Hoofdstuk 5

Hoofdstuk 5
Drama:
De Ontwikkeling van de Menselijke Emotie
en Expressie op het Podium 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
ArtSecondary Education

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5
Drama:
De Ontwikkeling van de Menselijke Emotie
en Expressie op het Podium 

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog over dans?

Slide 2 - Woordweb

1. Wat is het belangrijkste verschil tussen moderne dans en klassiek ballet?
A
Moderne dans gebruikt uitsluitend Afrikaanse ritmes
B
Klassiek ballet richt zich op maatschappelijke thema’s
C
Moderne dans focust op emotie en expressie, klassiek ballet op techniek en vorm
D
Moderne dans breekt met klassieke technieken en zoekt naar abstracte expressie

Slide 3 - Quizvraag

2. Waarom was Les Ballets Russes zo invloedrijk in de dansgeschiedenis?
A
Ze introduceerden de eerste elektronische dansmuziek
B
Ze braken met traditionele balletvormen en introduceerden expressieve choreografieën
C
Ze waren het eerste dansgezelschap uit de Verenigde Staten
D
Ze gebruikten uitsluitend folkloristische dansvormen

Slide 4 - Quizvraag

3. Wat is kenmerkend voor jazzdans?
A
Ritmische, energieke bewegingen met Afro-Amerikaanse wortels
B
Het gebruik van klassieke pas-de-deux
C
Strikte choreografie zonder improvisatie
D
Dans op religieuze muziek

Slide 5 - Quizvraag

4. Wat houdt de Ausdruckstanz in?
A
Een dansstijl die alleen in stilte wordt uitgevoerd
B
Een dansvorm die alleen in groepsverband wordt gedanst
C
Een dansstijl die uitsluitend op klassieke muziek wordt uitgevoerd
D
Een expressieve dansvorm waarin emoties centraal staan

Slide 6 - Quizvraag

5. Wat maakt de limbodans uniek binnen Caribische dansstijlen?
A
De fysieke uitdaging om onder een steeds lager hangende stok door te dansen
B
Het gebruik van maskers en kostuums
C
Het gebruik van acrobatische sprongen
D
De nadruk op groepscoördinatie

Slide 7 - Quizvraag

6. Hoe heeft dancehall zich wereldwijd verspreid?
A
Via klassieke dansacademies
B
Door populariteit in muziekvideo’s en popcultuur
C
Door religieuze festivals
D
Via Europese dansgezelschappen

Slide 8 - Quizvraag

7. Wat is de tango en hoe heeft deze invloed gehad in het Caribisch gebied?
A
Een gepassioneerde dans uit Argentinië die zich vermengde met Caribische stijlen
B
Een dans uit Spanje die alleen in Cuba populair werd
C
Een dans die alleen op klassieke muziek wordt uitgevoerd
D
Een dansstijl die in Martinique ontstond

Slide 9 - Quizvraag

8. Wat is het doel van de Biënnale voor Hedendaagse Dans in het Caribisch gebied?
A
Het promoten van Europese dansgezelschappen
B
Het tonen van Caribische dansinnovatie aan een internationaal publiek
C
Het organiseren van danswedstrijden
D
Het documenteren van traditionele dansvormen

Slide 10 - Quizvraag

9. Wat is het effect van creolisatie in Caribische dans?
A
Het verdwijnen van traditionele dansvormen
B
Het standaardiseren van dansbewegingen
C
Het ontstaan van unieke dansstijlen door culturele vermenging
D
Het beperken van expressie in dans

Slide 11 - Quizvraag

10. Hoe beïnvloeden moderne en Caribische dans elkaar?
A
Moderne dans is volledig gebaseerd op Caribische ritmes
B
Beide leggen nadruk op emotie en expressie, en beïnvloeden elkaar wederzijds
C
Caribische dans gebruikt uitsluitend moderne technieken
D
Moderne dans is afgeleid van klassieke Caribische dansvormen

Slide 12 - Quizvraag

Waar denk je aan bij drama?

Slide 13 - Woordweb

Inleiding: Wat is drama?
Drama is een kunstvorm die verhalen en emoties tot leven brengt op het podium. Door middel van spel en dialoog worden menselijke conflicten, relaties en gevoelens uitgebeeld. Drama kan grappig, tragisch of confronterend zijn en zet het publiek aan het denken.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

De Klassieke Oorsprong van Drama
Het Westerse drama ontstond in het oude Griekenland tijdens religieuze festivals. Belangrijke genres waren tragedie (ernstige thema’s, catharsis) en komedie (maatschappijkritiek met humor).

Slide 16 - Tekstslide

De Middeleeuwen en het Mysteriespel
In de middeleeuwen werd drama vooral gebruikt om Bijbelse verhalen te vertellen aan een breed publiek. Gilden voerden deze ‘mysteriespelen’ op in de open lucht.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Renaissance en het Elizabethaanse Theater
Tijdens de renaissance bloeide het theater op, met Shakespeare als bekendste schrijver. Zijn stukken combineren tragiek en humor en behandelen universele thema’s als macht, liefde en schuld.

Slide 19 - Tekstslide

Franse Klassieke Drama en Engelse Komedies (17e–18e eeuw)

In Frankrijk ontstond strak gestructureerd drama met nadruk op psychologie. In Engeland ontstond de ‘comedy of manners’, waarin de elite op satirische wijze werd bekritiseerd.

Slide 20 - Tekstslide

Realisme in de 19e Eeuw
Realisme bracht het alledaagse leven op het toneel. Thema’s als armoede, relaties en identiteit stonden centraal. De ‘vierde wand’ werd geïntroduceerd om het publiek een inkijk te geven in het leven van de personages.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Absurdistisch Theater (20e eeuw)
Absurdistisch theater toont de zinloosheid van het bestaan. Personages worstelen met communicatie en betekenis. Bekende schrijvers zijn Samuel Beckett en Eugène Ionesco.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Hedendaags Theater
Hedendaags theater combineert stijlen en maakt gebruik van technologie, video en muziek. Thema’s als identiteit, diversiteit en maatschappelijke kwesties staan centraal. Interactie met het publiek is belangrijk.

Slide 25 - Tekstslide

Conclusie
Drama is een spiegel van de samenleving. Het ontwikkelt zich voortdurend en blijft relevant door nieuwe vormen, technieken en thema’s. Van Griekse tragedies tot hedendaags theater: drama blijft raken en verbinden.

Slide 26 - Tekstslide