boeken kiezen theorie

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Speeddate met boeken.

Boeken kiezen.

Lesdoelen:

Na deze les

• heb je handvatten om een boek te kiezen dat je gaat lezen voor de eerste boekopdracht.

• heb je een beter beeld van jouw leessmaak of leesvoorkeur ontdekt.

Dit boek smaakt naar meer

Titel

lezen

Omslag bekijken

Flaptekst lezen

Eerste bladzijden lezen

Tips van anderen

Tips van internet

Zoek naar jeugdboeken (vanaf 12 jaar) op de site van:

Maak een worddocument: Sla het eerst op in je mapje Nederlands. De naam: boeken kiezen.

 

• Lezen voor de lijst (doe de niveautest 

      https://niveautest-12-15.jeugdbibliotheek.nl/

Dit boek smaakt naar meer

Lees de titels van 10 boeken boeken

Noem één titel die jou aanspreekt.

1. Noteer een titel van een boek die je aanspreekt. 

2. Noteer ook de schrijver.

3. Waarom spreekt de titel je aan?

Dit boek smaakt naar meer

Bekijk de omslag van ten minste tien boeken.

Kies een omslag dat je mooi vindt. Leg ook uit waarom.

4. Noteer de titel van een boek waarvan je de omslag mooi

    vindt.

5. Zet een plaatje van de omslag in het document.

6. Noteer ook de schrijver.

7. Leg uit waarom je deze omslag mooi vindt.

Welk boek zou je niet willen lezen? Leg uit hoe dat komt.

Lees de flaptekst van minstens vijf boeken.

Welke flaptekst maakt je zo nieuwsgierig dat je het boek zou willen lezen?

Leg ook uit waarom.

8. Noteer de titel van het boek waarvan je de achterflap hebt

   gelezen die je aanspreekt.

9. Zet een plaatje van dit boek in het document.

10. Noteer ook de schrijver.

11. Waarom spreekt deze achterflap jou aan?

Kies een boek dat je zou willen lezen en lees de informatie over het boek.

Noteer de volgende punten:

• de auteur (schrijver) van het boek;
• de hoofdpersoon van het boek;
• een kenmerk van het boek (bijv. humor, spanning, vriendschap).

12. Zet een plaatje van dit boek in je document.

13. Wie is de hoofdpersoon van het verhaal?

14 Noem een kenmerk van dit verhaal (spannend, humor,

     oorlog, vriendschap).

15 Wat is het probleem van deze hoofdpersoon?