H2.3 Muziek

H2.3 Muziek
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H2.3 Muziek

Slide 1 - Tekstslide

Welkom
Welkom
 
4B.nsk1m

Slide 2 - Tekstslide

Planning H2 Geluid
H2 Geluid:
wk 42: H2.2 Geluid van bron naar ontvanger 
wk 43: Herfstvakantie
wk 44: H2.3 Muziek 
wk 45: H2.4 Geluid opnemen en zichtbaar maken
wk 46: H2.5 Geluidshinder 
wk47: Oefentoets H2 + bespreken
wk48: Schoolexamen H2 Geluid; 26 november

PTA: H2 Donderdag 30 oktober 2025



GT (H13, H15 en H16)

Slide 3 - Tekstslide

Herh. H2.2; Geluid is een trilling!
  • Bron => veroorzaakt trilling 
  • Tussenstof  => waar geluid doorheen gaat
  • Ontvanger => vangt de trilling op en "vertaalt" de trilling

  • verplaatst zich als een golf

Slide 4 - Tekstslide

Geluidssnelheid
Geluidssnelheid: snelheid waarmee het geluid zich door een medium verplaatst.
Geluidssnelheid is 343 m/s (20 graden Celsius)
Afhankelijk van temperatuur en medium/tussenstof

Slide 5 - Tekstslide

Geluidssnelheid
Geluidssnelheid: snelheid waarmee het geluid zich door een tussenstof verplaatst.
Geluidssnelheid is 343 m/s (20 graden Celsius)
Afhankelijk van temperatuur en tussenstof (medium) 

De snelheid van geluid is dezelfde formule om de snelheid als van een voertuig te berekenen

Slide 6 - Tekstslide

Opg. 17 (p. 48): MOEILIJK => overslaan
Een geoloog doet onderzoek naar de plaatselijke rotsbodem. Diep in een boorgat zit een luidspreker. Op een andere plaats zit in een ander boorgat een ontvanger. Er wordt een geluidspuls uitgezonden naar de ontvanger op 3 kilometer afstand. Die pikt het geluid op na 1 seconde. De geoloog trekt daaruit de conclusie dat er niet alleen rots in de bodem zit, maar ook andere materialen. Laat met een berekening zien dat hij gelijk heeft. De geluidssnelheid in de rots is 3 600 m/s. Bereken dit aan de hand van het schema. 

Gegeven:
  • afstand = 3 km
  • afstand = 3000 m
  • tijd = 1 s
Gevraagd:
  • is de geluidssnelheid 3600 m/s???
Formule:
  • afstand = snelheid x tijd
  • snelheid = afstand : tijd
Uitwerking:
  • snelheid = 3000 : 1
Antwoord:
  • snelheid = 3000 m/s
  • Dus klopt niet => ook ander materiaal

Slide 7 - Tekstslide

Opg. 20 p.49

Tijdens een onweersbui hoor je de donder 4 seconden na het zien van de bliksemflits. Ze ontstaan op hetzelfde moment. Hoe ver is het onweer van je vandaan? 
Bereken dit aan de hand van het schema.
Gegevens:
  • tijd = 4 s
  • snelheid = 343 m/s 
Gevraagd
  • afstand = ? m
Formule:
  • afstand = snelheid x tijd
Uitwerking:
  • afstand = 343 x 4
Antwoord
  • afstand = 1372 m

Slide 8 - Tekstslide

Opg. 21 (p. 49)
Een schip heeft sonarapparatuur aan boord. Er wordt een puls uitgezonden naar de bodem. Na 6 seconden pikt de microfoon het geluid weer op. De geluidssnelheid in zeewater is 1 500 m/s. (dit vind je in BINAS tabel 20.) 
Hoe diep is de zee op dat punt? 
Bereken dit aan de hand van het schema.
Gegevens:
  • snelheid = 1 500 m/s 
  • tijd = 6 s (heen en terug)
  • tijd = 3 s (heen)
Gevraagd
  • afstand = ? m (heen)
Formule:
  • afstand = snelheid x tijd
Uitwerking:
  • afstand = 1 500 x 3
Antwoord
  • Afstand = 4 500 meter (4,5 km)

Slide 9 - Tekstslide

H2.3; Wat is muziek

  • Muziek is GEEN willekeurig geluid, maar een doelbewuste combinatie van klanken met ritme, melodie en harmonie. 
  • Hoge en lage tonen ; hard of zacht geluid

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen vandaag
Aan het eind van deze paragraaf kan ik:

  • benoemen wat frequentie en trillingstijd is
  • beschrijven wat resonantie is (p. 53)
  • beschrijven wat de amplitude is 
  • de frequentie uitrekenen 


Slide 11 - Tekstslide

Trillingen
Wat is de trillingstijd (T)?
  • De trillingstijd is de tijd die nodig is voor 1 trilling                                        (1x omhoog + 1x omlaag)

Wat is frequentie (f)?
  • De frequentie is hoeveel trillingen er zijn in 1 seconde

Slide 12 - Tekstslide

Trillingstijd / frequentie

Slide 13 - Tekstslide

Trillingstijd        -        Frequentie
Frequentie is het aantal trillingen per seconde 

grootheid (f) ; eenheid [Hz]
Trillingstijd is de tijd 
van één trilling

grootheid (T) ; eenheid [s]

Slide 14 - Tekstslide

Toonhoogte verhogen/verlagen
Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verhogen:
De snaar strakker spannen.
De snaar korter maken.
De snaar dunner maken.

Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verlagen:
De snaar losser spannen.
De snaar langer maken.
De snaar dikker maken.

Slide 15 - Tekstslide

Trillingstijd / frequentie

Slide 16 - Tekstslide


Wat is de frequentie?
(= aantal trillingen in
1 seconde)

A
5 Hz
B
50 Hz
C
500 Hz
D
100 Hz

Slide 17 - Quizvraag

De frequentie is 250 Hz.
Wat is de trillingstijd?
Frequentie = 1 : Trillingstijd
A
0,004 s
B
250 s
C
0,25 s
D
0,025 s

Slide 18 - Quizvraag

En nu aan de slag
  • Lees H2.3 uit je leerboek goed door (p. 52-58)
  • Maak opg. 5 t/m 12 (Begrijpen) 
  • Controleer opgaven H2.2!!!

Volgende les
  • Rekenen met frequentie
  • Amplitude: oftewel hoe hard of zacht een geluid is



Slide 19 - Tekstslide

opgave 6

Slide 20 - Tekstslide

Opgave 9

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Welkom
Welkom
 
4B.nsk1m

Slide 23 - Tekstslide

Planning H2 Geluid
H2 Geluid:
wk 42: H2.2 Geluid van bron naar ontvanger 
wk 43: Herfstvakantie
wk 44: H2.3 Muziek 
wk 45: H2.4 Geluid opnemen en zichtbaar maken
wk 46: H2.5 Geluidshinder 
wk47: Oefentoets H2 + bespreken
wk48: Schoolexamen H2 Geluid; 26 november

PTA: H2 Donderdag 30 oktober 2025



GT (H13, H15 en H16)

Slide 24 - Tekstslide

Herh. H2.2; Geluid is een trilling!
  • Bron => veroorzaakt trilling 
  • Tussenstof  => waar geluid doorheen gaat
  • Ontvanger => vangt de trilling op en "vertaalt" de trilling

  • verplaatst zich als een golf

Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen vandaag
Aan het eind van deze paragraaf kan ik:

  • benoemen wat frequentie en trillingstijd is
  • beschrijven wat resonantie is (p. 53)
  • de frequentie uitrekenen 
  • beschrijven wat de amplitude is 

Slide 26 - Tekstslide

Trillingen
Wat is de trillingstijd (T)?
  • De trillingstijd is de tijd die nodig is voor       1 trilling (1x omhoog + 1x omlaag)

Wat is frequentie (f)?
  • De frequentie is hoeveel trillingen er zijn in 1 seconde

Wat is amplitude?
  • zegt iets over hoe hard of zacht het geluid is (uitwijking omhoog/omlaag)

Slide 27 - Tekstslide

Amplitude:
Hard en zacht
Je ziet hier een hard en een zacht geluid.
Ze hebben allebeide dezelfde toon. (dus evenveel trillingen in 1 s)
  • welke zou zachter zijn?
  • eenheid hokje in V/div of mV/div

Slide 28 - Tekstslide

Trillingstijd        -        Frequentie
Frequentie is het aantal trillingen per seconde 

grootheid (f) ; eenheid [Hz]
Trillingstijd is de tijd 
van één trilling

grootheid (T) ; eenheid [s]

Slide 29 - Tekstslide

Trillingstijd / frequentie

Slide 30 - Tekstslide

Opg. 13 (p.57)
Je ziet hier een diagram van een geluidstrilling. Langs de verticale as is de amplitude (cm) uitgezet. Op de horizontale as staat de tijd in milliseconden (ms).


A: Hoe lang duurt het geluid van het diagram
  • 15 ms

B: Hoelang duurt één trilling?
  • 5 ms

C: Hoe groot is de amplitude van het geluid?
  • 3 cm

D: Het geluid is STERKER / ZWAKKER als         de toppen van de trillingen tussen 2 en           -2 cm komen? 
  • Zwakker (dus minder hard)

Slide 31 - Tekstslide

Extra vraag: (omdat jullie het kunnen)

Bij de vorige vraag weet je dat de trillingstijd 5 ms is. 

Reken de trillingstijd om naar seconden?
  • Trillingstijd = 5 : 1000 = 0,005 s

Reken uit wat de frequentie moet zijn?
(frequentie = 1 : Trillingstijd)

Gegevens:
  • Trillingstijd = 0,005 s
Gevraagd:
  • Frequentie = ? Hz
Formule:
  • Frequentie = 1 : Trillingstijd
Uitwerking / Antwoord:
  • Frequentie = 1 : 0,005 = 200 Hz

Slide 32 - Tekstslide

En nu aan de slag
  • Lees H2.3 uit je leerboek goed door (p. 52-58)
  • Maak opg. 5 t/m 16 (Begrijpen + Beheersen) 
  • Controleer opgaven H2.2!!!

Volgende les
  • Geluid opnemen en zichtbaar maken



Slide 33 - Tekstslide

Opg 14 / 15 (p.57)

Een mug zoemt met een frequentie van 446 Hz. Hoe groot is de trillingstijd in ms? 

Bereken dit aan de hand van het schema. 
Gegeven:
  • Frequentie = 446 Hz
Gevraagd:
  • Trillingstijd = ? s
Formule:
  • Trillingstijd = 1 : frequentie
Uitwerking:
  • Trillingstijd = 1 : 446
Antwoord:
  • Trillingstijd = 0,0022 s 
  • Trillingstijd = 0,0022 x 1000 = 2,2 ms

Slide 34 - Tekstslide