5.5 Planten kweken (vwo)

5.5 Planten kweken
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

5.5 Planten kweken

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Welkom!
  • Quiz
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten

Dit hoofdstuk 
  • SO cijfer: verslag onderzoek kiemende zaken (1x)
  • PW cijfer: toets in de toetsweek (3x)

Ben je startklaar?
- telefoon in de telefoontas
- jas aan de kapstok of in je kluis
- tas van tafel
- kauwgom uit
- spullen voor je


Log in in LessonUp!
Ben je ingelogd?
Super! Draai je laptop om.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt beschrijven op welke manieren planten worden gekweekt.
Je kunt uitleggen hoe je planten kunt vermeerderen.
Je kunt uitleggen hoe je de groei van planten kunt verbeteren.
Je kunt beschrijven hoe je de planten zelf kunt verbeteren.







Slide 3 - Tekstslide

 30 sec per vraag!
15 seconden per vraag!

Slide 4 - Tekstslide

Hoe worden deze zaden verspreid?
A
door de wind
B
door dieren
C
door de bloem zelf

Slide 5 - Quizvraag

Hoe worden deze zaden verspreid?
A
Via dieren
B
Via de wind
C
Via de plant zelf

Slide 6 - Quizvraag

Aan de tak van deze naaldboom hangt een kegel met
zaden. Enkele zaden zijn vergroot weergegeven.

Hoe worden de zaden van deze naaldboom
verspreid?

A
Door de plant zelf.
B
Door de wind.
C
Door dieren.

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel verschillende aardbeienrassen zijn er, denk je?
A
minder dan 10
B
tussen de 10 en de 50
C
tussen de 50 en de 100
D
meer dan 100

Slide 8 - Quizvraag

Landbouw
Akkerbouw = op grote akkers één soort gewas verbouwen (tarwe, aardappelen of suikerbieten).

Tuinbouw = vooral groenten en fruit kweken (witlof, asperges, appels en pruimen). 

Glastuinbouw = voedsel verbouwen in kassen (tomaten, paprika’s, rozen en potplanten). 

Slide 9 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
Wortelstokken = stengels die onder de grond groeien (bijv. munt)
  • Uit verdikkingen groeien nieuwe planten.


Uitlopers = lange stengels die over de grond kruipen (bijv. aardbei). 
  • Op sommige plaatsen ontstaan wortels waaruit nieuwe planten groeien. 







Slide 10 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
Bollen = stukjes stengel met bladeren (rokken). Tussen de bladeren ontstaan knoppen (klisters). 
  • Uit de hoofdknop ontstaat een nieuwe plant
  • Uit de zijknopjes (klisters) ontstaan weer nieuwe bollen (bijv. tulpen en uien).

Knollen = verdikte stengels met uitlopers. 
  • Aan de uitlopers ontstaan knollen waaruit planten groeien (bijv. aardappelplant).






Slide 11 - Tekstslide

Glastuinbouwers regelen de juiste hoeveelheid water, koolstofdioxide, licht en temperatuur.

Slide 12 - Tekstslide

Veredelen
  1. De kweker kiest planten met de beste eigenschappen en kruist deze.
  2. Uit de zaden kweekt hij nieuwe planten.
  3. Hij herhaalt hij het kruisen en selecteren een paar keer.
  4. Als er planten zijn ontstaan die de gewenste eigenschappen hebben, gaat hij deze ongeslachtelijk vermeerderen. Dan krijgt hij planten met allemaal dezelfde eigenschappen.

Slide 13 - Tekstslide

Klassikaal bespreken

Hoe ging het vandaag?

Wat heb je geleerd?
Afsluiten

  • Wachten met opruimen!
  • Blijf zitten tot de bel gaat
  • Vergeet straks je stoel niet aan te schuiven

Slide 14 - Tekstslide

Wat?
Maken: 5.5 opdrachten 3 t/m 5 en 8 t/m 14
Hoe?
In je (online) boek. Werkbladopdrachten maak je in je schrift. Keuze: fluisterend overleggen of muziek luisteren.
Hulp?
Steek je hand op. Als je geen muziek luistert mag je ook zacht overleggen met je buurman/buurvrouw.
Tijd?
15 minuten
Klaar?
Goedzo! Je mag de overige tijd gebruiken om een samenvatting te maken voor de toetsweek.
Opbrengst
Je huiswerk is klaar!

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het leukste wat je
deze les leerde? :)
(je moet iets noemen:P )

Slide 16 - Woordweb