6.4 Welke afspraken maak je over je loon (tweede deel) ?

6.4 Welke afspraken maak je over je loon (tweede deel) ?
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

6.4 Welke afspraken maak je over je loon (tweede deel) ?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 2 - Quizvraag

De arbeidsvoorwaarden die gelden voor de hele bedrijfstak noemen we een:
A
CAO
B
Arbeidsovereenkomst

Slide 3 - Quizvraag

Door wie wordt een cao algemeen verbindend verklaard.


A
De vakbond
B
Door de werkgeversorganisatie
C
Door de mensen die geen lid van de vakbond zijn.
D
Door de regering

Slide 4 - Quizvraag

Als de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een CAO algemeen verbindend verklaart, geldt de CAO voor alle bedrijven en werknemers in Nederland
A
Onjuist
B
Juist

Slide 5 - Quizvraag

Die afspraken worden gemaakt door organisaties van werkgevers en …(a)… . Hoeveel uur je werkt en je loon zijn voorbeelden van …(b)….
(vul a en b in)
A
(a) werknemers (b) een CAO
B
(a) vakbonden (b) arbeidsvoorwaarden
C
(a) vakbonden (b) arbeidsovereenkomst
D
(a) organisaties (b) vacatures

Slide 6 - Quizvraag

Teun werkt bij een metaalbedrijf. Zijn arbeidsvoorwaarden zijn voor een groot deel geregeld in de metaal-cao.

Wie stellen een cao vast?
A
De overheid en een werkgeversorganisatie.
B
Een werkgeversorganisatie en de vakbonden.
C
Een werknemersorganisatie en de vakbonden.
D
Teun en zijn werkgever.

Slide 7 - Quizvraag

Welk van de onderstaande zaken is een primaire arbeidsvoorwaarde?
A
Auto van de zaak
B
Salaris
C
Vakantiedagen
D
Telefoon

Slide 8 - Quizvraag

een cao is algemeen verbindend
A
als de vakbond dat vindt
B
als er een overeenkomst tussen de vakbond en de werkgevers is
C
als de regering zijn akkoord heeft gegeven
D
een cao is altijd algemeen verbindend

Slide 9 - Quizvraag

Afspraken over loon, werktijden, pensioen en aantal vakantiedagen noem je:
A
primaire arbeidsvoorwaarden
B
secundaire arbeidsvoorwaarden

Slide 10 - Quizvraag

Jan is docent, hij is geen lid van een vakbond. Er zijn wijzigingen in het CAO waardoor Jan ineens recht heeft op het doen van een studie van uit school en gaat hiervoor. Is hier spraken van meeliftgedrag?
A
Nee, vakbonden zijn er voor iedereen
B
Ja, Jan is geen lid van een vakbond maar krijgt nu wel een studie
C
Nee, dit is afgesproken voor heel Nederland
D
Ja, Jan heeft zelf niet onderhandeld.

Slide 11 - Quizvraag