6.3 Populaties
1 / 13
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat is een populatie?
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Gunstige factoren voor een populatie Konijnen
Slide 6 - Woordweb
Welke van de onderstaande factoren is ongunstig voor een populatie konijnen.
A
Natte zomer
B
Weinig vossen
C
De wolf doet zijn intrede in Nederland
D
Het gaat slecht met de wilde veldmuizen
Slide 7 - Quizvraag
Welke van de onderstaande factoren is ongunstig voor de vossen populatie in Nederland?
A
De Jacht op vossen wordt legaal
B
De populaties konijnen groeien
C
Het gaat goed met de eenden populaties
D
De vossen krijgen een groter leefgebied
Slide 8 - Quizvraag
De populatiegrootte hangt af van levende en niet-levende factoren. Welke van de onderstaande is levend?
A
Droogte
B
Weinig neerslag
C
Vulkaan uitbarsting
D
Weinig planten door droogte
Slide 9 - Quizvraag
Welke van de onderstaande factoren is gunstig voor de populatie merels?
A
Mensen nemen steeds meer katten
B
Vetbollen worden minder verkocht
C
De roofvogel populatie in NL neemt toe
D
Er zijn steeds meer wormen
Slide 10 - Quizvraag
Welke van de onderstaande factoren is gunstig voor de populatie eenden?
A
Steeds minder mensen gaan eenden voeren
B
De roofvissen in NL worden steeds groter
C
De Nederlandse eend wordt een beschermde diersoort
D
Er zijn steeds meer vossen in NL
Slide 11 - Quizvraag
Waar hangt de populatiegrootte van af?
