BT; samenwerken week 7

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bejegening hangt onder andere af van de visie en de normen en waarden van een zorginstelling?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen normen en waarden?
A
Waarden zijn idealen die je belangrijk vindt en normen zijn de getoonde gedragingen die daarbij horen.
B
Normen zijn idealen die je belangrijk vindt en waarden zijn de getoonde gedragingen die daarbij horen.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel je feedback hieronder, mag je intypen of foto van je feedback maken

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke methode kennen jullie?


Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jouw antwoord op de vraag: hoe zorg ik ervoor dat ik goede feedback krijg?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Feedback geven met de 4 G’s
Je gaat feedback geven aan de hand de 4G-methode. Hoe doe je dat?
Stappenplan

  • Benoem het Gedrag.
  • Benoem het Gevoel dat dit jou geeft.
  • Geef het Gevolg aan voor jou.
  • Benoem het Gewenst gedrag.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4G feedback methode
  • Gedrag: Welk gedrag is concreet waarneembaar?
  • Gevoel: Welk gevoel wekt dit bij jou op?
  • Gevolg: Wat is het gevolg van dit gevoel?
  • Gewenst: Wat is het gewenste gedrag?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback geven 4G methode

  1. Gedrag: Benoem concreet wat je waarneemt (zonder oordeel)
  2. Gevoel: Benoem hoe je je daarbij voelt
  3. Gevolg: Benoem je verlangens/behoeftes waardoor dit gevoel word opgeroepen
  4. Gewenst: Spreek een concreet verzoek uit, wat je graag zou willen.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 4G feedback methode biedt een structuur om ongewenst gedrag te benoemen en bij te sturen. De 4G feedback methode bestaat uit vier de 4G’s, te weten:
A
Gevoel, geval, gevolg, genade
B
Gevoel, gewenst, gedrag, gevolg
C
Gedrag, gevoel, gewenst gedrag, gevolg
D
Gedrag, gevolg, gevoel, gewenst

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 4 onderdelen horen in het 4G-model voor feedback geven?
A
Gedrag, gevoel, gezien worden en gewenste gedrag
B
Gedrag, gevolg, gewenste gedrag en genade
C
360 Graden feedback, gesprek voeren, gedrag en gevoel
D
Gedrag, gevoel, gevolg en gewenste gedrag

Slide 14 - Quizvraag

1. Benoem het gedrag waarover je feedback geeft.
2. Omschrijf het gevoel dat het gedrag bij jou oproept.
3. Omschrijf het gevolg van het gedrag.
4. Omschrijf het gewenste gedrag. 

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

reacties op dit filmpje, wat vond je goed en wat vond je minder goed

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stelling hoort niet bij
effectieve feedback?
A
Geef alleen feedback vanuit jezelf
B
Geef feedback vanuit je eigen gevoelens en gedachten
C
Geef alleen feedback over het gedrag
D
Geef feedback zo snel mogelijk

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat verstaan we onder negatieve feedback?
A
feedback die op onjuiste manier wordt gegeven
B
feedback over iets dat je nog kunt verbeteren
C
onjuiste feedback
D
tops

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

KIES: Wat is feedback voor jou?
A
Feedback is vervelend
B
Feedback is nodig om te leren
C
Feedback is vaak aanvallend
D
Feedback is vaak niet terecht

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een goed voorbeeld van feedback?
A
Wat moet ik verder nog doen?
B
Wat is mijn doel?
C
Wat is de volgende stap die ik ga nemen?
D
Hoe heb ik het doel tot nu toe aangepakt?

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik vind het lastig om feedback te geven.
Vraag: Wat vind je er lastig aan?

Dit is een voorbeeld van...
A
Dubbele vragen
B
Open vraag
C
Suggestieve vraag
D
E- in vraag

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag om verduidelijking als je iets niet duidelijk is
Geef alleen feedback vanuit jezelf

Regels van feedback ontvangen
Regels van feedback geven

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Doorvragen is...
A
om te reflecteren op een situatie
B
om iemand te sturen in zijn/haar antwoord
C
altijd met ja of nee te beantwoorden.
D
om helder te krijgen wat iemand bedoeld

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LSD (Luisteren, Samenvatten, Doorvragen) helpt je in een doelgericht gesprek bij nog meer zaken. Welke is hierbij het belangrijkste?
A
Het helpt je om verslag te doen van een gesprek
B
Het helpt je regie te houden over het gesprek
C
Het helpt je de ander te beseffen met wie hij of zij spreekt
D
Het helpt je om het gesprek af te ronden

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is positieve feedback?
A
Feedback dat op een opbouwende manier is gegeven
B
Feedback over gedrag waar jij blij mee bent
C
Feedback die volgens de feedback-regels is gegeven
D
Feedback over gedrag waar jij niet blij mee bent

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ik geef iemand wel eens positieve feedback.
A
Ja, regelmatig.
B
Nee, nooit.
C
Ja, maar soms.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Johari-Venster

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk term hoort niet in het rijtje van het Johari venster thuis?
A
open
B
gewenst
C
Verborgen
D
Onbekend

Slide 29 - Quizvraag

Open: gedrag, kennis en houding ten opzichte van bepaalde onderwerpen. (is bekend bij jou)
Blinde vlek: gaat over wat niet bekend is bij jou. (vb gebruik van een stopwoord)
Verborgen gebied: je houdt bewust iets verborgen.(vb schaamte)
Onbekende gebied: het is niet bekend, dus je kunt er niet over communiceren

Een andere benaming voor open gebied is... (Johari Venster)
A
de blinde vlek
B
de arena
C
het masker
D
het onbewuste

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke term heeft niets met het Johari venster te maken?
A
Reflectie
B
Bewustwording
C
Aanvulling op Feedback
D
Zelfvertrouwen

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Johari venster, wat houdt dat ook al weer in?
A
manier van feedback geven
B
wat voor jezelf en anderen wel of niet bekend is
C
inzicht krijgen in de motieven van anderen
D
manier om bestanden op te slaan

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk venster uit het Johari venster is onbekend bij jezelf maar bekend bij anderen?
A
Vrije/open ruimte
B
Blinde vlek
C
Verborgen gebied
D
Onbekend gebied

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke ruimte in het Johari venster willen we graag vergroten?
A
blinde vlek
B
vrije ruimte
C
verborgen gebied
D
onbekend gebied

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de juiste woord in het juiste vak van het Johari venster.
Verborgen
Blind
Open
Onbekend

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat geleerd/opgestoken vandaag?
vragen/opmerkingen?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

wat vond je van deze manier van les krijgen?

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week;
* Lukt het met de expert-colleges?
* hoe ver zijn jullie met de eindopdracht?
* wilen jullie al feedback op je eindopdracht, mail mij gerust 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies