tussenletters in samenstellingen

Spelling H4
Tussenletters in samenstellingen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Spelling H4
Tussenletters in samenstellingen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
1. Herhaling vorige les.
2. Nieuw lesdoel

3. Uitleg theorie
4. Aan de slag
5. Controle lesdoel

Slide 2 - Tekstslide

Samenstellingen, even terugkijken...


Als twee woorden samen één begrip vormen, schrijf je de woorden aan elkaar. De woorden hebben los een andere betekenis.

Slide 3 - Tekstslide

Los of aan elkaar schrijven?
Leg het verschil in betekenis uit op de volgende dia

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen honden kussen en hondenkussen?

Slide 5 - Open vraag

Wat bedoel je als je het zo schrijft en wat zouden ze willen schrijven? leg uit op de volgende dia.

Slide 6 - Tekstslide

Leg de fout uit van de vorige pagina.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Samenstellingen, nu verder....


Wanneer gebruik je een tussenletter?
Soms gebruik je een 's', soms een 'e', soms 'en' en soms helemaal niks.

Slide 10 - Tekstslide

Tussenletters bij samenstellingen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Aan de slag
Je maakt opdracht 1 t/m 4 (blz. 125)

Je werkt 15- 20 min, samenwerken mag

Klaar? Lees verder in je leesboek

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

seconde + wijzer =
A
secondenwijzer
B
secondewijzer

Slide 16 - Quizvraag

rogge + brood =
A
roggenbrood
B
roggebrood

Slide 17 - Quizvraag

spin + web=
A
spinnenweb
B
spinneweb

Slide 18 - Quizvraag

dronken + lap =
A
dronkenlap
B
dronkelap

Slide 19 - Quizvraag

en nu zelf

- Maak opdracht 1 t/m 5;

Opdracht 4 mag je opzoeken in een woordenboek.

- Controleer de antwoorden;

- Leer de regels uit je hoofd.


Slide 20 - Tekstslide