samenvatting Wat is GS en tijdvak 1 jagers en boeren

Wat is geschiedenis 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat is geschiedenis 

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen het verleden en de geschiedenis?

Slide 2 - Open vraag

Waar moet ik rekening mee houden als ik bronnen gebruik?

Slide 3 - Open vraag

Welke vijf historische periodes ken ik en welke tien tijdvakken?

Slide 4 - Open vraag

Wat wordt er bedoeld met gebeurtenissen, ontwikkelingen, verschijnselen en kenmerkende aspecten?

Slide 5 - Open vraag

Waarom is geschiedenis relevant voor mij en voor de samenleving waar ik deel van uitmaak?

Slide 6 - Open vraag

Tijdvak 1: Tijd van jagers en boeren
tot 3000 v Chr

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
1.  De levenswijze van jager-verzamelaars.
2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
3. Het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.
Leer ze uit je hoofd!

Slide 8 - Tekstslide

1.1 Van jager-verzamelaars naar boeren

Slide 9 - Tekstslide

Wat zijn de kenmerken van de leefwijze van jagers en verzamelaars?
- Het zijn nomaden, ze trekken rond op zoek naar voedsel.
- Het klimaat speelt een grote rol, ze zoeken een omgeving waar het klimaat leefbaar is en eetbare planten en dieren voorkomen.
- Ze hebben weinig bezittingen, en maken wat ze nodig hebben van steen (vandaar Steentijd) of bot en huid van dieren.
- Ze leven in kleine groepen.
- Doden worden begraven en krijgen grafgiften mee (waarschijnlijk geloofde men dat je deze voorwerpen nodig had in het hiernamaals). Aan de hoeveelheid grafgiften kun je zien of iemand meer of minder belangrijk was.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe en waardoor ontstond de landbouwrevolutie?
- De landbouwrevolutie is de overgang van jagen en verzamelen naar het bewerken van het land (landbouw). 
- (+/- 20000 V Chr) Doordat het warmer en natter werd was er meer voedsel, rondtrekken was niet langer nodig.
- Dorpen ontstaan, voornamelijk aan de oostkant van de Middellandse Zee,  waar meer mensen bij elkaar gaan wonen. 
- +/- 12000 v Chr wordt het weer kouder en men probeert zelf granen en dergelijke te gaan verbouwen (ontdekking landbouw in de vruchtbare halve maan = Midden-Oosten).
- Men gaat ook dieren houden, tam amken en fokken.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe en waardoor verspreidde de landbouwrevolutie zich naar Europa?
- +/- 5000 v Chr verspreidt de landbouwrevolutie zich naar Europa
- Men vermoed omdat er steeds meer bevolkingsgroei was in het Midden-Oosten, het werd er misschien te vol. De mensen die daar weg gingen om ergens anders te gaan leven, namen de kennis van landbouw mee en vestigden bijvoorbeeld in Europa.

Slide 12 - Tekstslide

Wat zijn de gevolgen van de landbouwrevolutie?
- Mensen werden sedentair (vestigen op een plek)
- Tijdelijke hutten werden stevige boerderijen
- Ontstaan dorpjes
- Meer en andere gebruiksvoorwerpen (bijvoorbeeld materiaal om land te bewerken)
- Men ging potten bakken om voedsel in te bewaren
- Hoe meer bezit je had, hoe belangrijker je was, er ontstaan dus verschillende sociale lagen.

Nieuwe steentijd: De tijd waarin de landbouwsamenlevingen tot ontwikkeling kwamen.

Slide 13 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
  • 1.  De levenswijze van jager-verzamelaars.
  • 2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
  • 3. Het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.
noem ze nog eens!

Slide 14 - Tekstslide

1.2 Dorpen en steden

Slide 15 - Tekstslide

Waarom ontstaan er in Mesopotamië stedelijke gemeenschappen?
- Boeren in dit gebied deden aan irrigatielandbouw, waardoor de landbouw erg succesvol was.
- Boeren die erg grote opbrengsten hadden werden belangrijker dan anderen en werden vaak de leider / koning van de groep.
- Voedsel werd opgeslagen en omdat er genoeg voedsel was groeide de bevolking.
- Niet iedereen hoefde daarom nog als boer te werken en er ontstonden ook andere beroepen.
- Deze gemeenschappen werden steeds groter en werden steden, deze steden overheersten weer het omliggende platteland = Stadstaten
- Deze stadstaten waren hierarchisch opgebouwd (verschillende standen)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Welke stedelijke gemeenschappen uit de tijd van jagers en boeren zijn er en wat zijn de kenmerken?
- De bekendste stedelijke samenlevingen vindenwe in Mesopotamië en Egypte.
Kenmerken:
- Hierarchisch opgebouwd.
- Irrigatielandbouw
- polytheïsme (meer godendom)
- tempeleconomie = alles gebeurde rondom de tempels (handel, bestuur, etc)
- ontwikkeling van het schrift: steden hadden een ingewikkelder bestuur dan dorpjes en de behoefte om wetten/afspraken etc op te schrijven ontstond.
- spijkerschrift (Mesopotamië) en hierogliefen (Egypte)

Slide 19 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
  • 1.  De levenswijze van jager-verzamelaars.
  • 2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
  • 3. Het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.
noem ze nog eens!

Slide 20 - Tekstslide

1.3 Egypte een van de eerste staten

Slide 21 - Tekstslide

Waarom kan Egypte een staat worden genoemd?
- Als stadstaten gaan samenwerken wordt het grondgebied steeds groter. Als dit gebied onder leiding van een persoon komt noemen we dit een staat. (er gelden overal dezelfde regels en wetten)
- Rond 2950 v Chr verovert farao Narmer van Beneden-Egypte ook het noorden, zo wordt Egypte één grote staat.

Slide 22 - Tekstslide

Op welke pijlers baseerden de farao's hun macht?
1. De ambtenaren en het leger: zij zorgden dat wetten werden nageleefd en beschermden tegen aanvallen van buitenaf.
2. Het belastingsysteem: Inwoners betaalden belasting om de ambtenaren en het leger te betalen.
3. Goddelijk legitimering: Farao werd gezien als de zoon van oppergod Ra, hij kon bemiddelen tussen de gewone man en de goden. Hij was dus heel belangrijk om naar te luisteren. Want voor goede oogst was je afhankelijk van de goden.
4. Propaganda: politieke reclame om aan zijn volk te laten zien hoe belangrijk hij was.

Slide 23 - Tekstslide

Kenmerken van de Egyptisch cultuur m.b.t. religie, leven en dood.
- In Egypte had men goden voor allerlei verschillende zaken. (polytheïsme = meergodendom)
- goden hadden het uiterlijk van mens en dier gecombineerd
- met het brengen van offers probeerde men de goden gunstig te stemmen
- Egyptenaren geloven in een leven na de dood in het dodenrijk. 
- Omdat de ziel van de dode iedere dag terugkeerde op aarde en dan moest aansterken in het lichaam moest dat lichaam van de dode goed bewaard worden (mummificeren)
- Hoe rijker je was hoe uitgebreider versierd je sarcofaag was en hoe meer grafgiften je mee kreeg. (een simpele boer werd gewoon in een kuil begraven, een farao in een prachtige versierde pyramide.

Slide 24 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
  • 1.  De levenswijze van jager-verzamelaars.
  • 2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
  • 3. Het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.
noem ze nog eens!

Slide 25 - Tekstslide

Wat moet je nog meer leren
- Niet alle jaartallen van blz 26, alleen die in deze presentatie
- Wel: de begrippen op blz 26

Slide 26 - Tekstslide