
B
Actieve natuurlijke immuniteit
C
Passieve kunstmatige immuniteit
D
Passieve natuurlijke immuniteit
Slide 16 - Quizvraag
Na een beet van een hondsdolle hond, vos of vleermuis krijgt iemand een injectie met antistoffen tegen het virus, zodat het virus van hondsdolheid snel de kop wordt ingedrukt. Het geven van deze injectie valt onder...
A
Actieve kunstmatige immuniteit
B
Actieve natuurlijke immuniteit
C
Passieve kunstmatige immuniteit
D
Passieve natuurlijke immuniteit
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Laatste vraag: Worden bij het tot stand komen van actieve immunisatie tegen een bepaalde ziekteverwekker geheugencellen gevormd? En bij passieve immunisatie?