groep 5

groep 5
Bedankt voor het fijne schooljaar.
Jullie hebben veel geleerd en goed je best gedaan. Ik ben trots op jullie!
Aron, Hielke, Emi, Lois, Bas, Ruben, Ezra, Philip
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

groep 5
Bedankt voor het fijne schooljaar.
Jullie hebben veel geleerd en goed je best gedaan. Ik ben trots op jullie!
Aron, Hielke, Emi, Lois, Bas, Ruben, Ezra, Philip

Slide 1 - Tekstslide

Wat staat er voor de komma?

€ 5,50 euro
A
euro's
B
centen

Slide 2 - Quizvraag

Welke digitale tijden horen bij deze klok?
A
07.00 en 19.00
B
05.00 en 17.00
C
02.00 en 14.00
D
12.00 en 00.00

Slide 3 - Quizvraag

Hoe laat is het?
A
10:30
B
11:30
C
6:50
D
6:55

Slide 4 - Quizvraag

15 : 3 = ?

(tip: ? x 3 = 15)
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 5 - Quizvraag

Wat komt er op de plaats van het vraagteken?

5 ? 5 = 25
A
x
B
:
C
+
D
-

Slide 6 - Quizvraag

Er zit een 7 in dit getal en die 7 is 700 waard. welk getal is het?
A
675
B
756
C
567
D
576

Slide 7 - Quizvraag

Groep 7 en 8 voetballen tegen elkaar. Aan het eind staat het 7 - 5 voor groep 8. Hoeveel doelpunten zijn er gemaakt?
A
5
B
8
C
12
D
14

Slide 8 - Quizvraag

Hoeveel cm is 1 dm?
A
10
B
100

Slide 9 - Quizvraag

Hoe laat is het?
A
11:45
B
10:45
C
9:55
D
9:50

Slide 10 - Quizvraag

4 x 13 =
A
56
B
53
C
54
D
52

Slide 11 - Quizvraag

25 : 5 =
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel gram is een kilogram?
A
1
B
10
C
100
D
1000

Slide 13 - Quizvraag

Yulan geeft een feestje. Hij nodigt 19 kinderen uit. 1 kind is ziek, 3 anderen kunnen ook niet komen. Hoeveel kinderen komen er op het feestje?
A
14 kinderen
B
16 kinderen
C
15 kinderen
D
13 kinderen

Slide 14 - Quizvraag

Kyra maakt snoepzakjes met 3 dropjes. Ze maakt in totaal 9 snoepzakjes.
Hoeveel dropjes heeft Kyra in totaal?
A
30
B
26
C
23
D
27

Slide 15 - Quizvraag

Welke maand komt na november?
A
juli
B
december
C
februari
D
oktober

Slide 16 - Quizvraag

Kijk goed naar het plaatje.
Welke dag is het op 1
oktober?
A
zondag
B
maandag
C
zaterdag
D
woensdag

Slide 17 - Quizvraag

Wanneer gebruik je een keuken weegschaal?
A
Als ik wil weten hoe zwaar ik ben.
B
Als ik wil weten hoeveel melk ik nodig heb voor pannenkoeken.
C
Als ik wil weten hoeveel gram meel ik nodig heb voor een taart.
D
Als ik wil weten hoe zwaar mijn koffer is.

Slide 18 - Quizvraag

6. Op basisschool de Driemaster zitten 75 kinderen. Dat zijn er 30 meer dan op basisschool met de Bijbel. Hoeveel kinderen zitten op basisschool met de Bijbel?
A
45
B
105
C
90
D
35

Slide 19 - Quizvraag

81 : 9 =
A
9
B
8
C
7
D
6

Slide 20 - Quizvraag

Rick verkoopt zijn telefoon voor 250 euro. Hij koopt een nieuwe voor 500 euro. Hoeveel geld moet hij bijbetalen voor zijn nieuwe telefoon?
A
500 euro
B
250 euro
C
350 euro
D
200 euro

Slide 21 - Quizvraag

4 x 25 =
A
90
B
100
C
110
D
80

Slide 22 - Quizvraag

Bij een boekenwinkel krijg je bij iedere 10 euro die je besteedt een spaarzegel. Mara koopt voor 310 euro. Hoeveel zegels krijgt ze?
A
30 zegels
B
31 zegels
C
11 zegels
D
21 zegels

Slide 23 - Quizvraag

Hoeveel minuten zitten er in
één uur
A
60 minuten
B
100 minuten
C
30 minuten
D
15 minuten

Slide 24 - Quizvraag

Stijn gaat knikkeren met 50 knikkers. Hij verliest er 36 en wint er 16. Hoeveel knikkers houdt hij over?
A
29 knikkers
B
28 knikkers
C
31 knikkers
D
30 knikkers

Slide 25 - Quizvraag

wat is 8 x 4
A
11
B
31
C
12
D
32

Slide 26 - Quizvraag

Welke maand komt 4 maanden na mei?
A
september
B
november
C
augustus
D
oktober

Slide 27 - Quizvraag

Een spel van € 29,50 is vandaag in de aanbieding voor de helft van het geld. Je koopt er 6. Wat moet je ongeveer betalen?
A
€ 15,-
B
€ 45,-
C
€ 90,-
D
€ 180,-

Slide 28 - Quizvraag

Hoeveel geld terug

Een jas kost €52,65 ik betaal met € 53,00 euro

A
€0,65
B
€0,30
C
€0,35
D
€0,40

Slide 29 - Quizvraag

Welke maanden horen bij de zomer?
A
januari, februari en maart
B
april en mei
C
juni, juli en augustus
D
november en december

Slide 30 - Quizvraag

De foto van deze klok is gemaakt
in de:
A
nacht
B
ochtend
C
middag
D
avond

Slide 31 - Quizvraag

Petra is jarig op 17-12
Welke maand wordt hier bedoeld?
A
17 november
B
17 december
C
17 augustus
D
17 januari

Slide 32 - Quizvraag

Hoe laat is het?
A
kwart over 10
B
kwart voor 10
C
kwart voor 11
D
kwart over 3

Slide 33 - Quizvraag

Waarmee meet je de breedte van een deur?
A
kilometer
B
meter
C
centimeter

Slide 34 - Quizvraag

Welk getal hoort er op de plaats van het vraagteken?
A
110
B
125
C
130
D
115

Slide 35 - Quizvraag



Hoeveel reserveringen waren er op woensdag?
A
30
B
3
C
10
D
40

Slide 36 - Quizvraag

Aanvullen tot 1 kg

Je hebt al 980 gram
A
20 gram
B
40 gram
C
50 gram
D
30 gram

Slide 37 - Quizvraag

Wat vonden jullie leuk dit schooljaar?

Slide 38 - Woordweb

Wat moet juf Yvonne volgend jaar anders doen?

Slide 39 - Woordweb

Wat ga je doen in de zomervakantie?

Slide 40 - Woordweb

Succes nog deze week en alvast een hele fijne vakantie! 

Slide 41 - Tekstslide