nierinsufficiëntie

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een functie van de nieren?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat gebeurt er als er te weinig zouten in het bloed aanwezig zijn?
A
Dan kun je hypertensie krijgen
B
Dan kun je oedeem vorming krijgen
C
Dan kun je nierinsufficiëntie krijgen

Slide 9 - Quizvraag

Welk hormoon maakt de nier aan, welke ervoor zorgt dat het RAAS geactiveerd wordt?
A
Renine
B
Angiotensine
C
Angiotensinogeen
D
ACE

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Hoe wordt nierinsufficiëntie onderzocht?

Slide 12 - Woordweb

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Stel je zou de keeze moeten maken, welke heeft dan jouw voorkeur? hemodialyse of peritoneaaldialyse?
Hemodialyse
Peritoneaaldialyse

Slide 26 - Poll

Slide 27 - Tekstslide

Waarom moeten patiënten die peritoneaal dialyse ondergaan oppassen met koolhydraten?
A
Dit moet met dialyse allemaal eruit gefilterd worden.
B
Patiënten komen al sneller aan doordat glucose gebruikt wordt, als osmotische waarde.
C
Niet al het vocht kan onttrokken worden, waardoor patiënten aankomen in gewicht.

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video