Industrie

Industrie
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Industrie

Slide 1 - Tekstslide

Van waar komt jullie kledij en GSM?

Slide 2 - Woordweb

Grondstof
Halffabricaat
Product

Slide 3 - Sleepvraag

Slide 4 - Video

IJzersmelterij in 1820
1 ton ijzer = 8 ton steenkool

Slide 5 - Tekstslide

Pg 30

Slide 6 - Tekstslide

Waar zal men de ijzersmelterij plaatsen?

Slide 7 - Open vraag

Vestiging van hoogoven- en staalbedrijf in 1900
1 ton ijzererts = 4 ton steenkool
Goedkopere transportkosten
Productie van staal = staalverwerkende bedrijven
Verplaatst naar ertsrijke gebieden en transport knooping

Slide 8 - Tekstslide

pg31

Slide 9 - Sleepvraag

Vestigingen van hoogoven- en staalbedrijven in 1960

Slide 10 - Tekstslide

  • Internationale handel
  • overzeese erts is goedkoper
  • sluiting/modernisering binnenlandse industrie
  • verschuiving naar havens
  • maritimisatie
  • 1 ton ijzererts = 1 ton steenkool
  • afzetmarkt voor staalverwerkers

Slide 11 - Tekstslide

Waar gaat men een hoogoven plaatsen en een staalbedrijf?
pg32

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

Waar kunnen Geïntegreerde ijzer- en staalbedrijven in deze regio in 2015 renderen?

Slide 14 - Tekstslide

  • jaren 70 = buitenlandsstaal lageloon landen
  • nauwelijks erts ingevoerd
  • jaren 80 elektrisch smelten, terug productie
  • concurentie eigen land, mini mills 60% staal
  • dicht bij afzetmarkt

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Welke plaatsen zullen moeten sluiten?
Sluit
Sluit
Modernisering

Slide 17 - Sleepvraag

Welke vernieuwing waren er tussen 1820-1900
A
Elektrische hoogovens
B
Minder ijzererts nodig om staal te maken
C
Minder steenkool nodig voor staal te maken
D
Transport werd duurder

Slide 18 - Quizvraag

Wat zorgde voor goedkoop ijzererts in 1960

Slide 19 - Open vraag

Welke stelling is juist voor 2015 van productie van staal?
A
De fabrieken vestigen zicht aan de kust
B
Staalproductie verschuift richting het binnenland
C
mini mills hebben een kleine afzetmarkt
D
staal wordt duurder

Slide 20 - Quizvraag