Vragen H6.2 bespreken

Vragen H6.2 bespreken
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vragen H6.2 bespreken

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Huiswerk H6.2 bespreken
  • Bonus  vragen

Slide 2 - Tekstslide

Vraag 13a. Als het bij economie gaat over de automarkt, is dat een ........ markt.
A
Abstracte
B
Concrete

Slide 3 - Quizvraag

Vraag 13b. Op de automarkt komt de vraag naar auto's van (1)...... terwijl het aanbod afkomstig is van de (2)........
A
1. bedrijven, 2. consumenten
B
1. consumenten, 2. bedrijven

Slide 4 - Quizvraag

Vraag 14a.
Bereken hoe groot het aanbod van occasions vorig jaar was. 
Gegevens uit de tekst:
  • Occasions dit jaar: 308.000 stuks
  • Dit jaar staan er 10% minder occasions op de automarkt
  • 1% van alle occasions 308.000 : 90%= 3.422,2222 
  • 3.422,2222 x 100= 3.422.222 occasions 

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 16a. Waarom wil Spakenburg geen Gazellefiets verkopen voor €400? (Je ziet in de tekst dat niemand een fiets aan bied voor €400)

Slide 6 - Open vraag

Vraag 16a. Waarom kan Spakenburg geen 70 fietsen verkopen voor €575? (Je ziet in de tekst dat er 30 fietsen worden gevraagd voor €575)

Slide 7 - Open vraag

Vraag 16c. Bij welke verkoopprijs is er precies evenveel vraag als aanbod naar de sportfiets? (schrijf je antwoord in hele euro's op en vergeet het € teken niet)

Slide 8 - Open vraag

Vraag 17a
Bereken  bij elke verkoopprijs de omzet voor Spakenburg. ( je gebruikt weer de tabel op blz.167)
Wij rekenen alleen de omzet uit van €450,00 en €525,00
Formule: verkoopprijs x afzet

  • Omzet bij €450,00
  • €450,00 x 20 = €9.000,00
  • De afzet is maar 20 omdat er maar 20 fietsen worden aangeboden
  • Omzet bij €525,00:
  • €525,00 x 50= €26.250
  • De afzet is 50 omdat er 50 fietsen worden gevraagd en ook 50 fietsen worden aangeboden

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 21b
LG had een afzet van 59,1 miljoen smartphones. Bereken hoe groot de totale markt voor smartphones is. 
Gegevens uit de cirkeldiagram:
  • LG verkoopt 9% van alle smartphones. Zij verkopen 59,1 miljoen smartphones dus 59,1 miljoen is 9% van alle smartphones. Nu moet je uitreken wat 100% is.
  • €59.100.000 : 9%=  6.566.600 miljoen 
  • €6.566.600 x 100= 656.660.000 miljoen

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 21c
  • Bereken hoeveel smartphones de twee grootste producenten, Samsung en Apple het afgelopen jaar in totaal verkochten. (wij rekenen hier alleen die van Samsung uit.)
  • Gegevens uit cirkeldiagram en vraag 21b:
  • Samsung verkoopt 25% van alle telefoons
  • In totaal worden er 656,7 miljoen telefoons verkocht
  • 656,7 miljoen : 100 x 25%= 164,2 miljoen telefoon

Slide 11 - Tekstslide

Bonus vragen

Slide 12 - Tekstslide

Wanneer je in de supermarkt een frikandelbroodje koopt winkel je in de.......
A
Concrete markt
B
Abstracte markt

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer een winkel de prijs van zijn product bepaalt houd hij rekening met de......
A
De inkoopprijs
B
Hoe hoog de vraag van het product is
C
Hoeveel producten er worden aangeboden
D
Alle drie de antwoorden zijn juist

Slide 14 - Quizvraag

Welke winkel concurreert met de Jumbo
A
AH
B
De Action
C
De Hema
D
Bol.com

Slide 15 - Quizvraag

Hoe heet de prijs die ervoor zorgt dat het aanbod en de vraag van een product gelijk is.

Slide 16 - Open vraag

Wat geeft het marktaandeel aan.
A
Hoeveel omzet het bedrijf heeft
B
Hoeveel winst het bedrijf maakt tegenover zijn concurrenten
C
Hoeveel afzet het bedrijf maakt tegenover zijn concurrenten
D
Hoeveel omzet het bedrijf maakt tegenover zijn concurrenten

Slide 17 - Quizvraag

Zelfstandig werken
  • Maak oefenopgave 12 t/m 20 van H6.2 (blz.181) 

Slide 18 - Tekstslide